de kwestie

BSA bijna ABC-tje in Utrecht

Minister Van der Hoeven en de vereniging van universiteiten VSNU pleitten deze week voor een landelijke invoering van het bindend studieadvies. Studenten die in het eerste jaar niet genoeg studiepunten halen, mogen daarmee de toegang tot het tweede jaar worden ontzegd. Studentenbonden reageerden gestoken en ook enkele instellingen, zoals de universiteit van Groningen, leggen de verantwoordelijkheid voor de keuze 'stoppen of niet' liever bij de student zelf.

De Universiteit Utrecht besloot echter al vorig jaar, na pilots bij rechten en psychologie, een universiteitsbreed bindend studieadvies in het strategisch plan op te nemen. Een beslissing die, zelfs bij studenten, opmerkelijk weinig weerstand teweegbracht. De Utrechtse discussie over het bindend studieadvies spitste zich toe op de vraag of nu 30 of 37.5 ects de grens tussen positief en negatief moest aangeven.

En hoewel ware slachtingen worden aangericht, tonen opleidingen met een bsa zich verheugd 'het misplaatste doorzettingsvermogen' van studenten een halt toe te kunnen roepen. De studiestakers meegerekend, viel bij rechten en economie en ook bij farmacie ongeveer eenderde van de eerstejaars van vorig jaar af. Psychologie heeft de cijfers nog niet paraat, maar gaat uit van ongeveer eenzelfde resultaat als in het eerste jaar, toen 16 procent afviel.

De opleidingen nemen bovendien een vrij probleemloze invoering waar. Discussiegevallen doen zich weinig voor en psychologie zag vorig jaar zelfs een prestatieverhogend effect van het bsa bij de studenten met een positief advies.

Deze ervaringen hebben diergeneeskunde, geschiedenis en geowetenschappen ertoe gebracht om vanaf dit jaar ook een bindend studieadvies te hanteren. De overige opleidingen zullen de komende jaren moeten volgen. Alleen kleinere studies in de bèta-hoek lijken nog enige weerzin te voelen. Daar zou de noodzaak van een bsa ontbreken, omdat student en docent in nauw contact staan.