De drempels van een buitenlandstage

Een buitenlandstage is zeer aantrekkelijk, maar het regelen van die stage lijkt  wel een hindernisbaan. Dat ontdekte Karin Prummel toen zij op zoek ging naar stage in een Amerikaans lab.

Enkele maanden geleden begon ik aan het grote avontuur om een stage in het buitenland te regelen. Je zou denken dat de stage zelf het avontuur is, maar de organisatie die daar aan vooraf gaat is al een weg vol hindernissen, ontdekkingen en overwinningen op zich.

Het is bijna gewoon om een buitenlandse stage te doen binnen mijn master. Zeker een derde van mijn studiegenootjes zijn net terug, net weg of ook druk bezig met het regelen van een stage. De geweldige ervaringen die langskwamen op Facebook en waarbenjij.nu’s prikkelden mij. Dat wil ik ook!

Daarnaast is je master waarschijnlijk het laatste moment in je leven dat je voor korte tijd mee kunt lopen in het onderzoek aan één van werelds hoogst gerankte universiteiten. Ook is zo’n buitenland ervaring niet verkeerd voor het traject ná je studie. Dus ik stortte me vol overgave op dit avontuur.

Maar dan stuit je bijna direct op de eerste hindernis. Wat zijn goede en leuke labs om acht maanden onderzoek te doen? Hoe baan je je in hemelsnaam een weg door die slecht georganiseerde websites van universiteiten en instituten (de UU is niet de enige met een onmogelijke website)? Laat ik de locatie meewegen (aaah, de zon roept)?

Gelukkig willen onderzoekers hier je graag helpen in je zoektocht en zit je uiteindelijk met een shortlist. Mailen dan maar, in je beste Engels en zo enthousiast mogelijk. En dan is het wachten, wachten op een reactie...

Frustratie! Maar uiteindelijk komt die verlossende e-mail: een dikke JA! Euforisch ren je rondjes door je kamer en waan je jezelf tussen de wolkenkrabbers. Maar al snel word je teruggesleurd naar de realiteit, want nu begint het echte werk pas. Voordat je Amerika binnen kunt wandelen heb je een visum nodig, moet je kijken hoe je zo’n prijzige stage wilt financieren, bijvoorbeeld met het binnenhalen van beurzen en heb je goedkeuring van de Examencommissie nodig. Dat betekent het verzamelen van formulieren, brieven, handtekeningen, cijferlijsten, diploma’s, pasfoto’s, etc.

Als je dingen moet regelen, kun je terecht bij het International Office (IO). Ik had op voorhand verwacht dat het IO niet mijn beste vriend zou worden, maar dat viel gelukkig heel erg mee. Lichtelijk verbaasd vond ik op de website van het IO van de faculteit Geneeskunde een checklist met stap voor stap uitgelegd wat je allemaal moet regelen en met één druk op de knop ontving ik de juiste brief voor beursaanvragen. Ook op de website van mijn gastuniversiteit (UCSF) staat gedetailleerd beschreven wat je nodig hebt voor je visumaanvraag. Dit vond ik nou een bijzondere ontdekking!

Ook al blijf ik wachten op handtekeningen (niet van het IO!) en schrijf ik motivatiebrieven, ondertussen droom ik van Californië en weet ik dat alles goed komt. Toeval dat ik gister een broek kocht die “California Dreaming” heet?

Advertentie