Amerikaanse studenten lanterfanten niet

Alles wijst erop dat studeren in Nederland duurder wordt. In Amerika liggen de studiekosten al jaren veel hoger, zeker voor de beste universiteiten. Werken de studenten daardoor harder?

Stephanie Oberfoell (25) spert haar ogen wijd open op als ze hoort hoeveel collegegeld studenten in Nederland betalen. “Wow”, zegt ze ongelovig. “Dat is een andere wereld.” Haar vierjarige bacheloropleiding aan de gerenommeerde universiteit Stanford kostte omgerekend ruim 31.500 euro per jaar. Nu is ze derdejaars geneeskunde aan de University of California in Los Angeles; in de VS mag je pas een geneeskundestudie doen als je een bachelordiploma op zak hebt. Kosten: 26.500 euro per jaar.

Het Nederlandse collegetarief van 1771 euro steekt daar nogal schril bij af, maar alles wijst erop dat studeren in Nederland duurder wordt. Studenten die bijvoorbeeld een tweede master willen volgen, gaan het veel hogere instellingscollegegeld betalen. En met de komst van het nog te formeren kabinet zal in 2014 ook de basisbeurs verdwijnen. Dan kan er alleen nog geleend worden.

Studenten moeten meer verantwoordelijkheid nemen voor hun opleiding, vinden de formerende partijen VVD en PvdA. Een opleiding is immers een investering in de eigen toekomst: met het juiste diploma op zak is een goed betaalde baan makkelijker te vinden. Nederlandse studenten moeten zich daarom over hun “leenangst” heen zetten – na hun studie lossen ze die kosten immers zo weer af.

Private donor
In de VS is deze manier van denken gemeengoed. Beïnvloedt de hoge eigen bijdrage van studenten het Amerikaanse hoger onderwijs ? Is hun werkhouding anders? Zijn ze wellicht gemotiveerder?

Het is bekend dat het collegegeld in de VS veel hoger is dan in Nederland (zie kader) maar dat betekent niet dat alle studenten dit ook daadwerkelijk betalen. Uit onderzoek van Judith Scott-Clayton, docent Economie & Onderwijs aan de Columbia University in New York, blijkt dat slechts één op de drie studenten in de VS het volledige collegegeld betaalt. Studenten kunnen in de VS een beroep doen op een reeks aan beurzen, stipendia, renteloze leningen en andere toelages om hun studiekosten te drukken; en dat gebeurt op grote schaal.

Zo ontving Stephanie Oberfoell, beste leerling van haar middelbare school, een prestigieuze beurs van een private donor die haar volledige bachelorstudie aan Stanford bekostigde. Haar studie Geneeskunde in Los Angeles werd er ook deels mee gedekt, de rest van het geld leent ze. “Ik weet niet hoe me dat gelukt was zonder die beurzen”, zegt ze. “Ik voel me bevoorrecht.”

Oberfoell neemt haar studie bijzonder serieus. “Ik weet dat iemand een enorm bedrag voor mij heeft neergeteld. Ik wil bewijzen dat ik dat waard bent. Ik zie mijn studie als een enorme kans en wil alles er uit halen wat er in zit.” Ook besteedde ze veel tijd aan haar studiekeuze. Ze heeft verschillende stages bij ziekenhuizen gelopen en meegedraaid met medische vrijwilligersprojecten voordat ze zich inschreef voor geneeskunde. “De kosten van een medische opleiding liggen hoog”, zegt Oberfoell. “Je moet zeker weten dat je het wilt.”

Lanterfanten
Hard werken, tempo maken en gericht kiezen: dat is ook de ervaring van Nederlander Micha Hernández van Leuffen (32). Hernández studeerde bedrijfskunde en computerwetenschappen aan de VU en de UvA voordat hij voor een half jaar naar de University of San Francisco (USF) vertrok. “Dat halve jaar kostte net zo veel als mijn hele studie aan de VU”, grinnikt hij. Toch was het het hem meer dan waard. “Hier zitten de grootheden in mijn vakgebied. Ik heb in korte tijd veel waardevolle kennis en contacten opgedaan. Het was ontzettend gaaf.”

Het grootste verschil met Nederland was dat zijn medestudenten heel gericht met hun studie en carrièreplanning bezig waren, zegt Hernández. “Aan USF betaal je per vak, dus je gaat geen vakken volgen waar je minder aan hebt”, zegt hij. “Een beetje lanterfanten of uitproberen is er niet bij. De klok tikt door.”

Van die no-nonsense houding kunnen Nederlandse studenten wel wat leren, denkt Hernández. “Als je in Nederland heel hard studeerde, werd gefluisterd dat je waarschijnlijk niet van je studententijd aan het genieten was. Maar in de VS was het ook niet zo dat iedereen alleen maar in de boeken zat. Er werd gefeest, en flink ook. Als je een nacht had doorgehaald, zat je de volgende dag net zo goed op tijd en voorbereid in de collegebanken. Work hard, play hard, was de attitude.”

Economische benadering
Amerikaanse studenten hebben een sterk economische benadering van hun opleiding, stelt econoom en onderwijskundige Judith Scott-Clayton. De return on investment, de mate waarin de investering in een studie leidt tot een goed betaalde baan, is in de VS een belangrijke factor om een bepaalde studie te kiezen. Talenstudies en vakgebieden als filosofie en geschiedenis – studies met een lage return on investment’– worden alleen gekozen als de student dermate gemotiveerd is dat hij bereid is het risico te nemen.

Die economische benadering heeft ook een keerzijde, zegt Nederlander Wouter van Oortmerssen. Hij was acht jaar lang docent Informatica aan de Southern Methodist University, een privéschool in Dallas, Texas. “Studeren kost hier veel geld, dat nemen de meeste studenten voor lief. Duurder betekent vaak prestigieuzer. En prestige is de sleutel tot goede banen, meer nog dan kennis of ervaring, denkt men. Studenten – of liever hun ouders – zijn bereid daarvoor diep in de buidel te tasten.”

Dat maakt studenten volgens Van Oortmerssen niet per se gemotiveerder. “Sterker nog, ze worden arrogant. Hun houding is: ‘Ik heb hier veel voor betaald, nou maak jij me maar eens slim, zolang ik er maar niet voor hoef te zweten’.” Er is in de VS sterker dan in Nederland sprake van een klantgerichte relatie met de student, zegt Van Oortmerssen. “En de klant wil het papiertje zonder te veel gedoe.”

Rijkeluiskindjes
Natuurlijk generaliseert hij, geeft Van Oortmerssen toe. “Niet alle studenten zijn zo. Zeker bij masterstudenten heb ik hardwerkende en gemotiveerde studenten gehad. Zij werden niet zo zeer gedreven door hoge kosten, maar door liefde voor hun vak.” Het probleem is in zijn ogen vooral dat de gemotiveerde, maar minder rijke studenten zich laten afschrikken door de hoge kosten. “Op mijn universiteit zaten vooral rijkeluiskindjes”, zegt hij. “De samenstelling van de studenten was erg eenzijdig.”

De ervaring van Hernández is dat studenten in de VS zich minder zorgen maken over de kosten maar wel over de arbeidsmarkt en de kansen op werk na de studie. “Toen ik vorig jaar afstudeerde, was het erg moeilijk om een baan te vinden. Van een aantal medestudenten weet ik dat ze na hun afstuderen genoegen moesten nemen met een stageplek. Dan is het echt een drama, als je zoveel hebt geïnvesteerd. Want je studieschuld moet je wel gewoon afbetalen.”

Studiekosten in de VS

Voor openbare universiteiten in de VS betaalden studenten vorig jaar gemiddeld 8244 dollar collegegeld, zo’n 6300 euro. Voor privé-universiteiten zonder winstoogmerk lag dit bedrag op 28.500 dollar (22.000 euro). Dat blijkt uit onderzoek van de Amerikaanse non-profitorganisatie College Board. Bovendien stellen veel universiteiten kost en inwoning op de campus verplicht voor in elk geval een deel van de studietijd. De jaarlijkse kosten bedragen zo’n 10.000 dollar (circa 8000 euro).

De studiekosten stijgen in de VS jaarlijks. Vooral de openbare universiteiten zijn veel duurder geworden, doordat de staten hun financiële bijdragen hebben teruggeschroefd. Zo vroeg de University of California in 1980 gemiddeld nog 776 dollar collegegeld (600 euro). In 2011-2012 was dit gestegen naar 13.218 dollar (10.000 euro). Het aandeel van de staat in de financiering van de universiteit daalde in diezelfde periode van 30 naar 11 procent. Volgens College Board is de jaarlijkse stijging van het collegegeld voor publieke universiteiten al 10 jaar structureel 5,4 procent hoger dan de inflatie.

De rekening gaat in toenemende mate naar de studenten. Hoewel er in de VS allerlei soorten beurzen en toelagen bestaan, moeten studenten steeds vaker lenen om rond te kunnen komen. Veertig procent van de huishoudens in de VS met een persoon jonger dan 35 jaar heeft een studieschuld, blijkt uit onderzoek van Pew Research. De gemiddelde uitstaande schuld was 26.682 dollar, ongeveer 20.000 euro.

Maar het verschil met Nederland, waar afgestudeerden gemiddeld zo’n 14.500 euro studieschuld hebben, is groter dan het lijkt. In het onderzoek wordt namelijk alleen bijgehouden hoeveel studieschuld Amerikanen op een bepaald moment hebben en niet wat hun totale schuld op het moment van diplomering was.

De totale som van uitstaande studieleningen in de VS bedraagt 906 miljard dollar, meldde de New York Federal Reserve recent. In 2005 was dit bedrag nog 363 miljard dollar. Sommige economen waarschuwen dat deze leningen kunnen leiden tot een nieuwe financiële crisis, vergelijkbaar met de hypothekencrisis uit 2007.

In juli dit jaar zorgde president Obama ervoor dat het gereduceerde rentetarief voor studieleningen van de federale overheid bleef bestaan. Hij voorkwam dat de rentetarieven voor studenten zouden verdubbelen van 3,4 naar 6,8 procent. Ter vergelijking: in Nederland ligt het rentetarief voor studieleningen momenteel op 1,39 procent.

 

 

Studiekosten als explosief verkiezingsthema

De hoge studiekosten zijn een belangrijk onderwerp in de aanloop naar de Amerikaanse presidentsverkiezingen op 6 november. Barack Obama en Mitt Romney hebben hierover sterk contrasterende opvattingen.

Mitt Romney vertelde studenten in New Hampshire eind augustus dat hij het niet als een taak van de overheid beschouwt om studenten tegemoet te komen in hun studiekosten. “Het is heel verleidelijk voor een politicus om te zeggen: ‘Weet je wat, hier heb je wat geld.’”, zei hij. “Ik ga jullie geen gratis dingen beloven die jullie uiteindelijk toch zelf [via belastingen, red.] moeten terugbetalen.”

Romneys alternatief is nieuwe banen te creëren en de belasting te verlagen, “zodat je in staat bent je eigen schulden af te betalen en meer overhoudt van het geld dat je zelf hebt verdiend”. Romneys running mate Paul Ryan had eerder een voorstel ingediend waarbij er vanaf 2013 sterk zou worden gekort op de Pell Grant, een beurs voor studenten uit arme gezinnen. In de laatste weken nam Romney een gematigder standpunt in. Zo zei hij tijdens het tweede televisiedebat met Obama dat hij de Pell Grant juist wil uitbreiden.

Obama had Romney eerder fel aangevallen. In een speech voor studenten in Ohio ridiculiseerde hij Romneys uitspraak dat studenten voor hun studie een beroep zouden moeten doen op hun ouders. “Ik begrijp dat niet iedereen ouders heeft die geld kunnen lenen”, zei Obama. “Dat komt voor sommige types als een verrassing, maar het is de waarheid.”

Onder Obama is het beschikbare geld voor de Pell Grant verdubbeld. Voor zijn nieuwe termijn stelt hij een hervorming voor van het federale studieleningenstelsel, waardoor de schuld wordt afbetaald naar draagkracht. De maandelijkse lasten zouden volgens Obama niet hoger moeten liggen dan 10 procent van het inkomen en na tien jaar moet de schuld komen te vervallen.

Obama is populair onder jongeren. In de verkiezingen van 2008 stemde 68 procent van de 18- tot 24-jarigen op Obama; 32 procent stemde op de Republikeinse kandidaat John McCain.

 

Advertentie