Opnieuw goede score Utrecht bij Europese Grants

De toegewezen ERC Advanced Grants van 2007 tot en met 2012

Zes onderzoekers kregen deze zomer te horen dat ze een ERC Advanced Grant van 2,5 miljoen euro zullen ontvangen. Eerder hoorden vijf wetenschappers al dat ze een ERC Starting Grant krijgen. Wat zijn de criteria voor deze beurzen en hoe succesvol is Utrecht binnen het hele programma?

Bas van Bavel, Frank de Groot, Krijn de Jong, Tanja van der Lippe, Majid Hassanizadeh en Stefan Schouten zijn de zes Utrechtse wetenschappers die afgelopen maand te horen kregen dat ze een ERC Advanced Grant krijgen. Zij ontvangen 2,5 miljoen euro voor hun onderzoeksproject waarvoor ze behalve hun eigen loonkosten ook promovendi, postdocs en specifieke materiële kosten kunnen financieren.

Nederlandse onderzoekers zijn succesvol in het binnenhalen van de verschillende typen ERC-beurzen, constateert Doenja Koppejan van Agentschap NL. Deze aan het ministerie van Economische Zaken verbonden organisatie is het officiële contactpunt van de ERC-beurzen voor Nederland. Bovendien helpen ze wetenschappers bij het opstellen van een aanvraag. 

Van de in totaal 1404 verstrekte Advanced Grants in de periode 2007 tot en met 2012, bedoeld voor ervaren Europese wetenschappers, gingen er 108 naar Nederland. Hiervan zijn er veertien bij de UU terechtgekomen. De laatste zes van 2013 zitten hier nog niet bij. Bij de Starting Grants, voor wetenschappers die aan het begin van hun carrière staan, gingen er van de tot en met 2013 verstrekte 2335 beurzen 195 naar Nederland en daarvan 28 naar Utrecht. Op de site van de UU is een overzicht te zien van de namen, waarbij aangetekend moet worden dat sommige wetenschappers na hun toekenning afscheid hebben genomen van de UU en anderen juist met een beurs naar Utrecht zijn gekomen.

Europa is steeds belangrijker als bron voor onderzoeksgeld. Dat staat ook in het strategisch plan van de Universiteit Utrecht. De universiteit focust op vier speerpunten om zo in de Europese top te kunnen meedraaien. Tot voor kort ging de interesse vooral uit naar vernieuwingsimpulsen Veni, Vidi, Vici van onderzoeksorganisatie NWO. Dat zal ook blijven want hier is de competitie nationaal en het bedrag substantieel (van 250.000 tot 1,5 miljoen euro). Toch is het Europese programma aantrekkelijk. De bedragen zijn hoger en de beoordeling vindt plaats op basis van vernieuwing en er is ruimte voor risicovol onderzoek.

“De ERC-beurzen hebben als criterium dat het baanbrekend onderzoek moet zijn. High risk, high gain is het motto. Ze durven het aan om risico’s te nemen op voorwaarde dat ze vertrouwen hebben in de kwaliteit van de wetenschapper”, vertelt Doenja Koppejan die als contactpersoon het proces van nabij heeft meegemaakt.

Om goed beoordeeld te worden, moet je behalve baanbrekend onderzoek ook een goed geformuleerd voorstel indienen. Aan de Universiteit Utrecht kennen veel faculteiten zogeheten grant offices die de wetenschappers daarbij helpen. Ook AgentschapNL geeft de onderzoekers tips om te zorgen dat ze door de eerste ronde heenkomen.

Koppejan: “Wij kijken bijvoorbeeld of de samenvatting goed is. Veel wetenschappers schrijven hun voorstel en maken op het laatst nog even een samenvatting. Maar bij de eerste beoordeling kijken de reviewers alleen naar de uitgebreide samenvating. Die moet heel goed zijn om de eerste schifting te doorstaan.”

In het nieuwe Europese onderzoeksprogramma Horizon 2020, dat in 2014 ingaat, is 70 miljard euro beschikbaar. Dat is meer dan in de vorige Europese begroting, maar minder dan sommigen gehoopt hadden. De ERC-beurzen zijn in 2007 opgezet onder het Zevende Kaderprogramma. 

De budgetverhoging is tekenend voor het grote succes van de ERC-beurzen. Dat grote succes heeft echter ook een keerzijde. De verwachting is dat interesse ook zal toenemen, zodat de slaagkans ondanks de budgetverhoging niet zal stijgen. 

Advertentie