analyse

Is de sms-generatie bij voorbaat verloren?

Na de pabo-studenten moeten nu ook de rechtenstudenten uit Rotterdam eraan geloven: zij kunnen niet meer spellen, meldden de dagbladen. Nogal alarmerend, want de juristerij staat of valt nu juist met precieze formuleringen en haarkloverij op de komma. Maar de rechtenstudenten staan er niet alleen voor, zo wordt in Utrecht al langer geklaagd over de taalvaardigheid van studenten.

Veel studenten krijgen daarom al te maken met een bijspijkercursus, maar natuurlijk willen de instellingen een spelling- en grammaticacursus liever niet tot hun kerntaak rekenen. Het is daarom begrijpelijk dat ze klagen over het niveau van het middelbaar onderwijs. Maar met berichten over het niveau van scholieren gebeurt tegenwoordig iets nieuws: ze krijgen onmiddellijk een plek in het modieuze doemdenken over onderwijs: de doorgeschoten nadruk op vaardigheden, het perverterende internet, de incapabele managers... de ingezonden brieven en opiniestukken buitelen over elkaar heen.

En de klaagzangen weten te overtuigen. Zo kan het gebeuren dat het respectabele NRC Handelsblad in een hoofdredactioneel commentaar schrijft: "Het vwo-diploma biedt geen garantie meer dat iemand hoger onderwijs kan volgen." Alsof een vwo-diploma dat ooit is geweest: al decennia lang haalt grofweg een derde van alle studenten zijn studie niet.

Ook de riedel over het 'doorgeschoten competentieonderwijs' snijdt in het geval van de rechtenstudenten geen hout. Goed spellen hoort helemaal niet thuis in de kennis- en vaardighedendiscussie, omdat je beide nodig hebt: de correcte spelling van 'dahlia' is een weetje, terwijl het toepassen van de dt-regel beter een vaardigheid kan heten.

Misschien is er inderdaad iets aan de hand met de schrijfvaardigheid van studenten, maar termen als 'kennis', 'vaardigheden' en 'het nieuwe leren' vertroebelen de discussie. De klachten over spelfouten zijn bovendien niet van gisteren. Dat scholieren tegenwoordig opgroeien in een beeldcultuur lijkt een aannemelijker verklaring voor de niveaudaling. En stel dat die daling er inderdaad is, dan nog is niemand erbij gebaat de hele sms-generatie als verloren te beschouwen. Veel constructiever is de opstelling van de hogescholen, die zeggen: er moet iets veranderen in het voortgezet onderwijs, maar geef ons tot die tijd de middelen om de klappen op te vangen.

Wie zonder nuance luidkeels de ondergang van het Nederlandse onderwijs verkondigt, lijkt weinig bereid om naar oplossingen te zoeken.