Universiteiten furieus over accreditatie-notitie

Vanaf 2002 krijgen alle opleidingen aan hogescholen enuniversiteiten een kwaliteitskeurmerk. Zonder zo'n keurmerk betaaltde minister Hermans het onderwijs van de opleiding niet meer. Eencommissie onder leiding van commissaris van de koningin JanFranssen van Zuid-Holland bereidt de invoering van dat zogenoemde'accreditatiestelsel' voor.

Opleidingen worden nu beoordeeld door visitatiecommissies van deVSNU (universiteiten) en de HBO-raad (hbo). Volgens deuniversiteiten voldoet dat stelsel uitstekend. Het enige wat zijvan het nieuw op te richten accreditatieorgaan verwachten is dathet toetst of de visitatiecommissies hun werk goed doen.

De commissie-Franssen toont zich echter ambitieuzer. Uit eeneerste notitie blijkt dat de commissie, al is het maar in grotelijnen, zelf criteria wil opstellen waar goed onderwijs aan moetvoldoen. Een deel van die criteria zou zelfs periodiek door depolitiek kunnen worden vastgesteld aan de hand van 'beleidsmatigeprioriteiten'.

De universiteiten reageren woedend op de plannen. Wetenschappersmoeten zelf de inhoud, het niveau en de grenzen vanwetenschappelijk onderwijs bepalen. Dat is geen taak voor decommissie-Franssen of het accreditatieorgaan. Laat staan voorpolitici: "Het is ons volstrekt onduidelijk hoe en waarom andere,zelfs vanuit de politiek ingebrachte en ook nog in de tijdwisselende criteria worden toegevoegd", schrijft voorzitter Edd'Hondt van de VSNU in een furieuze brief aan de commissie.

Al eerder waarschuwden de universiteiten bij monde vanbestuursvoorzitter Roelof de Wijkerslooth van de KatholiekeUniversiteit Nijmegen dat de 'academische vrijheid' in gevaardreigde te komen door de plannen van Franssen, maar kennelijkzonder het gewenste resultaat. D'Hondt roept Franssen nu met nadrukop zich aan zijn opdracht te houden: "Het gaat om uitbreiding vaneen in de kern goed functionerend stelsel, en niet om sloop ennieuwbouw." Binnen de universiteiten zou voor de plannen vanFranssen geen enkel draagvlak bestaan, aldus D'Hondt.

Een ander plan van Franssen, de invoering van 'Michelin-sterren'voor opleidingen van uitzonderlijke kwaliteit, vindt in de ogen vande universiteiten ook al geen genade. Onderwijskwaliteit laat zichlastig meten, vinden zij. Sterren en ranglijstjes maken dekwaliteitszorg dus ondoorzichtig.

De rectoren van de Nederlandse universiteiten willen zo snelmogelijk met Franssen praten om hem 'inzicht te verschaffen over deongewenstheid van het thans ingeslagen pad'.

HOP, Wieland van Dijk