U-raad waarschuwt voor extra werk door internationalisering

De internationaliseringsambities van de UU mogen niet leiden tot een nog hogere werkdruk voor medewerkers. Dat vinden leden van de Universiteitsraad.

Meer in het Engels doceren, meer aandacht voor internationale thema’s in het onderwijs, meer interactie tussen verschillende nationaliteiten in de collegezaal, meer internationale staf. Het wensenlijstje is lang. De vraag is: hoe gaat de universiteit die gewenste internationalisering voor elkaar boksen?

In een vergadering met het College van Bestuur uitten leden van de Universiteitsraad hun zorgen. Zij zijn bang dat medewerkers straks extra taken krijgen toegeschoven en zich in hun eigen tijd zullen moeten bijscholen.

“Zo gaat het immers vaak bij dit soort operaties”, zei raadslid Frans Sprik. “En dat terwijl de belasting van de organisatie nu al erg hoog is.”

Studentlid Florine Oosterloo waarschuwde bovendien dat extra aandacht voor het Engels van docenten en studenten noodzakelijk is als de UU de kwaliteit van het onderwijs op peil wil houden.

Op dit moment is volgens de raadsleden niet duidelijk hoe groot de extra inspanningen zullen zijn, wat deze gaan kosten en wie deze kosten moet dragen. "De enige verstandige aanpak is om dit te zien als een universitair opleidingstraject", stelde raadslid Herre Talsma. "En dan moet er dus geld bij." 

Volgens het CvB moet overleg met faculteiten uitwijzen wat er precies nodig is om de ambities waar te maken. "Dat zal per faculteit verschillen", zei collegelid Anton Pijpers maandag tijdens een U-raadsvergadering. "We denken aan maatwerk, geen eenheidsworst."

De antwoorden van het universiteitsbestuur stelden de raadsleden niet gerust. Zij weigerden daarom in te stemmen met een nieuwe nota (pdf) die het College van Bestuur heeft opgesteld.

In deze nota wordt masteropleidingen meer duidelijkheid gegeven over de verschillende manieren waarop zij hun masteronderwijs zouden kunnen internationaliseren. In de vernieuwing van de Utrechtse masterfase waar de UU aan werkt, wordt grote nadruk gelegd op "een internationale oriëntatie" in elke opleiding.

"Dit is een moment om onze zorgen naar voren te brengen", verklaarde Sprik in de vergadering de opstelling van de raadsleden.

Collegevoorzitter Marjan Oudeman beloofde de U-raad uiteindelijk meer informatie te verschaffen over de mate waarin de internationaliseringsvoorstellen een aanslag doen op de tijd van docenten en andere medewerkers en in hoeverre extra ondersteuning of training noodzakelijk is. 

De instemming van de raad op de nota kan volgens Oudeman wachten. “Als de denkrichting maar wél duidelijk is. Daar kan geen misverstand over bestaan: het is niet de bedoeling dat we hiermee de internationaliseringsplannen onderuit gaan halen.”

 

Advertentie