De minister financiert geen verhalen

De grote revolutie in het hoger onderwijs dreigt zich tebeperken tot een 'cosmetische operatie', waarschuwden onlangs deuniversiteiten. Vooral de voortdurende onduidelijkheid over duur enbekostiging van de masteropleidingen zorgt voor irritatie. In eenrecent onderzoek noemden de universiteiten en hogescholen het'gebrek aan regie' als belangrijkste probleem bij de invoering vanhet nieuwe stelsel. En dat terwijl ze volgend jaar al zouden moetenbeginnen.

Het heeft de minister er niet van weerhouden zijn wetsvoorstelvoor de invoering van het nieuwe stelsel snel in de ministerraad tebespreken. Van klachten over zijn 'haastige spoed' wil Hermansniets weten. "Mij is in het verleden ook wel verweten dat ik telangzaam ging", zucht hij. "Ik vind dat je met de invoering vanbachelor-master in Europa niet achteraan moet lopen. Nu kunnen wede richting bepalen, anders kun je alleen nog volgen."

Maar volgens de universiteiten is het onmogelijk voor voldoendevakinhoudelijke verdieping te zorgen in een eenjarige masterfase.De alom nagestreefde verbreding in de bachelorsfase laat daarvoorte weinig ruimte, denken zij.

Dat dat betekent dat de mastersfase met een jaar moet wordenverlengd is voor de minister geen uitgemaakte zaak. "Toen ikonlangs op de jaarconferentie van de vereninging van universiteitenzei dat iedere Nederlandse opleiding over tien jaar in dewereldtop-10 moet staan, riep iedereen daar dat dat al zo was. Entegelijkertijd zouden de universiteiten ineens een jaar langernodig hebben om de kwaliteit te garanderen. Ik vind dat dus nietlogisch."

Toch heeft Hermans de deur naar tweejarige masters nog niethelemaal in het slot gegooid. "Als universiteiten metbeargumenteerde plannen komen, en uit de accreditatie blijkt datinternationaal de noodzaak bestaat voor een vijfde jaar, dan wil ikdaar best naar kijken. Maar voorlopig heb ik nog geen enkelconcreet plan gezien."

Afwachtend

De minister kaatst de bal terug. Niet hij is onduidelijk, maarde universiteiten zelf nemen een afwachtende houding aan. "Deinstellingen wilden steeds meer zelfstandigheid. Die moeten ze danwel nemen", zegt hij. "Verandering draagt altijd enige onzekerheidin zich mee. Ik kan wel roepen: 'we betalen het allemaal', maar datis weinig uitdagend."

Uiteindelijk zullen de universiteiten toch met goede plannenmoeten komen. "De universiteiten moeten zich goed realiseren dat zehet bachelor-mastermodel niet voor mij invoeren, niet eens voorzichzelf, maar voor de studenten. Die kunnen we niet opzadelen meteen verouderd curriculum."

Voor de zekerheid houdt Hermans een financile stok achter dedeur. In de Voorjaarsnota is honderd miljoen gulden uitgetrokken omde universiteiten te helpen het stelsel in te voeren, maar de helftdaarvan deelt de minister alleen uit aan de hand van concreteplannen. "De vernieuwing van lesprogramma's en de onderlingeafstemming tussen universiteiten zijn daarbij belangrijkecriteria", zegt hij. Studenten moeten mobieler worden en na driejaar makkelijk kunnen kiezen voor een master aan een andereuniversiteit. "We moeten niet gewoon een kandidaats ombouwen totbachelor en een doctoraal tot master. Willen we de concurrentie methet buitenland aankunnen, dan moeten we echt goede mastersaanbieden."

Bekostiging

De grootste vrees van de studentenbonden is dat de overheid opeen kwade dag besluit de masters niet meer te betalen. In oktobertrokken zij nog aan de alarmbel toen Hermans in een informeeloverleg zou hebben laten doorschemeren dat wat hem betreft debekostiging van de masters 'niet heilig' was.

Hermans beperkte zijn reactie destijds tot verontwaardiging overhet lek, maar spreekt nu geruststellende woorden. "De overheid isverantwoordelijk voor het initile onderwijs. Ik vind dat eenacademische opleiding pas is voltooid als je een mastersgraadhebt."

Toch blijft waakzaamheid geboden: "Ik kan geen 25 jaar vooruitkijken. Er is best discussie over de verhouding tussen persoonlijken maatschappelijk voordeel van een mastersopleiding. Als heteconomisch minder gaat zal die afweging zeker niet minder worden.Tegen de bonden heb ik gezegd dat als die discussie ontstaat, dekans dat de financiering van masters wordt verlaagd groter is dandat-ie wordt verhoogd. Het funderend onderwijs heeft momenteel eenhogere prioriteit."

De invoering van het bachelor-masterstelsel lijkt grote gevolgente krijgen voor het traditionele onderscheid tussen hbo enuniversiteit. De Hogeschool van Amsterdam en de HogeschoolWindesheim zijn verwikkeld in fusies met de UvA en de VU, encollegevoorzitter Pim Breebaart kondigde in maart aan dat zijnHaagse Hogeschool zich straks ook in Nederland Universiteit van DenHaag gaat noemen. Betekent dat het einde van het zogenoemde binairestelsel, met hbo en wetenschappelijk onderwijs?

Hermans denkt het allemaal wel mee valt. "Het binaire stelselvindt zijn oorsprong niet in instituties, maar in orientatie. Weaccrediteren (met de kwalificatie 'wetenschappelijk' of 'hbo' -WvD)straks op opleidingsniveau, zonder naar de instelling tekijken."

Maar dat hogescholen 'universiteitje spelen' door titels teimporteren uit het buitenland en hun lectoren hoogleraar te noemenvindt hij geen goede ontwikkeling. "Lectoren en kenniskringen zijnbedoeld om de kwaliteit van het hbo te verbeteren. Dat is hardnodig, blijkt uit visitaties. Hogescholen moeten zich niet alsuniversiteit willen profileren."

HOP, Wieland van Dijk


Geen vijf jaar

Een laatste offensief voor vijfjarige masters heeft deuniversiteiten niet meer geholpen. De ministerraad heeft ingestemdmet Hermans' wetsvoorstel voor de bachelor-masterstructuur, waarinaan de studieduur vooralsnog niet wordt getornd.

De huidige studieduur van vier jaar blijft het uitgangspunt vande nieuwe tweefasenstructuur. Tot teleurstelling van deuniversiteiten, die denken dat het nieuwe stelsel alleen voor degewenste kwaliteitsimpuls kan zorgen als de masterfase een jaarlanger duurt. "Als we vierjarige studies moeten verbreden krijg jeeen soort mavo, met van alles een beetje", verwoordde voorzitterDoeko Bosscher van het rectorencollege onlangs de kritiek. Volgensminister Hermans is het echter allerminst zeker dat alleuniversitaire studies vijf jaar nodig hebben. Het Nederlandse hogeronderwijs staat in het buitenland hoog aangeschreven, ondanks debeperkte studieduur, meent hij. Enkele vragen blijven voorlopigonbeantwoord. Zo moet een commissie onderzoeken of ook sommigehbo-masters door de overheid betaald moeten worden.'Maatschappelijk relevante' masters in de onderwijs- en zorgsectorzouden mogelijk toch in aanmerking komen voor bekostiging.

HOP, WvD