Tritonroeiers zien af tijdens de Ringvaart Regatta

Van 'boeg naar slag': Renske Modderman, Cindy Gaykema, Sanne Weeber, Lotte Eskens en stuur Marten Smulders

Fietst de één de Alpe d’Huez op voor het goede doel, de ander gaat 100 kilometer roeien in de regen. Zoals psychologiestudent Sanne Weeber. Zij is lid van Triton en roeit woensdag 29 mei met drie anderen en een stuur de tocht van Leiden naar Delft met een omweg via Haarlem. Een persoonlijk verslag.

Op 29 mei was het dan eindelijk zover: de Ringvaart. Deze roeiwedstrijd is in 1976 ontstaan als onderlinge strijd tussen twee roeiverenigingen uit Leiden en Delft. De start is in Leiden waarna de Kaag wordt overgestoken. Via Aalsmeer, Amsterdam en Lisse wordt de Kaag opnieuw gepasseerd op weg naar Leiden, Leidschendam en uiteindelijk Delft. De route is precies 100 kilometer en ik, derdejaars roeier bij Triton, doe mee met een viermansboot plus stuur.

Chapeau
Begin december ben ik met Renke Modderman, Cindy Gaykema en Lotte Eskens uit mijn ploegje Chapeau gestart met trainen voor de Ringvaart in een zogeheten gladde 4+. Als derdejaars roeiers bij de U.S.R. Het ‘stuurtje’ is Maarten Smulders, een eerstejaars roeier, die eigenlijk iets te lang is om in de boot te liggen. Elke maandag- en woensdagavond zouden we 1,5 uur in de boot trainen en het plan was om dit na de kerstvakantie op te bouwen naar langere trainingen. Ook zou de vrijdagmiddag erbij komen.

Door de extreem koude winter is er weinig van dit plan terecht gekomen. Zelfs in maart moesten we door de vorst boottrainingen vervangen voor de ergometer. Ook door vakanties en andere verplichtingen trainden we minder dan gehoopt. Toch was er genoeg vertrouwen dat de Ringvaart zou gaan lukken. Pijn gaat het toch wel doen, als de techniek er maar in zit, komt het goed, dachten we. We verwachtten binnen 12 uur te kunnen finishen.

Welgeteld tien dagen voor de tocht zijn we gestopt met het drinken van alcohol. Dit hadden we natuurlijk eerder kunnen doen, maar een reisje naar Venetië waarbij we gingen roeien door de stad konden we niet overslaan. In Italië wil je toch ook wat drinken.

Volgauto
Toen we terugkwamen van deze reis werden alle voorbereidingen getroffen. Wat moest er mee in de boot? Doucheradio’s, extra matjes voor op de bankjes, warmhoudfolie voor het stuurtje, energierepen en gels, wedstrijdshirts; alles werd ingeslagen. Ook een volgauto moest nog worden geregeld. Deze auto met bijvoorbeeld droge kleding, moet de gehele race met je mee en zonder volger mag je niet starten. Toen we twee vrienden van Triton zover hadden gekregen de hele dag mee te rijden, konden we pas echt zenuwachtig worden voor de Ringvaart Regatta.

Woensdagochtend 29 mei ging om kwart over vier de wekker. Zoals ik van tevoren had verwacht, had ik geen oog dicht gedaan. Nadat de boot was klaargemaakt en onze stuur werd geïnstrueerd, zijn we om 6.56 uur gestart. Vol goede moed begonnen we aan de eerste 25 kilometer tot de eerste stopplaats. De eerste regenbuien hadden we al gehad en ik moet zeggen dat ik mijn bovenbenen al voelde. Toch waren we nog vrolijk en vermaakten ons onderweg met het zingen van liedjes, kletsen en radio luisteren. We voelden ons ook erg gesteund door de mensen in onze volgauto. Sms’jes, whatsappjes en facebookberichten van onze vrienden werden over het water geschald met een megafoon. Dat was nog eens een goede steun in de rug!
 
Peptalk
Onderweg waren er 5 stopplaatsen. Van tevoren hadden we bedacht de eerste, de derde en de vijfde stop te pakken, maar dit bleek iets te ambitieus. Toen de tweede stop na 42 kilometer naderde, konden we niet wachten om uit te stappen en onze benen te strekken. Dus stopten we ook hier. Na een toiletpauze, kledingwissel en peptalk van de volgauto gingen we 3 kwartier later de boot weer in. Om te voorkomen dat we tijdens het roeien continu aan het zeuren waren, hadden we bedacht dat we na elk uur 5 minuten mochten klagen. Het is grappig om het onderlinge verschil te merken: de één begint na een uur over rugpijn, de ander noemt na 3 uur dat er een lelijke rode bus langsrijdt.
 

Tot en met de 45 kilometer ging het goed. Natuurlijk hadden we al wat pijntjes, maar het was goed te verdragen. Het eerste dieptepunt kwam toen een enthousiaste man riep dat we verder waren dan daadwerkelijk het geval was. Hierdoor duurde het eindeloos voor de volgende stop op de 60 kilometer kwam. Na de derde stop besloten we de volgende stopplaats in Leiden over te slaan. Dat betekent dat we van 60 tot 88 kilometer aan één stuk door moesten roeien. Toen werd het echt afzien.

Natuurlijk lieten we weleens de boot lopen om wat te eten of te drinken, maar er was geen tijd meer om echt uit de boot te stappen. Dit was het absolute dieptepunt. Achteraf klinkt het overdreven, maar ik heb nog nooit zo’n pijn gevoeld als toen. Ik wilde absoluut niet meer op dat bankje zitten en continu dezelfde beweging maken.

Plassen
We werden allemaal prikkelbaar en ik kon het niet laten om bij elke haal een soort jammergeluid te maken. Ook wilde ik wel in het water springen om maar een andere houding te vinden en de doucheradio wilde ik het liefst in het water gooien. We zaten zo in ons eigen wereldje, dat er in de boot niet meer werd gepraat. Achteraf hoorde ik van mijn ploeggenoten dat zij met dezelfde gevoelens worstelden als ik.

Toen een ploeggenootje en ik heel nodig naar de wc moesten en de rest het liefst door wilde roeien, hadden we voor het eerst en meteen het laatst een kleine irritatie. De opluchting dat we eindelijk konden plassen, ook al was het midden op een fietspad, was zo groot dat ik het gevoel had weer energie te hebben. Niks bleek minder waar. De laatste 10 kilometer tot de laatste stopplaats in Leidschendam duurde eindeloos. Als we elkaars gezicht hadden gezien, acht ik de kans groot dat we in huilen waren uitgebarsten. Toen we eindelijk in Leidschendam waren, stonden daar onze coach, een paar ouders en vriendjes ons op te wachten en ons aan te moedigen. Dat hielp, want hier moest de boot over een sluis worden getild waardoor we drie kwartier verplicht moesten stoppen. Toen dit was gebeurd en we weer droge kleding hadden aangetrokken (het bleef regenen natuurlijk), was het tijd voor de laatste loodjes.

Met in mijn achterhoofd dat 12 kilometer écht niet ver meer is, probeerden we hard te roeien. Het laatste uur hebben we overleefd door het verstand op nul te zetten en te teren op fietsers die aan de kant riepen dat we er bijna waren. De allerlaatste 300 meter moest nog een eindsprint worden ingezet voor het sprintklassement. Deze sprint ging wonderbaarlijk goed!

Helden
Toen we na 13 uur en 58 minuten de finish bereikten, stonden er allemaal supporters en kon ik mijn geluk niet op. De opluchting dat we het hadden gehaald was zo groot dat de wat mindere tijd niets meer uitmaakte. Dat je wordt onthaald als een held en dat iedereen heel blij en trots is, maakt het nog mooier. Daarnaast hebben we hierdoor samen met drie andere ploegen van U.S.R. Triton 2065 euro opgehaald voor Make-a-Wish.

Tenslotte moet nog gezegd worden dat we een enorme steun hebben gehad aan onze supporters en ons stuur, die ondanks het feit dat hij 14 uur achter elkaar heeft gezeten geen enkele keer heeft geklaagd. Ik hoorde dat het roeien van de Ringvaart Regatta net is als een bevalling: het is even afzien, maar als het voorbij is ben je dat helemaal vergeten!

Advertentie