Bijvoet Centrum (3): Met lama’s kanker te lijf
Zodra een bacterie of virus ons lichaam binnendringt, komt ons afweersysteem in actie. De eerste aanvalslinie wordt gevormd door antilichamen. Promovendus Remko van Vught probeert in zijn onderzoek die ‘verkenners’ in te zetten tegen borstkanker. Dit is deel 3 van een artikelenreeks over het Bijvoet Centrum.
Van Vught werkt binnen de groep Membrane Biochemistry & Biophysics. In dit project werken promovendi van Farmacie, Biologie en Scheikunde samen om borstkanker te bestrijden. Dit past binnen het Bijvoet Centrum voor Biomoleculair Onderzoek dat onderzoek doet naar de manier waarop biomoleculen in het lichaam functioneren, zoals te lezen is in deel 1 van onze serie. Eerder publiceerden we ook een verhaal over onderzoek naar de vouwingsziekte cystic fibrosis (CF) ofwel taaislijmziekte.
“In het nanobullet project proberen we antilichamen te gebruiken om medicijnen gericht naar een tumorcel te brengen. Er zijn tal van medicijnen waarmee je in een chemokuur tumorcellen kunt vernietigen, maar die medicijnen richten zich ook tegen andere cellen die ze tegenkomen. Daardoor richten ze veel schade aan in het lichaam. Het idee is nu dat je die schade kunt beperken of zelfs voorkomen door het medicijn met behulp van het antilichaam specifiek naar de tumorcellen te dirigeren. Het antilichaam is dus als het ware het transportmiddel dat het medicijn naar zijn doel brengt.”
Het Utrechtse project, waarin promovendi van Farmacie, Biologie en Scheikunde samenwerken, richt zich op het bestrijden van borstkanker, vertelt Van Vught. “Wij richten ons op één bepaald eiwit in de tumorcel. Om antilichamen te produceren die specifiek dat eiwit herkennen, gebruiken we lama’s. Die dieren produceren namelijk antilichamen met een veel eenvoudiger moleculaire structuur dan menselijke antilichamen. Ze zijn zo klein dat ze zonder veel moeite de tumor kunnen binnendringen. Om de productie van antilichamen op gang te brengen, vaccineren we lama’s met het betreffende tumoreiwit. Vervolgens halen we de verschillende antilichamen uit het bloed van de lama en screenen ze op de exemplaren die het best binden aan het eiwit van de tumorcel.
“Een ander deel van het project, en dat is specifiek mijn werk, is om te onderzoeken hoe we die antilichamen vervolgens zo effectief mogelijk kunnen koppelen aan medicijnen. Want je wilt uiteraard een combinatie maken die niet in het lichaam wordt afgebroken en die het medicijn uitsluitend bij de betreffende tumorcel aflevert. Hierbij komt de kennis en infrastructuur van het Bijvoet Centrum enorm van pas. Ik heb inmiddels een aantal van die ‘pakketjes’ gemaakt en we zijn die nu in het laboratorium aan het testen op tumorcellijnen, maar ook op andere cellijnen. Vallen ze de tumorcellen aan en laten ze andere cellen met rust? Een definitief resultaat hebben we nog niet, maar de eerste tests zien er veelbelovend uit.”