‘De minister verplaatst het probleem alleen maar’

DUB-panel unaniem: Versoepelen bsa is slecht plan

DUB panel: BSA Foto: DUB
Foto: DUB

Als het aan minister Dijkgraaf ligt, hoeven studenten in het eerste jaar straks nog maar 30 studiepunten te halen om een positief bindend studieadvies (BSA) te krijgen. Alleen met zo’n positief advies mogen ze door naar het tweede studiejaar.

Nu ligt die grens in Utrecht nog op 45 studiepunten, wat grofweg betekent dat studenten zes van de acht eerstejaars vakken met een voldoende moeten afsluiten.

Met een versoepeling wil de minister het studentenwelzijn bevorderen; in het eerste jaar komt er immers erg veel op een beginnende student af. Studenten moeten er straks wel voor zorgen dat ze na twee jaar minimaal 60 studiepunten hebben binnengesleept.

Studentenbonden ISO en LSVb staan te juichen. Maar universiteiten vrezen voor oplopende studievertraging voor studenten en een hogere werkdruk voor docenten, zo schreven zij in een opinieartikel in de Telegraaf . Bovendien zouden studenten het bsa op dit moment helemaal niet als een probleem ervaren.

Alle reden om de kwestie voor te leggen aan ons DUB-panel. Wij vroegen hen te reageren op onze stelling:

Het versoepelen van het bsa is een goed plan

De antwoorden wijzen eigenlijk maar één kant op: de minister moet van het bsa afblijven. Het huidige Utrechtse bsa-beleid is volgens studenten en medewerkers in ons DUB-panel eigenlijk heel redelijk.

'Studenten vallen straks alsnog uit, maar dan later'

Meerdere panelleden die op onze stelling reageerden, zien in het verlagen van de norm vooral een verplaatsing van het probleem. Onderzoeker Interculturele Communicatie Kimberly Naber mailt bijvoorbeeld: “Wellicht halen straks meer studenten het eerste jaar. Maar diezelfde studenten kunnen het extra zwaar krijgen in het jaar erop als zij boven op hun gewone studielast nog studiepunten van het eerste jaar moeten halen. Dit geef net zo goed stress.”

Stadsgeograaf Irina van Aalst stelt: “Verlaging van het bsa zal leiden tot uitstelgedrag en maakt het voor studenten veel lastiger om achterstanden weer in te lopen als ze wel doorstromen naar een volgend jaar. Het risico is dat ze alsnog ‘afvallen’ maar dan later in het traject. Dat is voor niemand goed, niet voor studenten en niet voor docenten.”

‘Er gaan te veel studenten naar de universiteit die het niveau eigenlijk niet aankunnen’

Ook volgens masterstudent Urban & Economic Geography Marte Vroom komt een soepelere bsa-regeling neer op ‘uitstel van executie’. Er zijn volgens haar te veel studenten die eigenlijk geen interesse hebben in academisch onderwijs, en voor velen geldt ook dat  het niveau te hoog ligt. “Als je binnen twee jaar slechts 60 studiepunten bij elkaar weet te schrapen, heb je best een groot probleem. De kans is groot dat die studievertraging alleen maar groter zal worden.”

Volgens Sterre van Wierst, masterstudent Cancer, Stem Cells & Developmental Studies, ontbreekt buiten de universitaire wereld vaak het besef dat het halen van studiepunten geen heel grote opgave is. Met een 5,5 en een reparatiemogelijkheid of hertentamen ligt die drempel volgens haar op “een redelijke hoogte”. 

“Natuurlijk wil het ook wel eens niet lukken om een tentamen te halen. Dat is ook waarom je bij de UU maar 45 ects hoeft te halen in je eerste jaar, en niet zoals bij sommige andere instellingen alle 60 ects. In bijzondere gevallen zijn er ook genoeg alternatieven zoals vóór 1 februari uitschrijven, of uitstel voor je bsa-advies vragen aan een studieadviseur.”

‘Doordat ik punten moet halen, studeer ik actiever’

Enkele panelleden wijzen er daarnaast op dat een hogere norm voor het bindend studieadvies een motiverende werking heeft. Irina van Aalst: “Mijn ervaring is dat strikte deadlines zorgen voor meer duidelijkheid voor studenten (‘stok achter de deur’) en dat meer ‘vrijheid’ juist leidt tot het vooruitschuiven van inleverdata en uiteindelijk tot veel meer stress.”

Masterstudent Aardwetenschappen Chris Bil zegt hierover: “Met het voorstel van de ministerie moedig je mensen die juist deadlines en consequenties nodig hebben (en dat zijn waarschijnlijk bijna alle studenten) aan om maar 30 ects te halen, terwijl zij normaliter prima 45 ects hadden kunnen halen.”

Levi Bierhuizen begon dit jaar aan een studie Psychologie: “Het bsa motiveert mij om voldoende punten te halen. Daardoor ben ik ook actief bezig met de cursussen. Op die manier kom je er als student sneller achter of je huidige opleiding bij je past.”

‘Het bsa verlagen is curlingbeleid’

Panelleden benadrukken dat het bsa studenten ook leert om hun eigen studie en prestaties serieus te nemen. Cultureel geograaf Bouke van Gorp: “In de toelichting van de minister ging het om ‘wennen’, onder andere aan het op kamers wonen. Helaas kan het gros van de studenten geen kamer vinden of zich een hoge huur veroorloven. En veel eerstejaars willen het ook eerst even aankijken. Bij de start van dit collegejaar woonde de overgrote meerderheid nog thuis. Waar ze wél aan moeten wennen is zelf verantwoordelijkheid nemen en dragen voor hun studie. En dan is juist de lat leggen op 30 behaalde studiepunten geen stimulans.”

Pim van Achthoven, rechtenstudent aan het Utrecht Law College, zegt: “Ik zal uiteraard niet verkondigen dat studeren alles is wat je moet doen in je studententijd, maar een van de prioriteiten zou het toch wel moeten zijn. Het bsa fors verlagen lijkt haast curlingbeleid, waarbij studenten niet meer klaargestoomd mogen worden voor de harde wereld en alle studenten - ongeacht of ze enige druk aankunnen - een universitair of hogeschooldiploma moeten halen.” 

‘Het is demotiverend om te moeten samenwerken met iemand die een inleidend vak niet gehaald heeft’

Ook wordt aandacht gevraagd voor de lagere kwaliteit van tweedejaars cursussen als veel studenten hun eerstejaars cursussen niet halen. Psychologiestudent Levi Bierhuizen meldt: “Het lijkt mij erg demotiverend om met een student te moeten samenwerken die een inleidend vak niet gehaald heeft of bezig is met het inhalen van andere cursussen.”

Bouke van Gorp vindt dat de minister de verantwoordelijkheid wel heel gemakkelijk bij de opleidingen legt voor dit probleem. “Als een student slechts de helft van de cursussen in jaar 1 met goed gevolg heeft afgesloten, wat kan die dan in jaar 2 doen? Cursussen hebben op dit moment soms ingangseisen vanwege de doorlopende vaardighedenleerlijnen of gaan uit van bepaalde voorkennis.” 

Onderwijswetenschapper Casper Hulshof concludeert dat er meerdere redenen zijn waarom het bsa wel degelijk in het belang van studenten zelf kan zijn. Hij is een voorstander van een voorstel om elke opleiding zelf te laten bepalen op welke manier het bsa wordt gehanteerd. Hulshof stoort zich aan de “pavlovreactie” van studentenbond het ISO. “Alsof elke norm automatisch in het nadeel van studenten zou zijn.”

Ook stagecoördinator Bart Mijland vindt dat elke opleiding zelf de bsa-norm zou moeten kunnen bepalen: “Docenten, beleidsmedewerkers en studenten zouden daarbij in alle oprechtheid moeten spreken over voor- en nadelen. Laat het niet gaan over financieel rendement, maar over een balans waarin alle betrokkenen gesteund en gestimuleerd worden.”

'Laten we kijken of we minder tijdrovende toetsen kunnen maken'

De panelleden zien in het verlagen van het bsa dus geen oplossing voor de problemen met studentenwelzijn, integendeel. Toch benadrukken zij dat de psychologische problemen van veel studenten wel degelijk om aandacht vragen.

Maar cultureel geograaf Bouke van Gorp mist voorlopig een analyse van het probleem. “Waarom ervaren studenten zoveel stress? Is dat de opleiding, of is dat door een combinatie van verwachtingen en activiteiten naast de studie en op social media?"

“Wellicht kan er gekeken worden naar vormen van toetsing die minder tijdrovend zijn”, oppert onderzoeker Kimberly Naber. “Misschien kunnen we de werkdruk onder de studenten op die manier verlagen.”

Stagecoördinator Bart Mijland stelt dat er hoe dan ook ruimte moet blijven voor studenten en medewerkers die vanwege zwaarwegende omstandigheden niet aan de vastgestelde normen kunnen voldoen. “Leren te studeren binnen de context van jouw leven is niet altijd eenvoudig. Dat moet zo veel mogelijk ondersteund worden door instellingen en overheid. (…) Het gaat om meer dan prestaties, studiepunten en cijfers. Onafhankelijke begeleiding door loopbaanadviseurs, welzijnswerkers en studieadviseurs kan daarbij helpen.”

Student Aardwetenschappen Chris Bil vindt dat de universiteit studenten meer en beter zou kunnen informeren over de mogelijkheid om het bsa uit te stellen als het niet goed gaat met iemand. “En dat dat dan makkelijk te regelen is, zonder te veel bureaucratisch rompslomp.”

Masterstudent Sterre van Wierst concludeert iets anders: “Het plan van de minister is een reactie op studenten die zeggen prestatiedruk te ervaren. Dat is een terechte zorg. Maar misschien moeten studenten het ook niet willen, presteren in een opleiding waar ze de talenten niet voor hebben.”

DUB panel
Tags: dub-panel | bsa

Advertentie