Economisch belang Waddenzee voor overheid primair

Die weinig opwekkende conclusie trekt Tanja Verbeeten in hetproefschrift Wijs met de Waddenzee waarop zij vrijdag 26 novemberpromoveert. De Utrechtse milieukundige die een jaar geleden indienst trad bij TNO in Delft, wilde met haar onderzoek uitzoekenhoe het overheidsbeleid ten aanzien van kwetsbare natuurlijkesystemen zoals de Waddenzee moet worden georganiseerd om zoveelmogelijk lering te trekken uit eerder opgedane ervaring.

Verbeeten bestudeerde voor haar onderzoek de ontwikkeling in deafgelopen dertig jaar van het beleid rond de zandwinning, dekokkelvisserij en de gaswinning in het Waddengebied. Zijconstateert dat er weliswaar op alle drie terreinen sprake isgeweest van beleidswijzigingen, maar relativeert de invloed vanleerprocessen op de richting van het beleid.

Enerzijds blijkt het overheidsbeleid voor een niet onbelangrijkdeel te zijn beïnvloed door de actieve opstelling van deWaddenvereniging, die erin is geslaagd om de ecologische waarde vanhet gebied op de politieke agenda geplaatst te krijgen. Maar nogbelangrijker waren volgens Verbeeten economische argumenten. Hetbesluit om de zandwinning in de Waddenzee te staken viel pas in1996 toen de vraag naar zand sterk begon af te nemen. En dat dekokkelvissers in 1993 akkoord gingen met vangstbeperkendemaatregelen kwam vooral omdat de schelpdierstand toen zo ernstigwas teruggelopen dat de broodwinning van de vissers in gevaarkwam.

Ook over het overheidsbeleid ten aanzien van gasboringen heeftVerbeeten weinig illusies. Het moratorium op gaswinning (deonderlinge afspraak tussen overheid en NAM om gedurende tien jaaraf te zien van boringen) kreeg in 1984 vooral brede steun omdat erop dat moment voldoende gas beschikbaar was. Dat feit, gekoppeldaan de lage gasprijzen, is ook de enige reden dat er na 1994 geenboringen zijn uitgevoerd, stelt Verbeeten niet zonder cynisme.

Concluderend stelt de promovenda dat toenemende kennis overmilieu-effecten weliswaar een rol speelt in de manier waarop hetbeleid zich ontwikkelt, maar dat economische overwegingendoorslaggevend zijn. Hoe raak die typering van het weinigidealistische overheidsbeleid is, bleek twee weken geleden toen deregering-Kok toch weer proefboringen in deWaddenzee wilde toestaan.Uit het onderzoek van Verbeeten blijkt dat dit voornemen geheel inlijn is met de geschiedenis van twintig jaar Waddenbeleid. In eenopiniebijdrage in de Volkskrant constateerde zij dan ook dat deoverheid opnieuw niet onomwonden voor het natuurbelang kiest.Alleen als dat in economisch opzicht niet al te nadelig is, wil deregering met de natuur rekening houden, aldus de promovenda die deregering verwijt van twee walletjes te willen eten. "Ook nu wordtalle hoop gevestigd op gaswinning zonder dat onherstelbare schadewordt toegebracht aan de natuur. In de praktijk blijkt het evenwelniet altijd mogelijk te zijn om zogenaamde 'win-win-situaties' tecreëren. In dat geval zal een duidelijke keuze moeten wordengemaakt."

EH