Subsidie allochtonen breed ingezet

Vijf grote hogescholen in de Randstad hebben de extra miljoenen voor het studiesucces van niet-westerse allochtonen merendeels aan autochtone studenten besteed.

Het vorige kabinet gaf deze hogescholen vanaf 2008 extra subsidie om de onderwijsachterstand van niet-westerse allochtone studenten te bestrijden. Een commissie onderzocht wat ermee gebeurd is.

Het is “een te aanvaarden realiteit”, schrijft de commissie, dat de vijf hogescholen het meeste geld dat ze de afgelopen drie jaar ontvingen – twaalf miljoen in 2010 – aan autochtone studenten hebben besteed. Ze betaalden hiermee bijvoorbeeld de intakegesprekken met alle eerstejaars.

De commissie begrijpt dat tot op zekere hoogte, want de hogescholen willen allochtone studenten niet stigmatiseren met al te specifiek op hen gerichte projecten en hen niet ontmoedigen eraan deel te nemen. Bovendien zou het niet goed uit te leggen zijn als hogescholen hun autochtone studenten met vergelijkbare problemen zouden uitsluiten.

Het rapport van de commissie werd al in februari geschreven, maar verscheen pas afgelopen vrijdag (24 juni). Het is inmiddels ingehaald door de aankondiging van staatssecretaris Zijlstra in april om de subsidie aan de vijf Randstadhogescholen te staken. Begin juni herhaalde hij nog eens dat het hbo mans genoeg is om het geringe studiesucces van allochtonen uit eigen middelen te lijf te gaan. Mede dankzij de extra subsidie hebben de hogescholen volgens hem voldoende ervaring hebben opgedaan om zulk maatwerk uit eigen middelen te verzorgen.

Ook de commissie adviseerde de subsidie voortaan in te zetten voor de algemene bestrijding van studie-uitval. Specifieke aandacht kan nuttig zijn voor studenten van wie de ouders niet gestudeerd hebben – allochtoon én autochtoon – of voor groepen studenten met een bepaalde vooropleiding. Dat ligt meer voor de hand dan een exclusieve focus op etnische achtergrond.

Toch mag volgens de commissie niet uit het oog worden verloren dat het studiesucces van niet-westerse allochtone studenten lager is dan gemiddeld en dat extra begeleiding op maat ook voor hen gewenst is.

Vijf universiteiten in de Randstad, waaronder de Universiteit Utrecht,  kregen van het ministerie van OC&W ook een G5-subsidie om het studiesucces van niet-westerse allochtone studenten en eerste generatie studenten te bevorderen. Het gaat om een bedrag van 3 miljoen euro per jaar. Oorspronkelijk zou de subsidie voor drie jaar zijn maar vanwege de bezuinigingen is deze teruggebracht tot één jaar.

 

 

Advertentie