UMC wint kort geding leveronderzoek

Het UMC bevindt zich in een lastig parket omdat het met twee partijen contracten heeft afgesloten over de onderzoeksresultaten van het omstreden leveronderzoek van de inmiddels vertrokken professor J. van Hattum. Het UMC dacht vorig jaar dat de oorspronkelijke financier, het Amerikaanse First Circle Medical (FCM) failliet zou gaan en sloot toen ook een overeenkomst met de investeerder Love to be Healthy (L2BH) uit Vught.

FCM ging toch niet failliet en juristen van het UMC zijn van mening dat de Amerikanen de sterkste rechten hebben. Het UMC wil dan ook met FCM verder. Love to be Healty dat in mei vorig jaar 175.000 euro heeft betaald, is het daar echter niet mee eens. Het UMC wil dat geld terugbetalen maar daar heeft L2BH weer geen trek in, want dat bedrijf wil geld verdienen met de onderzoeksresultaten. En daar twijfelt men binnen het UMC weer erg aan. Een woordvoerster verklaarde dat de resultaten van de experimentele methode van Van Hattum tegenvallen.

Maar L2BH stapte toch naar de rechter en die concludeerde in december dat het UMC L2BH in ieder geval op de hoogte moet houden van alle contacten tussen het UMC en de eerste contractpartner FCM. In januari vond L2BH dat het UMC zich niet aan de afspraken hield. Het bedrijf stapte opnieuw naar de rechter en eiste verhoging van de dwangsommen tot 100.000 euro per dag.

Maar daar zag rechtbankpresident H. Brouwer geen reden toe. Brouwer oordeelde dat het UMC keurig alle communicatie, zelfs die tussen de advocaten, had overgedragen.

Jurgen Swart