CO2-neutraal in 2030. Haalt de UU dat?

Actie van Green Office om aandacht te vragen voor de gevolgen van klimaatverandering. Foto Gwenda Knobel.

Wat is ‘CO2-neutraal’? Volgens de Van Dale betekent de term ‘geen CO2 toevoegend aan de atmosfeer’. De universiteit wil dus al haar uitstoot tot nul reduceren. Hoe gaat de universiteit er dan uitzien in 2030? Gaan we allemaal met de fiets naar De Uithof die dan volledig op groene stroom draait, en genieten we tijdens de lunch van een op koffiedrab gekweekte oesterzwamkroket in een vleesloze kantine? Het klinkt in ieder geval als een flinke klus.

De zoekopdracht ‘CO2-neutraal’ op de UU-website leidt tot een pagina met de kop ‘CO2-footprint’. Daar staat niet alleen dat de universiteit in 2030 ‘volledig CO2-neutraal’ wil zijn, maar ook dat haar in 2014 berekende CO2-voetadruk in 2020 met 33 procent verminderd moet zijn. Klaarblijkelijk is dat de eerste tussenstap naar een voetafdruk van 0 in 2030. Maar waaruit bestaat zo’n voetafdruk of footprint dan?

De website linkt naar een rapport ‘Carbon Footprint 2015’. In het 23-pagina tellende rapport wordt een hele reeks emissies opgesomd die in zo’n voetafdruk zitten. Het gaat om alle gassen die bijdragen aan de opwarming van de Aarde. En daarbij gaat het niet alleen om directe emissies als gevolg van energieverbruik voor de verwarming en de ventilatie van gebouwen, maar ook om indirecte emissies van bijvoorbeeld catering, afval en studenten en medewerkers die gebruik maken van openbaar vervoer.


De CO2-voetafdruk van de UU in 2015. Bron: 'Informatiedocument voor de stuurgroep CO2', januari 2017.

Die informatie maakt de doelstelling van de UU alleen maar indrukwekkender. Gaat de universiteit zich werkelijk bemoeien met de manier waarop mensen naar hun studie of werk komen? En ligt het wel binnen de macht van de universiteit om dat soort zaken te beïnvloeden?

“Alles wat hoort bij het zijn van een universiteit nemen we mee”, legt Michiel Scherrenburg uit. Hij is programmamanager duurzaamheid aan de UU. “In de eerste plaats de emissies waar de universiteit direct verantwoordelijk voor is, namelijk energiegebruik (56 procent), de emissies van dienstauto’s (0,8 procent) en het gebruik van koelmiddelen (0,5 procent). Daarnaast kijken we ook naar de overige indirecte emissies: woon-werkverkeer (28 procent), de vliegreizen van medewerkers (10,1 procent), de proefboerderij Tolakker van de faculteit Diergeneeskunde (3 procent), afvalverwerking (0,8 procent) en catering (0,5 procent)."

De directe uitstoot wil de UU de komende jaren terugdringen, onder meer door het gebruik van ‘groene’ energiebronnen. Scherrenburg heeft er vertrouwen in dat dit gaat lukken. Hij baseert zich daarbij ook op de resultaten die de UU boekt bij het vergroten van de energie-efficiëntie in de bedrijfsvoering. Daarbij gaat het onder meer om vermindering van het energiegebruik van gebouwen en IT-faciliteiten.

Op dat gebied werden er meerjarenafspraken met de overheid gemaakt. Volgens het jaarverslag van de UU van 2015 was de energie-efficiëntie van dat jaar 23 procent verbeterd ten opzichte van 2005. Hoewel er nog geen rapport is van 2016, wordt de energie-efficiëntieverbetering van 2017-2020 geschat op 8 procent. Van de ambitie om in 2020 33 procent CO2 te reduceren ten opzichte van 2014 is nu ook al 17 procent gerealiseerd.

Scherrenburg: “Toen we in 2012 die afspraken maakten, hadden we ook niet alle antwoorden, maar we gaan die energie-efficiëntiedoelen ook gewoon halen.”

Maar Scherrenburg erkent dat de UU tegen grenzen kan aanlopen bij de doelstelling van nul CO2-uitstoot. “We willen voor het behalen van die doelstelling niet aan het fundament van het functioneren van de universiteit tornen. Bij onvermijdbare uitstoot zullen we waarschijnlijk moeten compenseren. Dit is wel echt een laatste middel als niets anders mogelijk is. Belangrijk is om helder te zijn over de scope van de footprint: wat nemen we mee en wat niet en wat ligt binnen de invloedsfeer van de organisatie? We willen daar transparant over zijn, bijvoorbeeld door de footprint zo overzichtelijk mogelijk te presenteren en online te zetten."

Volgens Scherrenburg werkt het programmateam duurzaamheid op dit moment nog aan de strategie om de ambities van de universiteit waar te maken. “Als we het nu allemaal al wisten dan waren we volgend jaar CO2-neutraal. Er zijn nog genoeg harde noten te kraken, zoals: wat betekent deze ambitie voor ons vastgoed, hoe gaan we om met autogebruik en wat doen we als er geen alternatieven zijn? We gaan medewerkers bijvoorbeeld niet verbieden om te vliegen, maar je kunt wel kritisch kijken of elke vlucht noodzakelijk is. We kijken dan hoe we hun reisgedrag kunnen aanpassen om de uitstoot te verminderen. Dat is ons mantra: eerst verbruik verminderen, dan verduurzamen en dat wat echt niet te veranderen is zo efficiënt mogelijk maken.”

CO2-uitstoot woon-werkverkeer van en naar de UU. Bron: 'Informatiedocument voor de stuurgroep CO2', januari 2017.

De universiteit is er dus nog niet helemaal uit hoe ze het precies gaat doen. Er is een doelstelling waarvan ze niet zeker weet of die te halen is. Moet zo’n doelstelling eigenlijk wel verkondigd worden als het niet zeker is of deze haalbaar is?

De universiteit heeft deze keuze bewust gemaakt, aldus Scherrenburg. “Zonder ambitie gaat er helemaal niks gebeuren en wordt elk idee afgeschoten. Op het moment dat je zo’n claim niet maakt, zit er totaal geen druk achter om ook echt te veranderen. Daarom hebben we ook een tussendoel in 2020, zodat mensen nu aan de slag gaan. Met deze ambitie weet je als universiteit welke keuzes je wel en welke je vooral niet moet maken.”

De doelstelling is dus een punt aan de horizon om na te streven, bedoeld als drijfveer voor verduurzaming. Volgens Sjors Witjes, een onderzoeker aan de UU die vorige week promoveerde op een onderzoek naar de integratie van duurzaamheidsstrategieën in organisaties, is het uitspreken van zo’n ambitie niet verkeerd. Tegelijkertijd benadrukt hij het belang van realiteitszin.

“Leg vooral de lat hoog met zo’n doelstelling als ‘CO2-neutraal in 2030’, maar zet geen stappen naar voren voor je terug hebt gekeken naar hoe de huidige situatie ontstaan is. Alleen dan weet je wat de consequenties van je acties zouden kunnen zijn. Als je dat niet doet, heb je geen idee waar je naartoe gaat, alsof je in het donker in een auto rijdt zonder handen aan het stuur.”

Witjes wijst onder meer op de lange tijd die het kostte voordat belangrijke duurzame ontwikkelingen konden worden doorgevoerd. “Op de UB liggen bijvoorbeeld zonnepanelen. Dan kun je als universiteit zeggen: we moeten meer zonnecellen hebben om onze doelstellingen te halen, maar vraag je dan eerst even af hoeveel inspanning en hoeveel tijd ermee gemoeid was voordat die geplaatst konden worden. Ik zeg niet dat het verleden bepalend is, maar leer ervan om de toekomst vorm te geven.”

Volgens Michiel Scherrenburg beseft de universiteit zich dit wel degelijk: “Vijftien jaar geleden openden we de warmtekrachtcentrale in De Uithof. Dat leverde toen een CO2-reductie van 32 procent op, nu is het een grote bron van CO2. Je kunt nooit alle valkuilen overzien.”

Wat vinden studenten eigenlijk van de ambitie van de UU? Denken zij dat het haalbaar is? Studentinitiatief Fossil Free UU, dat onlangs de universiteit verzocht haar banden met huisbankier ABN Amro te verbreken, reageert overwegend positief, al mogen de plannen sneller worden uitgevoerd en mag de universiteit haar verantwoordelijkheid breder interpreteren.

Student Johanna Bozuwa: “We vinden dat het stellen van zulke doelstellingen uitermate belangrijk en noodzakelijk is voor organisaties zoals de UU die als rolmodel voor de rest van de samenleving het voortouw moeten nemen. De toezegging om in 2030 CO2-neutraal te zijn, spoort mensen aan en maakt de universiteit aansprakelijk voor hun duurzaamheidsbeloftes.”

Fossil Free juicht de inspanningen van de universiteit - zoals het plaatsen van zonnepanelen - toe, maar vindt dat zij ook moet nadenken over wat zij met haar geld doet. “Waarin de universiteit investeert, heeft een significante invloed op het bereiken van een duurzame economie.” Als voorbeelden noemt Fossil Free de banden van de UU met ABN Amro en het pensioenfonds ABP. Daarnaast moet volgens de studenten worden gekeken naar het voedsel dat verkocht wordt in de kantine. 

Een ander initiatief dat zich bezighoudt met 'een duurzame universiteit' is het Department of Search met de Zero Footprint Campus. De twaalf kunstenaars werken aan een project dat reflecteert op het idee voor een Zero Footprint campus. Een van deze kunstenaars is Melle Smets. Hij hoopt met dit soort projecten een brug te slaan tussen kunst en de wetenschap, zodat zij elkaar kunnen versterken bij het oplossen van complexe problemen. Hieronder is één van zijn filmpjes te zien waarin wordt verkend wat er zo allemaal voor nodig is voor een campus zonder voetafdruk.




 














Wie weleens komt lunchen in de kantine in het Educatorium zal zijn experiment begin dit jaar niet ontgaan zijn. Buiten de altijd gesloten kantinedeuren stond namelijk een éénpersoons hijskraan waarmee op spierkracht 800 kilogram werd opgehesen. Hij verkent momenteel deze vorm van energieopwekking, de ‘human power plant’, als oplossing voor het reduceren van de CO2-voetafdruk van de campus.

“Om onze CO2-voetafdruk te reduceren moet individualisme worden teruggedrongen. Uiteindelijk gaat het bij het halen van zo’n doelstelling om het veranderen van gedrag. Je kunt bijvoorbeeld mensen in fitnessruimtes elektriciteit laten genereren. Dan kijken ze wel uit voordat ze het onzorgvuldig gebruiken. Om met lichaamsbeweging een moderne levensstijl te realiseren, zou je moeten samenwerken en opschalen. Waarom bouwen we het Van Unnik-gebouw niet om tot een studentencomplex waar studenten zorgen voor hun eigen stroomvoorziening door te gaan sporten?”

Hoe gaan de komende dertien jaar eruit zien voor onze universiteit? Werken studenten in het Van Unnik-gebouw straks voor hun elektriciteit in plaats van voor hun studiepunten? Haalt de universiteit 2030? Wat er ook gebeurt, er zijn in ieder geval nog flink wat ontwikkelingen te verwachten die mogelijk de CO2-uitstoot terugdringen.

-Vanaf volgend jaar wordt de tramlijn naar De Uithof in gebruik genomen.
-In 2018 en 2019 zal 10 procent van het gebruikte gasvolume uit groen aardgas bestaan.
-Vanaf 2021 zal alle nieuwbouw aan de ‘Bijna Energie Neutrale Gebouwen’ (BENG) wetgeving moeten voldoen.
-Ontmoedigen van autogebruik, stimuleren van emissieloos rijden, fietsen en OV.
-Stimuleren van minder en schoner vliegen i.c.m. registratie van vliegreizen.
-Verkenning naar het gebruik van geothermie voor het verwarmen van gebouwen
-Meer zonnepanelen op daken en bovenop parkeerplaatsen
-Verkenning naar de mogelijkheden van windturbines
-Verdere energie-efficiëntieverbeteringen op o.a. het gebied van ICT

Advertentie