Bachelorscriptie

Bijen blij met groene bushaltedaken zegt UU-student Erik Verhagen

Bushokjes met groene daken Foto: Erik Verhagen
Bushokje met een groen dak. Foto's: Erik Verhagen

Het idee om een onderzoek te doen naar de bushokjes met een groen dak kwam van zijn supervisor. Maar het idee om dan specifiek te kijken naar de bijen, kwam van Erik zelf. Hij was niet heel bekend met de hokjes voor zijn  onderzoek. “Ik zag ze wel in de stad, vond het wel een leuk concept, maar had er niet speciale aandacht voor.”

In totaal staan er sinds 2019 316 bushokjes in Utrecht met een groen dak. De verschillende vetplantjes op de abri dienen verschillende nutten. De plantjes zijn bijvoorbeeld goed voor het opvangen van vuile lucht, houden water vast en werken verkoelend. Maar vinden bijen ze ook leuk? En welke invloed heeft de nabije omgeving van een bushokje op het aantal bijen dat een groen dak bezoekt?

Het veldwerk van Erik bestond uit het bezoeken van een aantal bushokjes om daar het aantal bijen te tellen. “Een keukentrapje was niet hoog genoeg. Dus ik ben op plekken gaan staan waar veel overzicht was. Daar kon ik zien hoeveel bijen er heen en weer vlogen van het groene dak.” Initieel waren hij en zijn begeleider huiverig of zijn onderzoek wel kon slagen. Het weer kan van invloed zijn op het gedrag van de bij. Gelukkig heeft Erik eind mei en begin juni vrij weinig last gehad van wisselende weersomstandigheden.

Bushokjes met groene daken Foto: Erik Verhagen

Groene omgeving
Naast het veldwerk maakte Erik ook gebruikt van data uit het Geographic Information System (GIS). Met behulp van een dataset kon hij bepalen waar in de buurt van de bushokjes zogenaamde green spaces zijn. Dit zijn open omgevingen met bomen en struiken binnen een stedelijk gebied. Hieronder vallen parken en plantsoenen met bloemen, maar ook voetbalvelden en (moes)tuinen. Erik wilde graag weten hoe groot het effect van de aanwezigheid van zulke plekken is op het gebruik van de bushaltes door bijen. Ook is bekeken of het uitmaakt op welke afstand de green spaces van de bushokjes liggen. “Bijen moeten er ook naartoe kunnen vliegen.”

Uit het onderzoek kwam naar voren dat de meeste daken bezocht werden door bijen, hoewel Erik ook weleens bij een dak heeft gestaan waar geen enkele bij op afkwam. Hij ontdekte dat de bushokjes met een groen dak vaker bezocht werden door bijen als in de buurt een grotere groene ruimte was. Erik had op zich wel verwacht dat de daken een prima plek voor bijen zouden zijn. “De laag sedum (vetplanten) op het dak biedt namelijk veel nectar en pollen.” Maar toch verrasten de resultaten hem. “Ik had niet verwacht dat er werkelijk een positief verband uit mijn onderzoek zou komen.” Hij is duidelijk trots op deze uitkomst. “Zo kunnen we een concreet voorbeeld leveren dat dit een effectieve manier van vergroenen is.”

Erik heeft zijn bevindingen naar de gemeente gestuurd. Die doet zelf ook ook onderzoek naar de effectiviteit van de sedumdaken. “Of ze mijn scriptie hebben gelezen weet ik, maar dat zou wel leuk zijn.” De gemeente zou de resultaten en kennis van de aantallen bijen kunnen gebruiken om te kwantificeren hoe groen - of eigenlijk juist niet - bepaalde wijken zijn.

Maar hoe het nou kan dat die bijen de daken zo goed weten te vinden? “De vorm van een wijk kan invloed hebben, of misschien wel de mix van bloemetjes die ergens in de buurt staan. Een causaal verband zou leuk zijn om aan te tonen, maar is op basis van mijn onderzoek niet mogelijk.”

Naast de gemeente en de universiteit hoopt Erik dat ook de gewone Utrechter inspiratie en kennis opdoet uit zijn onderzoekje. “Ik hoop dat mensen hun dak bijvoorbeeld gaan vergroenen. Veel mensen willen de natuur ondersteunen en zorgen dat er meer vlinders en bijen komen. Dit soort slimme oplossingen leveren veel voordelen zonder extra ruimte in te nemen.” Zelf voelt hij zich nu ook wel iets meer verbonden met de stad. “Ik ben niet bij alle bushokjes geweest, maar als je meerdere hokjes bij elkaar hebt en daar dan tien minuten staat, leer je de stad wel snel en goed kennen.”

Advertentie