Expeditie UU: een experimenteel feestje

Bevlogen wetenschappers vertellen over hun onderzoek in de bijzondere omgeving van het universiteitsmuseum. Dat beleven medewerkers van de universiteit en hun familie 28 maart tijdens de eerste Expeditie UU. Met iets meer dan 400 mensen is de opkomst laag.

Je geeft een feestje en je nodigt 6000 mensen en hun familie uit om langs te komen. Je regelt zelfs shuttlebussen van De Uithof naar de binnenstad zodat mensen makkelijk kunnen gaan. Uiteindelijk komen er 400 mensen langs. Dan is de opkomst tegenvallend.

Blijkbaar is het moeilijk om mensen van de universiteit warm te krijgen voor een feestje. Het idee was om de betrokkenheid van medewerkers bij de universiteit te vergroten. Waar zijn we nu eigenlijk met zijn allen mee bezig? Rector Bert van der Zwaan van het universiteitsbestuur noemde dat tijdens de officiële diesviering op 26 maart zijn manier van community-vorming. “We zijn allemaal druk, maar moeten soms ook de tijd nemen om op informele manier gezamenlijk stil te staan bij het werk van anderen binnen de universiteit en met elkaar in debat te gaan.”

Expeditie UU is een manier om dat te bereiken. De locatie is goed getroffen. Hier zie je waar de universiteit de afgelopen eeuwen mee bezig is geweest. Daarbij laat je een paar enthousiaste wetenschapper de bezoekers  hun onderzoek bijna letterlijk zien, voelen en ruiken. Indrukwekkend is de deeltjesversneller uit het Zwitserse CERN, tastbaar zijn de plastinaten dieren in het rariteitenkabinet, spannend de microfossielen die iets vertellen over de ontwikkeling van het klimaat en smaakvol is de urine waarmee de medici laten zien hoe je pis test. Ook studenten doen mee. Als begeleider van kinderen bij proefjes of met zang, dans en improvisatievoorstellingen.

Kortom een feest voor het hele gezin. Maar toch komen er niet veel mensen op af. En als je mensen aanspreekt, blijkt dat vooral ondersteunend personeel te zijn. Hoe komt het? Bert van der Zwaan heeft al enkele keren een wetenschappelijk debat in de Geertekerk georganiseerd  voor een selecte groep van excellente onderzoekers van de UU rond een bepaald thema , maar de opkomst blijft laag.

Enerzijds klagen wetenschappers dat er minder werkdruk moet komen en meer ruimte voor reflectie en het leggen van dwarsverbanden. Maar als er zoiets georganiseerd wordt, geven ze niet thuis. Het is een vreemde paradox. Wetenschappers willen graag gloedvol vertellen over hun eigen onderzoek, maar het lijkt erop alsof zij niet de tijd (willen) nemen om te horen waar anderen mee bezig zijn.

Monique Mourits, directeur van het Centrum voor wetenschap & cultuur pleit op DUB in een brief aan de nieuwe collegevoorzitter voor meer community en meer zichtbaarheid van wetenschap in de samenleving. Maar hoe bereik je dat wanneer die interesse intern er niet is?

Advertentie