Afschaffen basisbeurs geen probleem
“Onze opdracht was ver vooruit te kijken en richting te kiezen”, benadrukte commissievoorzitter Veerman vorige week in een druk bezocht VSNU-café. “Wat we willen, kan niet van vandaag op morgen worden gerealiseerd en ook niet van bovenaf worden opgelegd. De instellingen moeten het grotendeels zelf doen.”
Sijbolt Noorda, voorzitter van universiteitenvereniging VSNU, erkent dat ook. Hij ziet het rapport als “een draaipunt in de geschiedenis van het hoger onderwijs”, maar noemt het tegelijkertijd ook moeilijk: “De aanbevelingen staan dwars op wat we als instellingen gewend zijn”.
Immers: de universiteiten en hogescholen moeten hun taken onderling beter gaan verdelen, elkaar de ruimte gunnen en beter afspreken wie op welke terreinen mag uitblinken. Noorda verwacht dat het onderwijs er uiteindelijk beter van zal worden. “Kijk naar de medische faculteiten, waar de studenten gemiddeld even intelligent, maar veel succesvoller zijn omdat er dankzij het heldere opleidingsprofiel een andere onderwijscultuur heerst.”
Ook Geri Bonhof, collegevoorzitter van de Hogeschool Utrecht, ziet de oproep tot profilering als een lastige opgave. Haar hogeschool had al besloten om in te zetten op de bovenkant van het hbo – meer masters en meer onderzoek – en de tweejarige opleidingen tot het associate degree te laten vallen. “We moeten niet alles willen aanbieden en allemaal hetzelfde doen voor alle studenten.”
Ze weet nog niet precies wat haar hogeschool aanmoet met studenten die aan de universiteit naar een hbo-opleiding worden verwezen. “Dat stelt ons voor de vraag of we in Utrecht bijvoorbeeld een hbo-opleiding psychologie moeten beginnen, voor studenten die de wo-opleiding niet aankunnen.”
Over selectie aan de poort is het rapport van Veerman wat aarzelend. Scholieren met de juiste vooropleiding mogen in principe niet worden geweerd. Maar hoeveel dat waard is, staat te bezien, want de commissie vindt ook dat instellingen of faculteiten die voor een bepaald specialisme of profiel kiezen, de ruimte moeten krijgen om daar de passende studenten bij te selecteren.
“In elk geval moeten ze de mogelijkheid hebben om iemand een opleiding sterk te ontraden. Wie een zes voor wiskunde op zijn eindlijst heeft, kan beter geen natuurkunde gaan studeren.” Alles beter dan het bindende studieadvies, want dat is een zwaktebod, vindt Veerman. “ Eerst studenten binnenlaten en ze dan wegsturen. Dan staan ze er helemaal alleen voor. Dat is veel erger dan het afraden van een opleiding.”
De studenten in de zaal die gehoopt hadden dat Veerman ook een lans zou breken voor het behoud van de basisbeurs, kregen nul op het rekest. “Jongeren die op hun twintigste in een koekjesfabriek werken hebben 25 jaar later vrijwel hetzelfde salaris. Een gemiddelde student verdient dan vijf maal zoveel. Dan mag de overheid nu best een offer van ze vragen.”
Voorzitter Elizabeth Koier van het Promovendi Netwerk Nederland wees op het gevaar dat universiteiten gaan scoren met hun topopleidingen, ten koste van minder aansprekende studies die ook bestaansrecht hebben. Maar volgens Noorda zal er bij de profilering ook aan het algemeen belang worden gedacht. “Profileren doen we met z’n allen, samen met de overheid. Wat je uiteindelijk als universiteiten en hogescholen aanbiedt, zal onderwerp van politiek debat zijn.”
In de zomer bereiden de VSNU, de HBO-raad en de studentenbonden in vervolg op het rapport een gezamenlijk stappenplan voor, dat zal worden ingebracht bij de kabinetsformatie. Een goed idee, volgens Veerman: “Zorg dat je vooraan staat.”
HOP
Zie ook de eerdere berichten over de commissie Veerman
http://www.dub.uu.nl/content/alle-instellingen-top-maar-hoe
http://www.dub.uu.nl/content/weg-met-de-schotten-tussen-hbo-en-wo-0
http://www.dub.uu.nl/content/universiteiten-moeten-zich-specialiseren (in dit artikel ook een link naar het rapport van de Commissie Veerman)
http://www.dub.uu.nl/content/veerman-hakt-titulatuurknoop-door
http://www.dub.uu.nl/content/‘de-bom-van-plasterk-onschadelijk-gemaakt’