Verlagen kiesdrempels valt slecht bij personeelsgeleding U-raad

Verkiezingsposter voor de Universiteitsraad uit 2007, foto archief Ublad

De meeste medewerkers en studenten lopen niet heel warm voor de  verkiezingen voor faculteitsraden en Universiteitsraad. De opkomstpercentages zijn in de meeste gevallen belabberd. Daar wil het universiteitsbestuur nu wat aan doen en stelt voor de kiesdrempels te verlagen voor voorkeursstemmen en de kiesdrempel te schrappen voor de verdeling van de restzetels. De kiesdeler om als lijst verkozen te worden in de raad, wordt niet veranderd.

Een rekensom
De kiesdeler bepaalt op dit moment hoeveel zetels een lijst krijgt in een raad, de kiesdrempels hoe de restzetels worden verdeeld en hoeveel stemmen een kandidaat moet krijgen om met voorkeur verkozen te worden.

De kiesdeler wordt berekend door het aantal uitgebrachte stemmen te delen door het aantal zetels waar een lijst recht op heeft (zie kader).

Na het bepalen van de kiesdeler worden de zetels verdeeld. Daarna blijven er altijd nog een aantal zetels over, de zogeheten restzetels. Deze worden verdeeld onder de lijsten die de kiesdrempel hebben gehaald. Die is nu even hoog als de kiesdeler. Kandidaten die persoonlijk minimaal het aantal stemmen hebben gekregen ter hoogte van de kiesdrempel, worden met voorkeur in de raad verkozen.

Door het afschaffen van de kiesdrempel voor restzetels kunnen ook lijsten die de kiesdeler niet hebben gehaald, alsnog in de medezeggenschapsraad terecht komen. Door het verlagen van de kiesdrempel voor voorkeursstemmen, kunnen kandidaten makkelijker met voorkeur worden gekozen.

Lijstduwers
Het CvB ziet de verlaging van de kiesdrempel voor voorkeursstemmen ook als mogelijkheid om het ‘lijstduwerschap’ te ontmoedigen. Op met name de studentenlijsten stonden de afgelopen jaren populaire namen onderaan de lijst om studenten naar de stembus te trekken. Maar deze kandidaten wilden eigenlijk helemaal geen zitting nemen in de U-raad. Doordat het onder de huidige regelgeving moeilijk is om met voorkeursstemmen verkozen te worden, liepen deze kandidaten nauwelijks ‘gevaar’ om daadwerkelijk in de U-raad te komen. Daar maakt het nieuwe voorstel dus een einde aan. Gunstig, zo denkt het CvB, omdat er volgens de reglementen geen lijstduwers gebruikt mogen worden.

De studenten zijn voor, het personeel is tegen
De studenten zien de verlaging van de kiesdrempel wel zitten. Zij denken dat deze maatregel de medezeggenschap levendiger maakt. Ook denken zij dat het studenten en medewerkers stimuleert om te gaan stemmen, omdat hun kandidaat meer kans maakt om verkozen te worden. Een ander positief punt vinden de studenten dat er misschien meer lijsten gaan meedoen aan de verkiezingen, omdat ook zij meer kans maken op een zetel. Jip den Held: “Kiezers krijgen meer zeggenschap.”

De personeelsgeleding wil de kiesdrempel – met frisse tegenzin - wel een klein beetje verlagen. De medewerkers vrezen voor de kwaliteit van de medezeggenschap en een grotere versnippering in de raad door een toename van verschillende partijen. Zo levert het personeel al een zetel in aan voor een medewerker van Geneeskunde. Ook denkt Schippers dat nu de beurspromovendi actief en passief stemrecht krijgen er ook een zetel gaat naar de partij voor promovendi. “Nu hebben we een adequaat team met deskundigheid op het vlak van onderwijs, onderzoek en ondersteunend personeel. Ook hebben we nu een P-geleding die alle faculteiten vertegenwoordigt”, zegt Joop Schippers.

De studenten vinden dat de negatieve houding van de personeelsgeleding gebaseerd is op speculatie. Jip den Held: “Wij vertegenwoordigen twee lijsten, maar als geleding staan we boven de partijen.”

Maar dat neemt niet weg, zegt personeelslid Laura Tankink, dat medewerkers maar zes uur per week krijgen voor hun raadswerk terwijl studenten vier dagen per week hebben.

Collegevoorzitter Marjan Oudeman vindt de argumenten van de P-geleding erg uitgaan van een wat-als-scenario. Het vergroten van de betrokkenheid bij de medezeggenschap staat voorop: “Met het verlagen van de kiesdrempel wordt er meer recht gedaan aan de keuze van de kiezer. Nieuwe lijsten en personen kunnen ook kwaliteit inbrengen.” Natuurlijk moet je ook kijken naar negatieve gevolgen, zegt ze, zorgpunten moeten daarom worden aangepakt.

Zij stelt voor dan de U-raadsleden advies inwinnen bij staatsrechtdeskundige en voormalig voorzitter van de Kiesraad Henk Kummeling van de UU. “En dan praten wij verder in de U-raadsvergadering van 12 december.”

Wat verandert er precies aan de kiesdrempels? Een technische uitleg

De kiesdeler bepaalt hoeveel stemmen nodig zijn voor één zetel in een raad. Dit zijn het aantal uitgebrachte stemmen gedeeld door het aantal zetels van een geleding of een district/kwaliteit. De kiesdrempels zijn in de reglementen gerelateerd aan de kiesdeler.

Voor de komende verkiezingen van 2017 voor de Universiteitsraad bijvoorbeeld worden voor de personeelsgeleding vier kwaliteitsdistricten onderscheiden:

-voor het wetenschappelijk personeel alfa/gamma (4 zetels)
-voor het wetenschappelijk personeel bèta (3 zetels)
-voor geneeskunde (1 zetel)
-voor het ondersteunend personeel (4 zetels)

Elk kwaliteitsdistrict kent dus zijn eigen kiesdeler.

De studentgeleding in de U-raad kent geen districten. De kiesdrempel is in dit geval het aantal uitgebrachte stemmen gedeeld door de 12 zetels van de U-raad.

De kiesdrempel voor de restzetels staat in het huidige reglement op 1 x de kiesdeler. Net als de kiesdrempel voor voorkeursstemmen.

Het College van Bestuur wil nu de kiesdrempel voor de restzetels afschaffen, de kiesdrempel voor voorkeurszetels wil het CvB verlagen naar 0,5 x de kiesdeler.

Advertentie