Op zoek naar de plotselinge openbaring van een droombaan

Campuscolumnist Niels Peuchen deed een zelfanalysecursus om te ontdekken wat zijn ideale baan voor de toekomst zal zijn.

"Toen ik op een dag de redactie op kwam en sprak met mijn stagebegeleider, begon ik te huilen. Omdat ik het werk echt niet leuk vond." In een koffiezaakje aan de Maliestraat praat ik met Josseline, een studiegenote van mijn vorige opleiding. Tijdens ons derde jaar liep zij stage bij een regionale omroep, waar ze definitief ontdekte dat de journalistiek niets voor haar was.

Al vroeg in haar studie twijfelde ze over haar journalistieke ambities. Ik weet niet meer of ik dat doorhad toen ik het tweede jaar met haar in de klas zat. Alhoewel haar stage een jaar later uitliep op een tranendal, zat er ook een positieve kant aan. Voor een van haar verhalen sprak ze met een persvoorlichter; plots ontdekte ze dat haar droombaan in die hoek lag.

Nu, jaren later, heeft Josseline die ambitie nog steeds. Het liefst zou ze werken bij een pr-bureau of als persvoorlichter bij een groot bedrijf zoals Philips. Om dat te bereiken, studeert ze nu aan de Universiteit van Amsterdam, met een master in het vooruitzicht. "Ik gun iedereen wel zo'n openbaring, dat ze weten wat ze willen."

Aangespoord door deze woorden deel ik met Josseline mijn eigen twijfels, die me vlak voor de zomer doodsbang maakten. Ze reageert verbaasd: "Ik dacht altijd: jij wordt journalist. Volgens mij dachten alle docenten dat ook."

Ik vertel haar over de zelfanalysecursus die ik een paar dagen eerder volgde. Vroeger zou ik zulke  klasjes afdoen als onzin, maar omdat ik tegenwoordig dingen probeer, gaf ik de cursus het voordeel van de twijfel. Deze aarzeling bleek een typisch mannending: van de twaalf deelnemers was ik de enige die geen vrouw was. Mannen reflecteren minder, merkte de cursusleider op, al hebben ze zelfreflectie niet minder nodig.

Mijn doel voor de cursus was om de zoektocht naar mijn ideale baan te structureren. Eerst zou ik bekijken waar ik goed in ben, daarna wat ik in mijn werk wil bereiken. Dat vereiste praten, veel praten. Ondertussen filterden mijn medecursisten en ik de belangrijkste dingen uit elkaars verhalen: zaken die je zelf niet doorhad, maar die veel over je zeiden. Zo merkte een meisje op dat ik graag dingen doe voor mensen die net zo zijn als ik. Dat vond ik een interessante maar benauwende gedachte: ik zag een toekomst voor me waarin ik als therapeut urenlang luister naar onzekere zeikerds.

Desondanks was de cursus nuttig, vertel ik aan Josseline. Soms sta je te dicht bij je eigen activiteiten om te zien wat bijzonder is. Nu weet ik in ieder geval wat ik belangrijk vind in mijn toekomstige werk, al moet ik nog het perfecte beroep vinden. Ik ben jaloers op haar, zeg ik: zo'n plotselinge openbaring om te weten wat je droombaan is zou mij ook goed uitkomen.

Advertentie