De plaatselijke aardappel ziet er uit als een dassenkeutel

Aan : [redactie DUB] Xander Bronkhorst@uu.nl

Van : Baaierd@uu.nl

Betreft: Le Grand Départ

Bijlage: arrivé

 

Hoi Xander,

Het is zover. Het grote vertrekken is weer begonnen. Het gros van onze landgenoten weet niet hoe snel ze moeten wegkomen uit het knellend keurslijf dat Nederland heet. Ik heb dat inmiddels niet meer zo. Niet dat ik niet van vakantie hou hoor, want ik vind het ook fijn om de universiteit even te verlaten. Op de afdeling zijn ze bezig met het aanleggen van solisnet 7. xx geloof ik. Terwijl we nog niet uit de rotzooi waren van de overgang naar solisnet 3.5. Als ze klaar zijn gaan we verhuizen...  

Zo langzamerhand weet ik wel dat vertrekken jezelf voor de gek houden is. Maar het is zo mooi, Xander. Ik waan me hier in het dorp van mijn jeugd, waarin de mensen elkaar allemaal nog kennen. s’ Morgens loop ik voor het ontbijt handenschuddend door het dorp. Drink een kopje diepzwarte koffie in de plaatselijke kroeg, koop de Montagne en klim naar boven met de hond om even uit te kijken op het dorp en de Sancy. Op de markt haal ik tomaten en boontjes zoals ik ze in Nederland al jaren niet meer geproefd heb. Mijn auto kan ik gewoon open laten met de sleutels er in.

Natuurlijk weet ik dat het dorp vergrijst. Natuurlijk weet ik van het verdriet van de oudjes die hun kinderen zien wegtrekken naar de plekken waar het gebeurt. Die het geloof in schaalvergroting en lifestyle niet begrijpen, maar berusten in de “vooruitgang” en hun kinderen naar school in Clermont- Ferrand sturen.

Natuurlijk weet ik, net als zij, dat het hier armoe troef is. Dat het hier, naast wat toerisme, economisch een afgebrand dorp is. Maar Auvergnats vertrekken nooit echt. Dit land kan je niet achterlaten zonder dat het in je hart blijft schrijnen.

Het is hier vaak gemeen koud. In de winter vriest het makkelijk een graad of 20. Het weer is totaal onbetrouwbaar. In mei kan het nog sneeuwen; of het is zo heet dat je in het meertje wilt zwemmen. Daar krijg je dan een hartstilstand. In de zomer storten de vogels door de hitte van het dak, of ze waaien weg.

Het landschap verandert qua uiterlijk met de stand van de zon en de wolken die haar licht plaatselijk wel of niet doorlaten. Als het hier onweert, vergaat de wereld. Als het regent, spoel je weg. Het land is fantastisch ruw, grillig en onvergeeflijk.

De plaatselijke aardappel heet ratte en ziet er uit als een dassenkeutel. God houdt niet van de Auvergne. Hij geselt het land en haar bewoners. Ze zijn klein, gedrongen en taai. Dat moet wel. Hun ogen zijn als het naderend onweer. Diep donker en onheilspellend. Maar de Auvergnats blijken heel gastvrij. En rattes erg lekker.

De mens strijdt tegen de natuurlijke structuur: ook wel chaos. Elke keer als we hier terugkomen op ons zwaar bevochten plekje, staat het gras weer manshoog. Onkruid, brandnetels en bramen tieren welig. Zinloos?

Nee, natuurlijk niet, maar op de universiteit vraag je je dat vaak wèl af. Daar heet chaos herstructurering.

Xander, à bientôt,

Baaierd

Tags: baaierd

Advertentie