'Eigenlijk zijn de mensen hier normaler'



Wie zijn leuker, zij of wij? Docenten en studentendie aan de overkant zijn geweest twijfelen. `Als ik mocht kiezenzou ik teruggaan naar de universiteit, vanwege het intellectueleklimaat. Hoewel: daar hangt weer zo'ndolk-in-je-rug-klimaat.'

Tekst: Vrouwkje Tuinman


'Nu leer ik honderd bladzijden voor een tentamen, daarwas het een stapeltje boeken.'

Een verademing

Josine Brokken is eerstejaars Communication andManagement. Hiervoor studeerde ze een jaar Rechten.

`Na de havo heb ik het vwo gedaan. Ik wilde namelijk graag eenbaan bij de Europese Commissie, en een studie Rechten leek medaarvoor een goede opstap. In de praktijk viel me dat tegen. Destudie was vooral op Nederlands recht georiënteerd, terwijl ikmeer gericht ben op talen en andere landen. Het eerste jaar heb ikwel afgemaakt, maar het ging niet echt lekker.

Niet alleen inhoudelijk zag ik de studie niet zitten. Ook hetklimaat van de opleiding trok me niet. Ik had maar heel weinigcollege, en zat daardoor meer thuis dan op de universiteit. Dat, ende massaliteit van de colleges, zorgde ervoor dat je alseerstejaars erg weinig contact met je medestudenten had. Dieeenzaamheid vond ik erg demotiverend. Naar mijn idee zou jestudietijd ook sociaal eigenlijk de leukste tijd van je levenmoeten zijn.

De overstap naar het hbo was voor mij echt een verademing. Ikhad veel meer contact met mijn medestudenten. Meteen al tijdens deintroductie: we gingen drie dagen weg, en dan leer je elkaar echtkennen. De mensen die ik tijdens de introdagen van de universiteithad ontmoet, zag ik daarna nooit meer terug. Ook het contact metdocenten was daar veel oppervlakkiger. Maar ja, je kunt het ze ookniet kwalijk nemen: als er 650 studenten in een hoorcollege zittenis het niet gek dat de docent niet alle namen onthoudt.

Ik ben heel blij dat ik dat jaar Rechten heb gedaan, vooral voormijn algemene ontwikkeling. Bij sommige vakken die ik nu volg, hebik er ook voordeel van. Ik heb bij Communication and Managementveel meer vakkenen tentamens, maar van Rechten ben ik gewend grotehoeveelheden stof te verstouwen. Nu leer ik honderd bladzijden vooreen tentamen, daar was het al gauw een stapeltje boeken. Ik laat medus niet zo snel uit het veld slaan. Maar dat geldt voor veelstudenten: omdat ze vaak al een jaar gereisd hebben, zijn demeesten wat ouder, en weten ze meer wat ze willen. Iedereen isgemotiveerd, en dat stimuleert mij ook weer. Ja, dit jaar ga ik erecht iets van maken.'


`Grootste verschillen zijn tempo en de massaliteit vancolleges.'

Meer leren leren

Annelet Broekhuis (51) doceert bevolkingsgeografieaan de faculteit Ruimtelijke Wetenschappen en aan delerarenopleiding van de Hogeschool van Utrecht. Zelf deed ze zoweleen hbo- als een wo-opleiding.

`Het grootste verschil tussen beide opleidingen is misschien nogwel het tempo. Vanaf het begin gaat het aan de universiteit heelsnel. Natuurlijk piepen de studenten dan, maar zo wennen ze wel aaneen norm. Een ander belangrijk verschil is de massaliteit van decolleges. Die verschrikkelijk grote groepen van de universiteittrekken mij als werkvorm niet. Ik prefereer een meer individuelelesmethode, waarbij uitgebreider contact en interactie mogelijkzijn. Aan de hogeschool vind ik dat.

Ik heb het gevoel dat hbo en universiteit steeds meer naarelkaar toegroeien. De eerstegraads lerarenopleiding, waar ikdoceer, werd een aantal jaren terug tijdens de visitatie zelfs alte academisch bevonden. Studenten deden namelijk alleenvakinhoudelijke vakken en afstudeerscripties. Nu doen ze ookberoepsgericht onderzoek en leren ze vaardigheden die echtbelangrijk voor docenten in spe zijn. Bij Ruimtelijke Wetenschappenzie ik steeds duidelijker twee stromingen, eentje echtwetenschappelijk, de ander meer praktijkgericht.

Van oudsher hebben docenten aan de universiteit meer tijd voorindividuele begeleiding in de afstudeerfase. Maar aan het hbo komtdat nu ook op. Nieuwe onderwijsmethoden zijn gericht op het "lerenleren". De docent lepelt tijdens college niet meer een goedlopendverhaal van drie kwartier op, maar moet vooral in zijn hoofd hebbenwat de student gaat doen en welke problemen hij daarbij tegen kankomen. En de leermiddelen veranderen. Aan de universiteit zijn dievanaf het begin vaak in vreemde talen. Op het hbo wordt daarvoorzichtiger mee begonnen, er komt meerprotest op van dehbo-studenten. Studenten moeten volgens mij ook dit soortvaardigheden leren beheersen, net zoals ze bijvoorbeeld uitgebreidbronnenonderzoek moeten kunnen doen. Anders beland je snel bijverkeerde of te oude literatuur.

Als ik moest kiezen, zou ik aan de universiteit blijven. Hetwerk is er afwisselender, en ik krijg de mogelijkheid om onderzoekte doen. Maar dat er de laatste jaren bij de HvU steeds meer ruimteis voor de professionalisering van de docent, vind ik erg goed. Inbeide opleidingen is meer aandacht gekomen voor de plek waarstudenten daadwerkelijk terechtkomen. En men richt zich meer oppresentatie, communicatie en dergelijke. Dat is goed, want zo leidje mensen op waar de maatschappij behoefte aan heeft.'


'Hier voel ik me thuis, daar was ik eennummer.'

Lange schooldagen

Femke Haarsma (23) stapte na tweeënhalf jaarRechten over naar de hbo-opleiding Management, Economie en Recht(MER). Ze is nu derdejaars.

`Eigenlijk is mijn studie Rechten nooit echt slecht gegaan. Ikvond het wel erg theoretisch, maar werkte gedisciplineerd en haaldede meeste vakken. Wel merkte ik dat wat ik geleerd had voor eententamen, meteen daarna weer weg was. Maar iedereen zei dat destudie in de loop der jaren leuker zou worden, als je je eigenrichting erin vond. Halverwege mijn derde jaar had ik nog altijdniet het gevoel, dat dit was wat ik zocht. Na zo'n tijd switch jeniet zomaar, zeker niet als je zoals ik niet gewend bent iets nietaf te maken. Uiteindelijk vond ik echter toch dat je een studiemoet doen die bij je past, ongeacht het niveau. Ik heb een halfjaar gewerkt en ben toen aan MER begonnen.

Ik blijk me meer thuis te voelen aan een praktische opleiding,waar je veel in groepsverband werkt. Aan de universiteit voelde ikme een nummer. In een collegezaal van vijfhonderd man stel je nietmakkelijk even een vraag, hier wel. We doen veel aan presentatiesen dergelijke. De theorie is interessant, maar we hoeven veelminder te leren. Twaalf tentamens hier is minder stof dan drie bijRechten. Ik leer in een dag of twee een tentamen, dat hoefde ikvroeger echt niet in mijn hoofd te halen. Daar staat tegenover datje vaak heel lange schooldagen maakt.

Dat ik een academische achtergrond heb, merk ik wel. Ik werk ergzelfstandig en zou dat wel wat meer los willen laten. Nu neem ikvaak te veel hooi op mijn vork. Maar iedereen met mijn karakter dienog twijfelt,raad ik het hbo aan. De universiteit was me teongrijpbaar, ik miste de mens achter de theorie. Door de praktischeervaring die je hier opdoet kun je kijken of iets echt bij je past.Zo sta je steviger in je schoenen.'


'Hier is het collegialer, daar was het eenslangenkuil.'

Een ivoren-torenpersoon

Rob de Lange doceert sociale wetenschappen aan deHvU-faculteit Communicatie en Journalistiek. Daarvoor werkte hijvijftien jaar als onderzoeker en universitair docent aan defaculteit Sociale Wetenschappen.

`Ik ben een typisch product van de universiteit. Na mijn studieOnderwijskunde ben ik direct bij de faculteit Sociale Wetenschappengaan werken. In mijn waardenpatroon zit daardoor echt ingebakkendat alles onderzocht moet worden; een heel intellectueleinstelling. Daar staat tegenover dat de wetenschap je een beetjeafsluit van de werkelijkheid. Je wordt, als je niet uitkijkt, eenecht ivoren-torenpersoon.

Vanwege reorganisaties werd eind jaren tachtig mijnaandachtsgebied binnen de vakgroep opgeheven. Al snel kon ik aan deslag bij de School voor Journalistiek. Wat me direct opviel was deschoolsheid. De sfeer in de klas is formeler dan aan deuniversiteit: er gaat nog net geen bel tussen de lessen in. Wat mein het begin erg tegenviel is dat er minder initiatief verwachtwordt van de student. Nog steeds stelt de desinteresse vanstudenten me soms teleur. Dat ze niet méér willen wetendan ze "moeten weten". Opmerkelijk vind ik verder dat veelstudenten aangeven juist die schoolsheid, de opgelegde structuurvan het hbo, prettig te vinden. Ze lijken zichzelf niet tevertrouwen in een open klimaat. Zo was ik absoluut nietvroeger.

Het grootste verschil tussen universiteit en hogeschool is tochde praktijkgerichtheid. De studenten hebben veel meer contacturenen bestuderen à vergeleken met de dikke Amerikaanse pillen bijSociale Wetenschappen à een stuk minder stof, die meer istoegespitst op hun toekomstige situatie. Dat is heilzaam. Ik benhet steeds belangrijker gaan vinden dat een opleiding een duidelijkmaatschappelijk nut heeft. De universiteit doet aan mythevorming,beïnvloedt de publieke opinie dusdanig dat mensen denken datécht studeren alleen daar kan. Terwijl een praktischeopleiding heel veel vergt, en veel bredere vaardigheden aanleertdan bijvoorbeeld Psychologie.

Als ik mocht kiezen zou ik teruggaan naar de universiteit. Hetklinktarrogant, maar het intellectueel klimaat is aan de HvU tochminder. Maar ik zeg dit al minder volmondig dan een aantal jaargeleden. De sfeer bijvoorbeeld vind ik hier echt veel beter. Het iscollegialer, communicatiever. Op de universiteit is het eenslangenkuil, er hangt zo'n dolk-in-je-rug-klimaat. Dat heb je hiertotaal niet. Eigenlijk zijn de mensen hier normaler.'