Eis 1: Een goede docent weet waar hij het over heeft
Een goede docent moet veel kwaliteiten hebben, maar welke kwaliteit is nu de allerbelangrijkste? Een kleine steekproef onder leden van het DUB-panel laat weinig ruimte voor discussie: een docent moet in de eerste plaats inhoudelijk deskundig zijn.
De X-factor van docenten. Dat is het onderwerp waar woensdag tijdens het jaarlijkse universitaire onderwijsfeestje, de Onderwijsparade, over wordt gediscussieerd. We legden deze week de leden van ons DUB-panel vijf kwaliteiten voor waarover een goede docent moet beschikken en vroegen de panelleden een rangorde aan te brengen.
We kregen per mail 12 reacties van de docenten, studenten en obp’ers in ons panel. Het aantal respondenten is dus klein. Veel panelleden vonden de opdracht bovendien erg lastig. “Ze zijn alle vijf even belangrijk”, was vaak de reactie.
Toch is het beeld uiteindelijk overduidelijk. Met het mes op de keel noemen de meeste panelleden inhoudelijke deskundigheid de belangrijkste kwaliteit van een goede docent. Vijf panelleden zetten dit aspect bovenaan hun ranglijst, nog eens vijf anderen plaatsen het op nummer 2.
Universitair docent Psychologische Functieleer Tanja Nijboer: “Allereerst moeten studenten iets leren. Kennis (op metaniveau!!!) is daarvoor van groot belang.” Student Bestuur & Beleid Jont Groenendaal: “Iemand die zijn strepen heeft verdiend is voor mij al erg inspirerend, vooral als deze er zichtbaar voldoening uithaalt om deze kennis te delen.”
Sommige panelleden noemden de eis van inhoudelijke deskundigheid een dooddoener. Hoogleraar Biomedische Wetenschappen Dop Bär weigerde een rangorde aan te brengen in de kwaliteiten. Hij zegt: “Inhoudelijke deskundigheid is een conditio sine qua non voor academisch, wat zeg ik, voor elk soort onderwijs.”
Hieronder de uiteindelijke ranglijst van de 5 kwaliteiten op basis van de oordelen van de leden van het DUB-panel.
-
Inhoudelijk deskundig
De docent weet waar hij/zij het over heeft en is een autoriteit op zijn/haar vakgebied -
Duidelijk en georganiseerd
De docent bereidt zijn/haar college goed voor en studenten weten wat ze kunnen verwachten -
Enthousiast en betrokken
De docent bouwt een band met studenten op -
Grappig en met humor
De docent weet de stof op een onderhoudende wijze over te brengen. -
Flexibel en fantasievol
De docent springt in op de situatie en maakt gebruik van verschillende werkvormen
Opvallend is dat twee ‘onderwijsprofessionals’ de meeste waarde bleken te hechten aan een goed voorbereide docent die zijn studenten duidelijk maakt wat ze kunnen verwachten. Zij plaatsten de kwaliteit duidelijk en georganiseerd boven aan hun ranglijst.
Teaching Fellow van de Bétafaculteit Johan Jeuring zegt: “Een goede docent is duidelijk in wat hij/zij verwacht van een student, bespreekt de criteria waarmee het werk van studenten wordt beoordeeld, en geeft studenten de gelegenheid hun weg in het vakgebied te vinden. Het is belangrijker dat dat in een veilige leeromgeving gebeurt, dan dat er veel gebruik van humor en fantasie wordt gemaakt.”
Hoogleraar Kwaliteit van het Psychologie-Onderwijs Liesbeth Woertman: “Studenten duidelijkheid verschaffen, helpt hen om de stof in een context te plaatsen.”
Samen met Jeuring en Woertman ziet ook studente Wis- en Natuurkunde Barbera Droste deze kwaliteit als het allerbelangrijkste. “Het meest schandalig vind ik het wanneer de docent er niet in slaagt de stof te onderwijzen omdat hij/zij simpelweg niet goed is voorbereid. Daarnaast wil je als student dat je je kunt inzetten, dus is het belangrijk dat je weet wat je kan verwachten en dat al kan voorbereiden.”
Dop Bär vindt de kwaliteit duidelijk en georganiseerd alleen te pruimen als die gepaard gaat aan flexibiliteit en fantasie: “Duidelijkheid en georganiseerd zijn, kan immers omslaan naar rust-reinheid-regelmaat en Bintiaanse tucht. De leerling moet klimmen, het is niet de leraar die moet dalen. Ik ben juist voor samenspel: de leraar daalt, en de leerling klimt tegelijkertijd, en soms klimt de leraar en daalt de leerling. Je ontmoet elkaar in het midden, en je hebt beiden moeite gedaan.”
Grappig en met humor en flexibel en fantasievol eindigen in de provisorische panelranglijst op afstand op de plaatsen 4 en 5. De enige die vijf punten geeft aan grappig en met humor is onderwijskundige Casper Hulshof. “Als ik toch een keus moet maken, dan plaats ik betrokkenheid en humor boven deskundigheid. Deskundigheid en kennis staan niet altijd garant voor de vaardigheid om dat ook over te brengen, laat staan studenten uit te nodigen actief deel te nemen aan de les.”
Sociologiestudent Tycho Wassenaar kiest als enige voor flexibel en fantasievol. Hij denkt dat een ruim scala aan didactische vaardigheden van het allergrootste belang is voor docenten. “Een hoogleraar kan nog zo briljant zijn en in zijn onderzoek veel bereiken, als hij zijn kennis niet op een goede manier kan overdragen, is dat al snel waardeloos.”
We vroegen de leden van het DUB-panel ook welke belangrijke kwaliteit nog ontbrak in het bovenstaande rijtje. Enkele suggesties:
Tanja Nijboer: Bereikbaarheid. “Een goede docent reageert ook op vragen die na een college of werkgroep worden gesteld. Soms moet de informatie even bezinken. De vorm maakt hier niet uit; reageren op een e-mail kan, een inloopspreekuur kan, of in de wandelgangen aangesproken kunnen worden, kan ook.”
Senior-beleidsmedewerker bij Rechten Matthias Jorissen: “Gezag. Denk hierbij ook aan de discussie die is ingezet door Jan Derksen, hoogleraar Klinische Psychologie aan de RU. Ik heb zelf ook gemerkt dat de huidige generatie studenten hoegenaamd geen concentratie kan opbrengen voor het volgen van hoorcolleges van langer dan zeg, een kwartier. Alleen entertainers kunnen de aandacht nog vangen, minder getalenteerde sprekers bijten in het zand.”
Masterstudent Bestuur & Beleid, Jont Groenendaal: “Hoge verwachtingen. Ik heb er veel aan als een docent alles uit je probeert te halen wat erin zit. Een docent die je niet weg laat komen met een half verhaal.”
Criteria voor excellent docentschap
Je kan je afvragen: is excellent docentschap wel te vangen in criteria? Ja, zegt Riekje de Jong, onderwijskundige van de Universiteit Utrecht. "Er is wel degelijk een profiel op te stellen van de excellente docent."
In 2011 werkte De Jong (toen nog in dienst van de Radboud Universiteit) mee aan een onderzoek naar excellent docentschap. Op basis van interviews met winnaars van docentprijzen, juryrapporten van die prijzen en bevindingen uit ander (internationaal) onderzoek kwamen de onderzoekers uit op zes kenmerken:
1. Passie voor het vak
2. Verruimen en ontregelen van het denken van studenten
3. Veel en gevarieerde interactie met studenten
4. Didactische structuur en klimaat
5. Continue professionele ontwikkeling
6. Consistentie
Inhoudelijke deskundigheid, waar het DUB-panel veel belang aan hecht, komt niet voor in de lijst. Riekje de Jong: "Ik snap de keuze van het panel wel. Inhoudelijke deskundigheid is een kenmerk waar idere docent aan moet voldoen. Maar het is niet onderscheidend voor excellente docenten. Die bieden iets meer."
Het is op dit moment niet altijd helder wat universiteiten zien als excellent docentschap, zegt de Jong. "Soms is humor een doorslaggevende factor bij docentprijzen, dan weer innovatie. Het is beter als universiteiten nauw omschrijven wat excellentie inhoudt. Dat kan andere docenten inspireren."