Gedupeerde geneeskundestudenten krijgen geen gelijk

Hun coschappen vielen wat ongelukkig, waardoor Utrechtse studenten geneeskunde bijna tienduizend euro basisbeurs misliepen. Niks aan te doen, oordeelt de landelijke onderwijsrechtbank.

Een groep geneeskundestudenten van de Universiteit Utrecht had pech toen het leenstelsel in 2015 werd ingevoerd. Anders dan hun studiegenoten waren zij pas op 1 september klaar met hun coschappen, doordat zij – willekeurig – in een andere werkgroep waren geplaatst. Precies de datum waarop het leenstelsel inging, zodat de studenten drie jaar basisbeurs misliepen.

Onterecht, meenden de studenten. Het was toch niet hun schuld dat zij toevalligerwijs in die werkgroep waren geplaatst? En bovendien, kun je nu echt zeggen dat door die laatste loodjes de studenten niet in het bezit waren voor genoeg ‘kennis, inzicht en vaardigheden op bachelorniveau’ zodat zij zich niet konden inschrijven voor de master?

Maar de onderwijsrechters van het College van beroep voor het hoger onderwijs zagen dat anders. Omdat de studenten per 1 augustus nog bezig waren met hun coschappen, kun je niet zeggen dat ze over de vereiste kennis beschikten op het niveau van een bachelordiploma. En wat de plaatsing in werkgroepen betreft, zegt het college, heeft de universiteit niet anders gehandeld dan gebruikelijk is bij dergelijke indelingen.

Het beroep werd kort voor de zomer dan ook ongegrond verklaard.

Advertentie