‘Hecht niet te veel waarde aan valorisatie’

Het grote belang dat bestuurders en beleidsmakers tegenwoordig hechten aan de valorisatie van onderzoek vormt zowel een gevaar voor de continuïteit van de wetenschap als voor het universitair onderwijs. Met die waarschuwing besluit wetenschapsfilosoof Laurens Hessels het proefschrift ‘Science and the struggle for relevance’ waarop hij vrijdag 19 november in Utrecht promoveert.

Centraal in de studie van de Utrechtse promovendus staat de spagaat waarin de moderne wetenschapper zich bevindt. Aan de ene kant wordt zijn onderzoek – met name om voldoende financiering binnen te halen - steeds meer geacht bij te dragen aan maatschappelijke doelen, zoals beleid, productontwikkeling of economische groei. Echter, voor een succesvolle wetenschappelijke carrière is het ook belangrijk om veel artikelen te publiceren in prestigieuze wetenschappelijke tijdschriften.

Omdat niet vanzelfsprekend is dat onderzoek met directe maatschappelijke relevantie prestigieuze publicaties zal genereren, bevindt de onderzoeker zich in een spanningsveld, constateert Hessels op basis van interviews en documentenanalyse in acht natuurwetenschappelijke vakgebieden. Een te sterke nadruk op valorisatie bedreigt de levensvatbaarheid van fundamentele onderzoekslijnen. Een te sterke nadruk op academische excellentie verhindert juist de afstemming van onderzoeksactiviteiten op de behoeften van maatschappelijke kennisgebruikers.

Blind geloof

Hoewel zijn studie in eerste instantie is bedoeld als bijdrage aan het (wetenschapsfilosofische) debat over de ontwikkeling van de wetenschap in de afgelopen dertig jaar, besluit Hessels zijn proefschrift met een aantal duidelijke aanbevelingen. Opvallend is dat hij bestuurders en beleidsmakers zowel waarschuwt voor een te sterke fixatie op valorisatie als voor een al te blind geloof in de zegeningen van citatieanalyses en andere numerieke indicatoren voor het meten van de kwaliteit van onderzoek.

Ten aanzien van de valorisatie krijgt vooral onderzoeksfinancier NWO een veeg uit de pan. Het is zeker zinnig om onderzoekers te vragen om na te denken over de mogelijke toepasbaarheid van hun onderzoek, maar dwing ze niet om in een stadium waarin ze nog geen idee hebben wat hun project gaat opleveren, al in detail in te gaan op de verwachte resultaten. Ook waarschuwt Hessels voor een overschatting van de waarde van patenten. “Universiteiten vinden patenten belangrijk omdat ze de indruk wekken van succesvolle valorisatie. Maar voor slechts een enkeling van de vele onderzoekers die ik heb gesproken, levert een patent ook echt geld op.”

Onderwijs

De sterke nadruk op valorisatie bedreigt op termijn niet alleen de levensvatbaarheid van het fundamentele onderzoek, maar ook die van het academisch onderwijs, stelt Hessels. Onderzoek dat uit valorisatieoogpunt misschien niet erg veelbelovend is, kan namelijk wel uiterst relevant zijn voor de academische vorming van studenten. Tot verbazing van de promovendus krijgt dat onderwerp in de discussie tot nu toe weinig aandacht. Ten onrechte, vindt hij. ‘Met name in de Sociale en de Geesteswetenschappen kan een te sterke nadruk op het belang van valorisatie de kwaliteit van het universitair onderwijs serieus in gevaar brengen.’

EH

Advertentie