Docenten geven feedback via een videocollege

Een groep docenten van Staats- en Bestuursrecht schotelde hun studenten afgelopen semester wekelijks een FAQ-videoclip voor waarin ze lastige vragen uit het college behandelen. “Over de kijkcijfers mogen we niet klagen.”

Op vele plekken binnen de Universiteit Utrecht experimenteren docenten met blended learning, onderwijs met een IT-element. DUB publiceerde recent een digitaal themamagazine over de rol van digitalisering in het onderwijs, het onderzoek en de bedrijfsvoering. In dit magazine staan ook verschillende manieren waarop docenten IT in hun onderwijs verwerken. 

Een voorbeeld daarvan is het initiatief van een groep rechtendocenten van de cursus Inleiding Staats- en Bestuursrecht. Zij vroegen zich af welke onderwijsvernieuwing een echte toevoeging voor eerstejaars is. Zo kwamen ze voor het afgelopen semester op het idee van de Frequent-Asked-Questionclip.

Coördinator van het vak Wouter Ernst: “Op maandag krijgen de studenten college en bestuderen de stof. Op dinsdagochtend maken ze online een opdracht. De studenten moeten die om uiterlijk half elf hebben geüpload via de online toets applicatie Remindo. Enkele docenten bekijken de opdrachten en de vragen die de studenten ons per mail of via Blackboard naar aanleiding van de opdracht hebben gesteld. Deze vragen en de fouten die we uit de opdrachten hebben gevist, verwerkt het team tot de FAQ-clip.”

Het was niet de meest gemakkelijke klus want veel tijd om deze clip in elkaar te draaien, gunden de docenten zichzelf niet. Ernst: “Rond 16 uur is de repetitie: we nemen met zijn allen de tekst door die de docent heeft gemaakt voor het videocollege. Deze docent zal de clip ook presenteren. Daarna nemen we de clip op en om 18 uur staat de video op Blackboard.”

Het idee is dat alle studenten de clip bekijken en er van leren. De kijkcijfers stellen niet teleur: “Van de 900 studenten kijken er zo’n 850 naar de clip. Wanneer ze voor hun tentamen gaan leren, adviseren wij ze nogmaals naar de clips te kijken. Er staat informatie in die ze voor het tentamen moeten kennen.”

De docenten van het vak moesten wel even wennen aan de nieuwe onderwijsvorm. Zo was niet elke docent even makkelijk voor de camera te krijgen en moest worden nagedacht over zeer eenvoudige zaken als: wat doe ik aan voor de camera en spreek ik de student aan met je of u. Het team koos als opnamelocatie voor een informele setting: de werkkamer van de docent aan Achter Sint Pieter 200. Studenten lijken daardoor op bezoek te zijn bij de docent. “Dat scheelt ons reistijd naar de studio en we vinden het persoonlijker om in een docentenkamer te zitten.”

De ervaringen met de nieuwe onderwijsvorm zijn goed, zegt Ernst. “Er zijn weinig onoverkomelijk technische problemen ontstaan, hoewel de nieuwigheid geregeld voor last-minute brandjes zorgde. Soms waren we echt pas net voor zes uur klaar.”

Ook inhoudelijk zijn de docenten overwegend positief. “Iedereen heeft de vernieuwing omarmd. Een leuke ontwikkeling is dat we in een heel andere setting dan gewoonlijk wekelijks samenwerken. Hierdoor leren we elkaar op een andere manier kennen.”

Of de docenten op de ingeslagen weg verder gaan, is nog afwachten. “We houden een eigen evaluatieronde en bestuderen de studentenevaluatie.”