Brand in studentenhuis: 'Ik dacht echt dat we het vuur goed hadden uitgemaakt'

De uitgebrande verbindingsbrug op de IBB, foto Dieske

Toen student Geneeskunde Dieske vorig jaar juli ‘s avonds arriveerde bij haar studentenhuis aan de IBB, stond het hele trappenhuis blauw van de rook. Een aantal medebewoners waren aan het barbecueën op een verbindingsbrug tussen twee gebouwen. “Ik had er nog casual iets over gezegd waarna er 'ja sorry' gemompeld werd”, herinnert ze zich als ze terugdenkt aan die avond. “Maar verder dacht ik er niet zo veel over na. Er gebeuren wel meer rare dingen op de IBB.” Midden in de nacht wakker werd ze wakker van een rare geur en ging op onderzoek uit. “Toen ik naar buiten keek, stond het hele vluchtbalkon in de fik. De vlammen likten al aan het plafond van het balkon erboven.”

Volgens Jurriaan van Wakeren, medewerker Stimulerende Preventie van Veiligheidsregio Utrecht, zijn er geen cijfers die uitwijzen dat studentenhuizen vaker in vlammen opgaan dan gemiddeld. “Dat je in een studentenhuis samenwoont met veel anderen, brengt natuurlijk wel risico’s met zich mee.” De grootste brandoorzaken in onze regio zijn stoken, koken en het gebruik van elektrische apparaten. De meeste studentenhuizen hebben geen open haard. Het koken en de elektrische apparaten zien we dus als grootste risico.”

Laat me godverdomme slapen

Dat je als studentenhuis geen open haard nodig hebt om de boel te laten escaleren, blijkt uit Dieske’s verhaal. Toen ze het vluchtbalkon in lichterlaaie zag staan, was ze op slag klaar wakker. Meteen wekte ze haar huisgenoten, wat nog de nodige problemen opleverde. “Eentje was een kwartier ervoor dronken op bed in slaap gevallen. 'Nee er is geen brand, laat me godverdomme slapen', zei ze. Ik schreeuwde haar strenge woorden toe om haar mee te krijgen.”

Toen dit uiteindelijk lukte, zijn ze via de brandtrap het huis ontvlucht. Toen haar dronken huisgenoot, die veel rook had ingeademd, bleef hoesten, is Dieske met haar in een ambulance naar het ziekenhuis gegaan. “In het ziekenhuis zijn we een van de brandstichters nog tegen gekomen, die erg verbaasd was over het voorval. 'Ik dacht echt dat we het vuur goed hadden uitgemaakt, we hadden er zelfs nog overheen gepist', zei hij.” De brand, die veroorzaakt bleek te zijn door een vuurkorf, verwoestte de verbindingsbrug maar zorgde niet voor schade op Dieske’s verdieping.

Ik zag een grote zwarte rookkolom uit het pand naast ons komen

In het verleden is er veel te doen geweest over brandveiligheid in studentenhuizen. Uit een rapport van de Rijksoverheid uit 2013 over brandveiligheid in studentenhuizen bleek dat van de 91 onderzochte panden, bijna allen bewoond door studenten, slechts negen aan alle eisen met betrekking tot blustoestellen, rookmelders en vluchtroutes voldeden. Uit een onderzoek van studentenorganisatie LSVb onder 330 studentenhuizen dat stamt uit 2015, bleek ook dat veel huizen niet aan de minimale brandveiligheidseisen voldoen. Bij de helft waren er onvoldoende brand – en rookmelders aanwezig, evenals blusmaterialen. Ook vluchtroutes lieten te wensen over: ze bleken vaak geblokkeerd door fietsen of kratten, en een vluchtplan ontbrak bij 80 procent van de huizen.

Net als Dieske kwam Vincent, die Gezondheidswetenschappen studeerde, voor een onaangename verrassing te staan toen hij in de zomer van 2008 op het dak van zijn studentenhuis aan de Oudegracht lag. “Ik rook een geur alsof iemand aan het barbecueën was. Ik zag een grote zwarte rookkolom uit het pand naast ons komen, waar kringloopcentrum de Arm zat. Toen werd ik gebeld door huisgenoten: ‘waar ben je, wij zijn al buiten, het hele huis staat vol met rook. Ik was niet in paniek ofzo, ik dacht: het is bij de buren, het zal wel goed komen. Maar binnen zag ik geen hand voor ogen door de rook.”

Op een gegeven moment kwamen de vlammen zichtbaar uit een kamer

Toen hij buiten arriveerde was de sfeer jolig. Het was een uur voordat de openingswedstrijd van het EK 2008 zou beginnen, en Vincent en zijn vrienden voorzagen dat ze dit spektakel zouden missen. “We hebben een ijskast vol met bier, de wedstrijd begint zo”, grapten we. Op een gegeven moment kwamen de vlammen zichtbaar uit een kamer. Toen zagen we de ernst er wel van in.” Vincent en zijn huisgenoten werden weggestuurd en opgevangen in de oude Tivoli aan de Oudegracht. Uiteindelijk moesten er zeven brandweerwagens aan te pas komen, een externe pomp die water uit de Oudegracht pompte, en een helikopter met hittecamera. “In Tivoli kreeg ik te horen dat mijn hele kamer verwoest was. Toen zijn we ons verdriet gaan verdrinken.”

Later zou blijken dat het hele voorhuis van Vincents studentenhuis verwoest was. De brand, die door onbekende redenen was ontstaan in een werfkelder van kringloopcentrum de Arm, was zo heftig dat tien huizen naast hun brandschade hadden. Zijn kamer, die aan de achterzijde van het huis zat, bleek overigens nog intact. De volgende ochtend zijn ze stiekem hun huis in geklommen om spullen te redden. “Dat was best wel eng. De brandweer was net weg en alles droop nog van het water. Af en toe kwam er rook bij een rookmelder, die weer begon te loeien. We wisten dat het gevaarlijk was, maar op zo’n moment prevaleert toch de wil om je shit te hebben.”

Het bespreken van een vluchtplan is essentieel

Volgens preventiemedewerker Jurriaan van Wakeren zijn studenten zich onvoldoende bewust van de gevaren van brand. “Het is niet een onderwerp waar veel mensen mee bezig zijn: het is een ver-van-je-bed-show. Vooral in je studententijd – waarin plezier de boventoon voert – is het niet het eerste wat op de agenda staat.” Hij geeft als belangrijkste tip om in de buurt van elektrische apparaten te blijven als deze aanstaan. Blijf bij de frituurpan en het fornuis als je aan het koken bent. Als er dan brand ontstaat, kan je snel handelen. Apparaten als de wasdroger, wasmachine en vaatwasser kunnen heet worden en vlam vatten, dus zet deze alleen aan als je thuis bent. "Als deze schoon en stofvrij zijn, verkleint dat de kans op brand.”

 

De rol van de huisbaas is volgens hem dat die ervoor moet zorgen dat het “kale” pand brandveilig is. “Dus dat er rookmelders zijn, blusmiddelen, en dat de vluchtwegen goed geregeld zijn. De rol van de huurders is dat ze fatsoenlijk omgaan met het huis. Dat ze dus de vluchtwegen vrijhouden en een rookmelder niet van het plafond halen.” Om te checken hoe brandveilig je studentenhuis  is, kun je op de site van studentenvakbond  LSVb een vragenlijst invullen. Wat kan je volgens Van Wakeren doen om je voor te bereiden op een brand? “Het bespreken van een vluchtplan is essentieel. Daar denkt de gemiddelde student niet bij na. Dat je afspreekt dat je elkaar wakker maakt, en weet waar je elkaar buiten ontmoet. En voor je gaat slapen binnenshuis de deuren sluiten is belangrijk. Een gesloten deur houdt rook en vuur tegen. Als je bedenkt dat een woonkamer in drie minuten volledig in brand kan staan, kan iedere minuut winst je leven en dat van je huisgenoten redden.”

Ik ga nu wel wat serieuzer met brandveiligheid om

Als Vincent terugdenkt aan de zomer van 2008 vindt hij het nog steeds ironisch hoe het gelopen is. “In ons huis gebeurde het regelmatig dat iemand zijn pizza ‘s nachts in de oven liet zitten, en er waren zat onhandige elektriciteitspunten. Dat je huis dan afbrandt door iets waar we zelf niks aan hadden kunnen doen is wel een beetje frappant.” De openingswedstrijd van het EK hebben ze die avond niet meer kunnen zien. “Ik moet ook zeggen dat mijn hoofd daar niet naar stond”, lacht Vincent.

Dieske kijkt met een wat serieuzere noot terug op haar avontuur. “Ik heb alles toen een beetje in een verdoofde overlevingsstand meegemaakt. De dag erna besefte ik pas wat er gebeurd was, en dat het ook heel anders had kunnen aflopen. Ik ga nu wel wat serieuzer met brandveiligheid om. Het kan ook echt mis gaan. Een huisgenoot heeft laatst bijvoorbeeld een enorm kampvuur op het pleintje laten afbreken door de politie, en als ergens het brandalarm te lang doorgaat – wat vaak het geval is op de IBB – ga je toch eens kijken of het niet serieus is.”

Meer vragen over brandveiligheid thuis? Stel je vraag via WhatsApp aan de brandweer van de Veiligheidsregio Utrecht: 06 12 95 85 99

Advertentie