Ik krijg een Rus over de vloer

Femke, derdejaars student Taalkunde, krijgt  er een nieuwe huisgenoot bij. Ze weet nog niet veel over hem, maar wel dat hij Peter heet en uit Rusland komt. Voor DUB doet ze vanaf maandag wekelijks verslag van haar ervaringen met een Rus over de vloer. Vandaag stelt Femke, die ook te volgen is via twitter zich voor.

Een mailtje. Had ik aan DUB beloofd. Een mailtje om mijzelf voor te stellen. Sorry voor mijn chaotische tekst, ik moet dadelijk weer weg.

Ik ben Femke Haarlem. De komende maanden houd ik voor DUB een vervolgverhaal bij over Peter, uit Rusland. Hij komt vanaf 1 mei voor een paar maanden in mijn studentenhuis, als uitwisselingsstudent. Helaas weet ik nog niets, behalve zijn naam. Hij heeft niet gereageerd op mijn e-mails, ik weet niet eens hoe hij eruitziet.

Ik studeer taalkunde en zit nu in mijn derde jaar. Mijn scriptie gaat over Oeraalse talen, onder andere het Fins en het Hongaars, talen die een andere oorsprong hebben dan de meeste andere Europese talen. Ze komen oorspronkelijk uit de omgeving van de Oeral, in Rusland. Naast mijn studie ben ik student-assistent bij Marc Bakker. Veel studenten vinden hem lastig. Hij legt heel goed uit, maar hij is een machine, vinden de andere studenten. Volgens mij is hij verlegen. Om de een of andere reden kan ik het goed met hem vinden.

Sinds anderhalf jaar woon ik in De Uithof en ik studeer in de binnenstad. Ik ben in De Uithof gaan wonen om de huisjesmelkers te ontlopen en omdat ik in de toffe studentenhuizen niet ben aangenomen. Volgens mij betekent dat trouwens niet dat ik niet tof ben. Ik ben vrijgezel, zit niet bij een studentenvereniging, en ik volg een klarinetcursus bij Parnassos. Waarschijnlijk wilden ze iemand die wel een relatie heeft, bij een vereniging zit en daar zijn vrije tijd in kan steken. Dan hebben ze aan mij een verkeerde.

Verder luister ik veel naar aparte, oude popliedjes. Een van mijn huisgenoten noemt mij voor de grap Leonie Blokhuis, maar ik weet niet veel van de artiesten en liedteksten. Ik houd van de jaren zestig, zeventig en tachtig. The Animals, Patti Smith, Janis Joplin, de Rolling Stones én de Beatles – volgens mijn ouders mag dat niet, maar ik was toen nog niet geboren dus dat telt niet – en Jimi Hendrix.

Waarom ik klarinet speel, heb ik nog niet verteld. Het heeft een aparte aanleiding. Toen mijn joodse opa overleed, wilde hij Klezmer op zijn begrafenis. Zijn familie kwam uit Rusland en hij was trots op zijn joodse bloed, vandaar. Mijn vader was geraakt door de muziek en vond ineens dat hij dat ook moest spelen. Hij kocht een klarinet en zocht er andere muzikanten bij. Het werd natuurlijk helemaal niets. Na twee jaar gaf hij zijn pogingen op en kreeg ik het instrument. Jarenlang deed ik er niets mee, maar vijf jaar geleden kreeg ik ineens weer interesse, ook door Klezmer, op tv. Sindsdien volg ik klarinetlessen. Daar ga ik dadelijk naartoe.

Ben trouwens erg benieuwd naar Peter. We hebben nog nooit een buitenlandse exchange student gehad, hier in huis. Ik ga een mand met Nederlandse spullen voor hem kopen. Pindakaas, drop, stroopwafels, hagelslag, Goudse kaas, Haagse Hopjes, Zeeuwse Babbelaars, Twentse Krentenwegge, Brabantse worstenbroodjes. Ik ben benieuwd wat hij wel en niet lust!

//

Advertentie