Universiteit krijgt eigen Utrecht Young Academy

Met De Jonge Akjademie on Wheels bezocht Appy Sluijs scholen.

De Universiteit Utrecht krijgt dit najaar zijn eigen prestigieuze Jonge Akademie. Jonge topwetenschappers kunnen vanaf nu voorgedragen worden voor deze Utrecht Young Academy.

Jonge talentvolle Utrechtse wetenschappers krijgen vanaf november een eigen platform. Om deel te mogen nemen moeten wetenschappers voorgedragen worden door een decaan of een programmadirecteur van een van de vier strategische thema's. In deze Utrecht Young Academy kunnen de toptalenten samen projecten ondernemen en de universiteit gevraagd of ongevraagd van advies voorzien, bijvoorbeeld over talentenontwikkeling.

Het initiatief voor deze Young Academy komt van drie wetenschappers die in het verleden zelf actief zijn geweest in de Jonge Akademie van onderzoeksorganisatie KNAW. Het zijn hoogleraar Paleoceanografie Appy Sluijs, hoogleraar Financiële geschiedenis Oscar Gelderblom en hoogleraar Onderwijswetenschappen Tamara van Gog.

“De tijd in de Jonge Akademie is voor ons een geweldige ervaring geweest”, legt Appy Sluijs uit. “Je bent opeens samen met allerlei jonge collega’s die hartstikke goed in hun vak zijn. En die het ook nog eens geweldig vinden om zich in elkaars werk te verdiepen. Ook spraken we over de rol van de wetenschap in de samenleving, bijvoorbeeld over hoe je wetenschap op een basisschool brengt of hoe je klimaatcommunicatie het beste aanpakt. Voor dat laatste project heb ik samengewerkt met een socioloog. Ik merkte hoe een bèta-klimaatwetenschapper als ik dan enorm veel profijt heb van een sociale wetenschapper die het onderwerp meer vanuit de samenleving benadert.”

De drie hoogleraren wilden ook een soort Jonge Akademie voor Utrecht opzetten. Sluijs: “Zou het niet fantastisch zijn als jonge Utrechtse wetenschappers hier een vergelijkbare ervaring krijgen. Ze leren elkaars vakgebied kennen, geven vanuit hun perspectief adviezen over de behoeften van wetenschappers aan de universiteit en ondernemen gezamenlijk projecten om de Utrechtse wetenschap zichtbaar te maken.”

Het College van Bestuur was enthousiast over het plan en stelde 100.000 euro ter beschikking. “Daar zijn we heel blij mee”, vertelt Sluijs, “want zo’n initiatief werkt alleen als er voldoende ondersteuning is.”

De komende tijd kunnen alle Utrechtse wetenschappers toptalenten aandragen bij hun decaan of bij de programmadirecteur van hun strategische thema. Elke decaan en programmadirecteuren van de strategische thema's mogen maximaal zes kandidaten voordragen.

Sluijs: “Wij zoeken naar jonge wetenschappers die minder dan acht jaar geleden zijn gepromoveerd. Dat zijn bijvoorbeeld tenure-trackers en universitair docenten die nog aan het begin van hun carrière staan en nog niet leiding (hoeven te) geven aan een grote onderzoeksgroep. We willen zeker zorgen voor een goede verdeling tussen mannen en vrouwen, plus ruimte bieden voor internationale topwetenschappers, ook met een niet-westerse achtergrond.”

"Idealiter starten we in november met 24 leden. Elk lid wordt benoemd voor vijf jaar. Na een paar jaar moet de Utrecht Young Academy veertig leden krijgen. Op termijn blijft het aantal op peil doordat er jaarlijks acht mensen uitgaan en weer acht benoemd worden."

Sluijs denkt niet dat lidmaatschap van de Utrecht Young Academy botst met dat van De Jonge Akademie van de KNAW. “Integendeel. Wij richten ons op iets jongere wetenschappers. Ik kan me voorstellen dat een deelname aan de Utrecht Young Academy een pre kan zijn voor een benoeming bij De Jonge Akademie.”

Advertentie