Universiteit gastvrouw Utrechts schaaktoernooi

Schaker H. Peters uit Alkmaar (rating 1635) moest wel even aande nieuwe entourage wennen: "Doet me denken aan een metrostation,je hebt het gevoel dat er ieder moment een trein aan kan komen."Maar de meeste schakers waren zeer te spreken over de speelzaal inhet Minnaertgebouw. Het recordaantal van 170 deelnemers kon metgemak worden ondergebracht in de fraaie en ruime kantine. Eenongekende luxe voor dergelijke toernooien, waar spelers vaak opelkaar gepropt aan veel te kleine tafels hun zetten moetenuitvoeren.

Het was de eerste keer dat de universiteit als gastheer optradvoor het Utrechtse schaaktoernooi. Mede-organisator Jaap van Oosten(1835), tevens wetenschappelijk medewerker van de faculteitWiskunde en Informatica, was zeer tevreden over het verloop van hettoernooi. De enige die even mopperde was de portier, diezaterdagnacht om twaalf uur naar huis wilde, terwijl er nogschakers zaten te vluggeren.

Van Oosten hoopt dat het toernooi ook de komende jaren in hetMinnaertgebouw gehouden kan worden. De toernooi-organisatie isdaarover met het college van bestuur in onderhandeling. Deuniversiteit vindt het schaaktoernooi een activiteit die bij haarimago past en lijkt bereid het toernooi te blijven sponsoren. Diesponsoring bestaat uit het betalen van de zaalhuur en hetbewakings- en cateringpersoneel.

Hoewel de nationale top ontbrak (die speelt momenteel inRotterdam om het Nederlands kampioenschap) kende het toernooi eeninteressant deelnemersveld. Behalve een groot aantal nationalesubtoppers en de nodige schaakmeesters en grootmeesters uit hetoostblok was vrijwel de gehele nationale jeugdtop in Utrechtaanwezig. De Utrechtse studenten Bart Karstens (2052) en XanderWemmers (2302) eindigden in de A-groep met een score van 50 procentin de middenmoot. Voor Karstens een goede prestatie, maar voorWemmers duidelijk onder zijn niveau.

Interessant was de deelname van Neerlands jongsteschaaktalenten: piepjonge jongens als Jan Smeets (14), Frank Erwich(14), Marc Erwich (12) en Daniël Stellwagen (12). In Utrechtwaren ze te zien, gewoon in de hoogste groep, tussen de grotemijnheren, en eindigend in de bovenste helft van de ranglijst. Stukvoor stuk hebben ze al grootmeesters verslagen en ooit zullen zetegen Kasparov (2820) spelen. Maar het schaakspel kan hard zijn. Zozagen we hoe kleine Daniël, toekomstiggrootmeester, zijntranen niet kon bedwingen toen hij in de laatste ronde zijn partijverloor. "Schaken kunnen ze wel, maar verliezen moeten ze nogleren", sprak een deelnemer uit de B-groep.

In de B-groep streden de wat mindere goden en godinnen. Onderhen onder meer hoogleraar theoretische fysica Erik Verlinde (1710),die in het schaakspel helaas niet de hoogte haalt die hij alswetenschapper al heeft bereikt. Hij eindigde in de middenmoot. Ookin deze groep schrijnende taferelen. Een deelneemster verkeerde inhevige tijdnood met nog maar zes seconden over. Haar tegenstandermet nog twee minuten, had alleen maar een paar zetten hoeven doen,maakt niet uit wat, hij zou op tijd gewonnen hebben. Maar de manversteende achter zijn bord, een radeloze blik in zijn ogen. Hijhield een toren in zijn hand, maar was niet in staat het stukergens neer te zetten. Zijn arm hing muurvast boven de velden.Roemloos ging hij door zijn vlag.

Kees Volkers (rating 1794)