‘Doorzettingsvermogen en gedrevenheid zijn voorspellers voor succes promovendus’

Ted Sanders overhandigt Jet Hoek het certificaat dat hoort bij een geslaagde promotie, foto Bart Weerdenburg

Tijdens een treinreis naar Zwitserland leerden oude rot Ted Sanders (56) en jonge hond Jet Hoek (29) elkaar pas goed kennen. Doordat de hoogleraar Taalbeheersing bij de start van het promotieproject van Hoek in het voorjaar van 2014 veel tijd kwijt was aan bestuurlijke taken, hadden ze elkaar wel regelmatig, maar nog niet heel lang en diepgaand gesproken. Hoek was ondertussen voortvarend aan de slag gegaan en hoewel Sanders bij hun eerste kennismaking Hoek zelfverzekerd vond, twijfelde de jonge hond juist regelmatig of ze wel op de goede weg was. Tijdens hun reis door het spectaculaire landschap vroeg en kreeg ze feedback en volgde een inhoudelijke gesprek over het onderzoek waarmee Hoek inmiddels een jaar onderweg was. Sanders dacht daarna de verdere reis te kunnen relaxen, maar al snel bleek dat Hoek het niet over koetjes en kalfjes wilde hebben, maar de hoogleraar bestookte met inhoudelijke vragen over hun onderzoek.

Het onderzoek dat Jet Hoek als promovendus deed, paste binnen een groter onderzoeksproject waarvoor Ted Sanders samen met collega’s bij de Zwitserse versie van NWO een beurs had geworven. Dit internationale project draaide om het verbeteren van machinevertalingen op tekstniveau. De praktische implementatie van dit onderzoek lag bij twee universiteiten in Zwitserland, legt Sanders uit. Hoek onderzocht in haar proefschrift de coherentierelaties die mensen leggen tussen zinnen. Daarvoor keek Hoek naar verschillende vertalingen van eenzelfde tekst. “We gebruikten een corpus (verzameling teksten red.) met toespraken en vergaderingen van het Europees Parlement. Er was een Engelse brontekst die werd vertaald naar het Frans, Duits, Spaans en Nederlands. Ik was benieuwd hoe vertalers verbanden in de tekst aangeven. Is dat impliciet of expliciet? Hoe vertaal je het Engelse but in het Nederlands? Is dat met maar, hoewel, toch of op een andere manier?”

Gegeven een bepaalde intelligentie, zijn gedrevenheid en doorzettingsvermogen de beste voorspeller van succes

Heel voor de hand liggend was het niet dat Ted Sanders Jet Hoek zou aanstellen als promovendus toen zij kennismaakten. Hoek kwam uit de linguïstiek en ze miste ervaring met het opzetten en uitvoeren van experimenten. “Er hadden ook mensen gesolliciteerd die ik al kende”, zegt Sanders, “en anderen die precies afkomstig waren uit de subdiscipline waarover het project ging. Jet kwam voor mij uit het niets. Bovendien kwam ze uit een ander domein.” Tijdens het gesprek bleek al snel dat Sanders te maken had met een slimme student die bovendien een enorme gedrevenheid aan de dag legde. Daarbij had hij van haar Nijmeegse afstudeerbegeleider gehoord hoe graag Jet op dit project wilde promoveren. Sanders koos niet voor de gebaande paden en stelde Hoek aan: “Gegeven een bepaalde intelligentie, zijn gedrevenheid en doorzettingsvermogen de beste voorspeller van succes.”

Hoek vond de promotieplek eigenlijk “best goed” bij haar passen. “Ik zag dat die niet naadloos aansloot bij mijn achtergrond, maar het onderwerp had mijn grote interesse. Aan het begin van mijn promotie heb ik mij wel flink moeten inlezen. Dat gold met name voor de meer cognitieve kanten van het onderzoek. Ik had bijvoorbeeld geen ervaring met het opzetten en uitvoeren van experimenten, terwijl er binnen het project wel (ook) een experimentele benadering gepland was.”

Dat het pad van Jet en Ted elkaar kruiste, was überhaupt toeval. Aanvankelijk begon Hoek een studie Geneeskunde, omdat ze ervan overtuigd was dat ze dokter zou worden. Daar vergiste ze zich in: geneeskunde bleek al snel niets voor haar te zijn. Ze switchte naar Amerikanistiek en Engels. “Tijdens het eerste jaar kreeg ik vakken Taalkunde en zo raakte ik daarin geïnteresseerd. Uiteindelijk volgde ik een master Linguïstiek in Nijmegen.” Via via krijgt Hoek een tip voor de promotieplek in Utrecht binnen het Modern-project, een afkorting die staat voor Modeling Discourse Entities and Relations for Coherent Machine Translation.

Wat zeggen mensen nu precies in een gesprek, of wat schrijven ze exact

In april 2014 start Hoek het promotietraject dat uiteindelijk op 21 september 2018 uitmondt in de dissertatie: 'Making sense of discourse. On discourse segmentation and the linguistic marking of coherence relations'. “Dit onderzoek ging over relaties die mensen tussen zinnen leggen. Neem de zin: ‘toen Ted binnenkwam, liep Jet de kamer uit’. Als lezer leg je snel een causaal verband en geef je er zelf invulling aan. Bijvoorbeeld: Jet zal wel weggaan, omdat ze Ted niet mag. Terwijl dit er niet expliciet staat. Daar zit dus een spanningsveld en de vraag is hoe automatische vertalingen hiermee omgaan”, aldus Hoek.

Het promotieonderzoek van Jet Hoek sluit aan bij een algemene empirische ontwikkeling in de taalwetenschap die ook geldt voor de tekstwetenschap of discourse studies waarin Jet en Ted werken. Lang was er sprake van een louter theoretische benadering: Armchair Linguistics, zegt Sanders gekscherend. “Dan denk je wel dat je weet hoe mensen verbanden leggen tussen zinnen, maar vaak weten we helemaal niet zo goed wat er nou écht gebeurt en daarom onderzoeken we dat via corpora van taalgebruik. ”Wat zeggen mensen nu precies in een gesprek, of wat schrijven ze exact? Beschrijf wat je ziet en hoort in dezelfde teksten in verschillende talen en analyseer de patronen. Dit is precies wat Jet heeft gedaan.”

Hoeks onderzoek maakte duidelijk welke coherentie-relaties gewoonlijk door sprekers of schrijvers expliciet gemaakt worden en welke relaties de lezer of luisteraar zelf moet leggen. Omdat Jet deze methode van de corpusstudies met originele teksten en vertalingen ook nog combineerde met taalpsychologische leerexperimenten is haar onderzoek volgens Ted methodologisch voorbeeldig. Zo heeft ze gezorgd voor waardevolle inzichten in de vraag wanneer en hoe coherentierelaties expliciet gemarkeerd worden. Uiteindelijk kunnen dankzij dit onderzoek automatische vertalingen verbeterd worden.

Ik wil mijn carrière in de wetenschap voortzetten en dan is het heel belangrijk om ook les te geven

Tijdens het promotietraject van Jet Hoek was Ted Sanders naast zijn baan als hoogleraar eerst hoofd van het grootste departement van Geesteswetenschappen Talen, Literatuur en Communicatie en daarna vicedecaan bij de faculteit Geesteswetenschappen. Vanuit zijn huidige positie maakt Sanders zich er samen met zijn collega’s uit andere faculteiten sterk voor dat elke promovendus minimaal twee begeleiders krijgt. “Stel nou dat het niet botert tussen de promovendus en de promotor. Sinds december 2019 is door het college van promoties vastgesteld dat in elk promotieproject op de UU sprake van een ‘vier-ogen-principe’; dat is een goede oplossing. Dan heb je niet meer die ontoegankelijke bubbel van die ene promovendus met die ene promotor”, zegt Sanders. Jet Hoek vult Ted Sanders aan dat er in haar geval zelfs sprake was van een derde begeleider naast de dagelijkse begeleiding van Jaqueline Evers. “Niet op dagelijkse basis, maar Sandrine Zufferey uit Bern had veel verstand van corpusonderzoek, wat heel waardevol voor mij was.”

Momenteel heeft Hoek een aanstelling in Keulen waar veel postdocs jaloers op zullen zijn. Ze borduurt verder op haar promotieonderzoek en bekijkt opnieuw coherentierelaties in teksten. Toch levert ze vanaf februari vrijwillig 30 procent van haar onderzoektijd in om les te kunnen geven in Nijmegen. “Ik wil mijn carrière in de wetenschap voortzetten en dan is het heel belangrijk om ook les te geven. Die ervaring mis ik nu.” Sanders beaamt dat de carrièreladder in de wetenschap piramidevormig is, maar wijst ook op de nu al enorme lijst aan wetenschappelijke publicaties van Hoek wat haar dus meer kansen zou moeten bieden. Sanders vertelt over het artikel dat ze samen met vier anderen publiceerden. Hij werd als eerste auteur daarvan door Jet achter de broek gezeten: “Ted, dat artikel moet volgende week klaar zijn. Lukt het je om die slotparagraaf te schrijven?” Van toeval is geen sprake meer in de loopbaan van Hoek, wil hij maar zeggen.

 

Jet over Ted:

“Ik heb van Ted geleerd dat netwerken heel erg belangrijk is. Hij is daar erg bedreven in terwijl dat voor mij niet heel natuurlijk komt. Ted is toegankelijk. Zo kunnen jonge onderzoekers die hem nog niet persoonlijk kennen, op een conferentie gemakkelijk een praatje met hem maken.

“Ik vind dat Ted meer oog moet houden voor de tijd voor zijn wetenschappelijke onderzoek. Toen ik begon met promoveren, was hij al gestart met serieus besturen. Dat is een hele mooie uitdaging, maar kostte hem veel tijd. Toen we jaren geleden samen scripties van studenten begeleidden, merkte hij op dat het toch fantastisch was dat je gewoon op dinsdagochtend over coherentierelaties kon nadenken? Dat vond ik een tikkeltje treurig, maar dat bleek gelukkig het toppunt van de drukte te zijn. Toch vind ik dat Ted echt eens zijn voorgenomen sabbatical moet opnemen om een jaar in alle rust te kunnen werken, bijvoorbeeld in het buitenland. En een sabbatical bestaat niet uit twee dagen Duitsland zoals hij die dagen weleens noemt.”

(foto gemaakt door Marloes Herijgers)

Ted over Jet:

“Ik heb al veel onderzoekers, docenten en bestuurders begeleid en gecoacht. Ik durf wel te zeggen dat ik kijk op mensen heb. Ik heb van het project van Jet geleerd dat het nog beter kan: mijn kijk op de ontwikkeling van jonge onderzoekers is niet altijd helemaal juist. Jet leek vanaf het begin zelfverzekerd, maar dat bleek ze bij nader inzien helemaal niet te zijn. Dat was heel logisch, want het was een complex traject waar ze instapte, met diverse buitenlandse partners bovendien. Ze had meer bevestiging van mijn kant nodig dan ik op dat moment gaf, omdat ik dacht ‘dat gaat wel goed; . Nog steeds vind ik dat Jet het het toen heel goed deed.  
“Jet heb ik inhoudelijk goed leren kennen tijdens de reizen naar Zwitserland voor projectoverleg, of voor conferenties, die ik wel onze ‘intellectuele vakanties’ noemde. Ik bewonderde haar doorzettingsvermogen: ze bleef gewoon maar lastige gevallen uit haar corpus aan me voorleggen: “hoe moeten we dit dan interpreteren? En dit?” Zo zijn we de diepte in gegaan en leerden we elkaars wetenschappelijke interesses echt kennen. Ik bewonder haar snelheid, in het klein en in het groot. Met klein bedoel ik dat ze altijd onmiddellijk weerwoord heeft in een discussie. Met groot bedoel ik: zo’n project binnen vier jaar afronden, diverse hoofdstukken als artikelen publiceren en dat ook nog combineren met extra internationale publicaties en andere activiteiten. Nu behoort ze tot de zeer weinige mensen in de wereld met wie ik op heel hoog niveau over mijn vakgebied kan praten.


“Wat nog beter kan? Soms vraagt Jet zich nog steeds te veel af of ze iets wel goed doet. Of wat anderen van haar vinden. Ze levert geweldig werk en mag daar wel meer zelfvertrouwen uit putten. Jet werkte al in Nijmegen voor haar proefschrift af was en na een postdoc-aanstelling in Edinburgh werkt ze nu als onderzoeker in Keulen. Dat is haar eigen verdienste.”

(foto gemaakt door Ed van Rijswijk)

Advertentie