Expert tropenbossen William Laurance remt de motorzagen

William Laurance won dit jaar de Heinekenprijs voor Milieuwetenschappen Fotografie: Jussi Puikkonen/KNAW.

Al jaren staat William Laurance op de barricaden voor het behoud van tropische bossen. De ecoloog bekleedt sinds 2010 de Prins Bernhard-leerstoel in Utrecht en ontving vorige week de Heinekenprijs voor de Milieuwetenschappen. “Het voelt soms alsof je dat jongetje bent dat zijn vinger in de dijk stopt om een ramp te voorkomen.”

 “Ik krijg vaak de vraag of het als onafhankelijk wetenschapper wel verstandig is om je zo actief met natuurbescherming bezig te houden”, zegt Laurance. “Maar de onderwerpen waar ik mee op de voorgrond treed, zijn wetenschappelijk zeer solide. Als er wegen dwars door het regenwoud worden aangelegd, kun je discussiëren over de sociale en economische gevolgen daarvan. De ecologische gevolgen staan echter buiten kijf. Ik kan daar zeer sterke argumenten voor aandragen, die mijn geloofwaardigheid zeker niet zullen aantasten. Het is wel zo dat veel wetenschappers het niet gewend zijn om in het publieke domein op te treden. Het is een andere wereld.”

William (Bill) Laurance is een internationale autoriteit op het gebied van tropische bossen. Ruim 25 jaar, bijna de helft van zijn leven, bracht hij door in het regenwoud. Daar bracht hij de meest uiteenlopende bedreigingen in kaart: houtkap, jacht, klimaatverandering, bosbranden, besmettelijke ziekten, maar ook de gevolgen van milieubeleid en corruptie. Van origine Amerikaan, woont en werkt Laurance nu voornamelijk in Australië, waar hij hoogleraar is aan de James Cook University. Sinds juni 2010 bekleedt hij daarnaast de Prins Bernhard leerstoel voor Internationale Natuurbescherming in Utrecht.

Afgelopen week mocht Laurance de Dr. A. H. Heinekenprijs voor de Milieuwetenschappen in ontvangst nemen. Deze internationale prijs wordt tweejaarlijks uitgereikt door de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) aan excellente wetenschappers met grote maatschappelijke verdiensten. De KNAW noemt Laurance een van ’s werelds meest invloedrijke onderzoekers naar menselijke invloeden op kwetsbare regenwouden en tropische biodiversiteit. De combinatie van onderzoek en engagement maken het werk van Laurance bijzonder, schrijft de Akademie.

Over de hele wereld geeft Laurance lezingen en gaat hij het debat aan met het brede publiek en met overheden. Hij beschouwt dat als zijn opdracht. “Er worden veel belangrijke beslissingen genomen waarbij het wetenschappelijk perspectief grotendeels buiten beschouwing blijft. Het zijn meestal economische en andere argumenten die de boventoon voeren. Wetenschappers brengen ook een belangrijk aspect mee in het debat: hun betrouwbaarheid.”

Daar moet wel  zorgvuldig mee worden omgegaan, zegt Laurance, want die betrouwbaarheid staat altijd op het spel. “Ik denk dat het zeker voor milieuwetenschappers belangrijk is om heel duidelijk te zijn over de onderzoeksgegevens en over de onzekerheden. Soms gaat dat mis, kijk bijvoorbeeld naar de slordigheidjes in het IPCC klimaatrapport. Die hebben de geloofwaardigheid van wetenschappers zeker ondermijnd. Maar ik moedig ook mijn Nederlandse collega’s aan om zich uit te spreken voor zaken als natuurbescherming. Als wetenschappers hebben wij ook het recht om onszelf in de politieke arena en in het maatschappelijk debat te begeven.”

Al het werk van Laurance ten spijt; de afgelopen jaren heeft het slechte nieuws over de staat van de tropische oerbossen zich opgestapeld. In de afgelopen minuut zijn er weer tientallen voetbalvelden verdwenen. Bij zijn aanstelling als bijzonder hoogleraar in Utrecht was Laurance nog hoopvol over het systeem van emissiehandel, dat rijke landen financieel beloont voor het beschermen van bestaand bos en het aanplanten van nieuw. Dat systeem lijkt, zeker in de huidige financiële crisis, te falen. “Het mechanisme is inderdaad nog niet op een optimale manier geïmplementeerd. Maar ik denk nog steeds dat het potentie heeft. De crisis kent trouwens ook positieve kanten: zo heeft de economische neergang naast nieuwe wetgeving en betere handhaving bijgedragen aan een afname van ontbossing in Brazilië.”

De ecoloog ziet de toekomst echter niet rooskleurig in. “Elders in de wereld gaat het nog steeds slecht. In Indonesië en Maleisië bijvoorbeeld, daar komen er juist nieuwe bedreigingen bij, zoals mijnbouw en landroof. Mijn grootste zorg voor de toekomst is dat we straks voedsel nodig hebben voor nog eens twee of drie miljard extra aardbewoners. Daardoor zullen de regenwouden nog meer onder druk komen te staan.”

Zoveel dreigend onheil, en de middelen om het af te wenden zijn vaak zeer beperkt. Hoe ervaart Laurance dat zelf? “Het voelt soms alsof je dat Nederlandse jongetje bent dat zijn vinger in de dijk steekt om een overstroming te voorkomen.” Maar Laurance merkt ook dat hij door velen gesteund wordt in zijn missie. “Ook hier in Nederland heb ik collega’s ontmoet die op een creatieve manier bezig zijn een boodschap over natuurbescherming uit te dragen. Erg leuk om met hen in gesprek te gaan.” Dus kijkt Laurance al weer uit naar zijn volgende publieke optredens, onder andere in Londen en Oxford.

Door de honderden interviews en tientallen lezingen die Laurance jaarlijks geeft, zou je denken dat de natuurliefhebber het regenwoud zelf nooit meer ziet. Maar dat valt mee. “Ik doe niet zo veel veldwerk meer als vroeger, maar ik ga er nog wel regelmatig op uit met mijn studenten en aio’s. Nu vlieg ik terug naar Australië. Mijn huis in Queensland is omringd door regenwoud, dus nee, ik mis het niet.”

 
De Prins Bernhard leerstoel voor Internationale Milieubescherming is in 1986 opgericht ter gelegenheid van de 75ste verjaardag van de prins, om hem te eren voor zijn bijdrage aan de internationale natuurbescherming. De leerstoel is verbonden aan de groep Ecologie en Biodiversiteit van de faculteit Bètawetenschappen en wordt mede-gefinancierd door het Wereld Natuur Fonds. Doel is om studenten bewust te maken van natuurbescherming, de wetenschappelijke basis voor natuurbescherming te versterken, en de band tussen wetenschap en praktijk aan te halen. Prof. William Laurance werd per 1 juni 2010 benoemd op de leerstoel, voor een termijn van vijf jaar. Deze functie is voor mij heel belangrijk. Ik ben er twee keer per jaar voor in Nederland, maar ik spreek ook in Frankrijk, Duitsland, Zwitserland en Engeland bijvoorbeeld, allemaal dankzij deze positie. Het is een geweldige mogelijkheid om met wetenschappers en andere mensen van over de hele wereld in gesprek te gaan.
 

 

 

Advertentie