Alcohol vloeit vooral rijkelijk in verenigingen

"Als eerstejaars was ik een naïef jongetje, werd ik echtmeegesleurd met het studentenleven. Toen dronk ik veel thuis methuisgenoten en soms in de kroeg. Vooral veel goedkope Aldi-wijn. Ikheb niet voor niets een jaar langer over mijn studie gedaan dannormaal", zegt Wouter Kroon (24), vijfdejaars fysiotherapie. Hijlacht erbij. Inmiddels heeft de student zijn drankgebruik wel ondercontrole, vervolgt hij. "Gemiddeld twee avonden in de week drink ikeen biertje of zes. En af en toe als het erg gezellig is, gaat hetrichting vijftien. Maar ik hou het nooit echt bij."

Studenten drinken veel, vinden ze zelf, maar ze kunnen dat primain de hand houden. Ze zijn zelfs trots op hun drinkgedrag, ontdekteNicole Maalsté, onderzoekster van het Utrechts Centrum voorVerslavingsonderzoek (CVO) - voorheen onderdeel van de socialefaculteit. Zij onderzocht het drinkgedrag van de student inopdracht van het Nationaal Instituut voor Gezondheidsbevordering enZiektepreventie (NIGZ) die graag wil weten wat voor soortanti-alcoholcampagne studenten zou aanspreken. In groepsgesprekkenmet Utrechtse studenten en via een internetenquête ondervroegzij 1349 studenten over alcohol.

Wouter is een van de mensen die ze sprak. Hij is een goedvoorbeeld van hoe het studenten vaak vergaat, zegt deonderzoekster: "Met name in het eerste jaar gaat het heel snel methet drinken. Daarna stabiliseert het drinkgedrag zich, maarrechtstreeks van de middelbare school laten ze zich vaakmeeslepen."

De resultaten van het onderzoek noemt Maalsté nietverrassend. De gemiddelde student drinkt 11 glazen drank per week,mannen drinken meer dan vrouwen en alcohol drinken is de norm: 96procent van de studenten drinkt. Maalsté: "Drinken is normaalonder studenten, ze vinden dat het bij het studentenleven hoort, engaan ervan uit dat ze er vrij gemakkelijk mee kunnen ophouden."Excessen door alcoholgebruik lijken mee te vallen, vervolgt desociaal wetenschapster: "De norm ligt hoog, maar ze denken hetonder controle te hebben. Studenten drinken zelden alleen en lettengoed op elkaar als ze uitgaan."

Het meest opvallende resultaat noemt Maalsté het verschiltussen ledenvan studentenverenigingen en niet-leden: "Studenten opeen vereniging drinken stukken meer. Vooral bij de meiden valt datop, die normaal niet zulke drinkers zijn. Op de vereniging zijn zedat wel."

Merel de Jong (21) is lid van zeilvereniging Histos. Dederdejaars HBO-studente communicatie en management gaat drie keerper week naar de club. "Ik drink dan niet heel veel, hoor, eenbiertje of vier. Als ik echt uitga drink ik wat meer, acht op eenavond." Het bier kost haar op de vereniging 1,50 gulden, stukkenminder dan in het café: "Dat scheelt natuurlijk wel, maar datis echt niet de reden dat ik daar naartoe ga. Het gaat mij vooralom de gezelligheid."

Op de meeste verenigingen is het bier goedkoop, weetonderzoekster Maalsté. Volgens haar is dit een van de redenenwaarom leden meer drinken. Zij voert daarnaast aan dat er op clubsveel mores en gebruiken zijn die het drinken stimuleren: "Soms magje bijvoorbeeld je bier alleen maar per twee bestellen of kun jeeen meter bier krijgen. Daarnaast is het makkelijker rondjes gevenals het goedkoop is en je bent met je jaarclub op stap. Dan gaathet snel. Sommigen leden zeiden dat ze op de club altijd eenbiertje in hun hand hadden."

Wedstrijdroeier

Toch zijn er ook verenigingen die heel anders omspringen metalcohol, zegt de onderzoekster. Als voorbeeld noemt zijroeivereniging Triton waar je een meter thee kunt bestellen. TheoLeyh (19) is er wedstrijdroeier, en is het afgelopen seizoen intraining geweest. Alcohol is dan taboe: "Twee keer per weekladderzat als je moet trainen, dat werkt niet." De tweedejaarsrechtenstudent weet heel goed hoe het is om geen alcohol te drinkentussen studenten. "Vroeger dronk ik vrij veel, in het begin vanmijn eerste jaar gingen er op een avond vijftien bier doorheen.Maar na het intrainingsfeest heb ik bijna niet meer gedronken."Toen begin juli het wedstrijdseizoen was afgelopen merkte hij dathij het bierdrinken enigszins was verleerd: "Na vijf had ik het algezien."

Komend jaar gaat hij weer wedstrijdroeien, ondanks het feit dathij zichzelf dan weer een jaar de alcohol moet ontzeggen. "Het nietuitgaan vind ik eigenlijk moeilijker dan het niet drinken", zegt deroeier. Hij voegt daaraan toe dat hij wel altijd een uitleg moetgeven als hij een biertje weigert in de kroeg: "Je moet heel ergduidelijk maken dat je echt niet wil, en op den duur weten ze hetwel en dringen ze niet meer zo aan. Als ze eenmaal weten dat ikheel serieus met roeien bezig ben, dan begrijpen ze het wel. Ennatuurlijk worden er altijd wel grapjes gemaakt over het feit datik niet drink, maar dat doet me niets."

De studenten die Maalsté sprak, gaven allemaal aan dat hetmoeilijk is nee te zeggen tegen een bier, en dat er altijd eenverklaring moetvolgen. Als Wouter Kroon uitgaat terwijl hij devolgende dag moet werken, dan houdt hij het meestal bij een paarcolaatjes. Van alle kanten wordt er dan op aangedrongen om tochgezellig mee te drinken: "Er wordt al snel gezegd `Ah, pak toch eenbiertje'. Maar als je dan zegt dat je de volgende ochtend om achtuur nuchter in de auto moet zitten voor je werk, accepteren ze hetwel."

Agressief

Tijdens het uitgaan houden studenten elkaar in de gaten,constateerde Nicole Maalsté: "Als je samen uitgaat, en datgeldt binnen verenigingen nog sterker, dan let je op elkaar.' Alshet gedrag onder invloed echt de spuigaten uitloopt, dan sprekenstudenten elkaar daarop aan, zo blijkt uit Wouters relaas:"Vrienden van mij die altijd agressief werden als we naar huisliepen, tegen fietsen en lantaarnpalen trapten, daar ben ik weleens tussengesprongen. In vriendenkring wordt daar best overgepraat, en dat gebeurt nu ook niet meer."

Studenten lijken zich nauwelijks druk te maken over hundrinkgedrag. "Als wij als verslavingsdeskundigen zeggen dat bier demeest gevaarlijke drug is, zijn ze stomverbaasd. En een alcoholist,dat is in hun ogen iemand die met een fles over straat loopt",aldus de CVO-medewerkster. Volgens haar hebben gruwelverhalen overexcessen waarbij alcohol in het spel is daarom ook geen zin:"Studenten denken bij dat soort schrikvoorbeelden toch altijd `datgebeurt mij niet'." De wetenschapster zoekt het meer in anderedingen: "Zo zouden verenigingen de frisdrank een stuk goedkoperkunnen maken dan bier. Studenten zijn nou eenmaal berekenend. Alseen biertje even duur is als een sinas, dan heb je meer aan bier,redeneren ze."

Bier en het studentenleven zullen altijd wel met elkaarverbonden zijn, denkt de onderzoekster, en de gepaste trots waarmeestudenten hun alcoholdoordrenkte avonturen opdissen zal welblijven. Maar de meesten weten ermee om te gaan en beseffen heelgoed dat de vrijheid die ze nu hebben voorbij is als ze aan hetwerk moeten, zegt Maalsté.

Histos-lid Merel de Jong maakt zich in ieder geval geen zorgenom haar drinkgedrag. "Ik red het meestal in mijn eentje naar huis",zegt ze ironisch. Bovendien is het doordeweeks drinken binnenkortafgelopen: "Over driekwart jaar moet ik op stage en word ik eenweekenduitgaander, want je kunt het je dan niet permitteren veel tezuipen."

En zo veel drinken als tijdens haar introductietijd in Utrecht,dat zal wel niet meer gebeuren: "Bij mijn A-dagen had ik geluk. Ikzat in een heel gezellig groepje, dat enorm kon doorhijsen. Zelfsde mentoren lagen om zeven uur al ergens kotsend in de hoek."

Femke van Zeijl