Pedofiel kan zich aanmelden in Utrecht

Norbert de Jonge, secretaris van de ‘pedopartij’, is terecht verwijderd van de opleiding orthopedagogiek aan de Radboud Universiteit Nijmegen, oordeelde het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs gisteren. Maar de enige onderbouwing die het college gaf, was de katholieke grondslag van de universiteit: een vrije seksuele moraal, met name ‘zich bekennen tot pedofilie’, past niet binnen het Roomse geloof.

Andere argumenten hanteert het college niet. Gezien het fanatisme van De Jonge is de kans groot dat hij zich zal inschrijven aan een openbare universiteit. Dan kan het hele juridische gevecht opnieuw beginnen, maar zonder de comfortabele uitvlucht van een bijzondere status.

Want openbare universiteiten hebben niet de bevoegdheid om studenten te weigeren. Zij kunnen alleen artikel 7.57.h van de WHW in stelling brengen: als iemand de “goede gang van zaken” verstoort, kan hij voor maximaal een jaar worden geschorst. Daarna moet hij weer toegang krijgen en mag hij weer tentamens doen. Bovendien heeft dat artikel voornamelijk betrekking op gevallen van bedreiging, amok, wangedrag etcetera, en niet op geaardheid of overtuigingen.

Zelfs veroordeelde misdadigers kunnen zich inschrijven aan de universiteit. Als je in de gevangenis zit, kun je nog steeds tentamens maken. Het recht op onderwijs weegt zeer zwaar in Nederland.

De Jonge is niet veroordeeld voor pedofilie. Hij zegt alleen hardop dat hij pedofiel is en dat hij daar geen problemen mee heeft. Geen universiteit zal hem willen opleiden tot orthopedagoog, maar hoe kunnen ze hem weren?

Bovendien, als hij geen orthopedagogiek mag studeren, mag hij dan wel – pakweg - tandarts worden en in kindermondjes kijken? Of architect worden en een school ontwerpen? Wie trekt de grens?

Uiteindelijk kan alleen de wetgever duidelijkheid scheppen. Tot die tijd zitten rechters en universiteiten in een lastig parket.

HOP