Leidt de universiteit wereldvreemde studenten op?
Je staat er misschien niet bij stil, maar op de UU zit je vaak tussen hetzelfde type mens. Draag je een hoofddoek, ben je transgender of zit je in een rolstoel dan merk je dat wel: je behoort tot een minderheid. Het gevolg kan zijn dat je je daardoor niet thuis voelt aan de UU en dat we diversiteit in achtergronden en opvattingen missen in het onderwijs.
Milan Nieweg, net-afgestudeerde UU’er
Mounia Bouhnouf, student Farmacie
Abdulmohaimen Amer al Jihani, voorzitter multiculturele studentenvereniging Insan
Josefien van Marlen, studentlid Universiteitsraad
Marieke de Bakker, Afdelingshoofd Studentbegeleiding Universiteit Utrecht
'We kijken allemaal met een Westerse bril naar de samenleving'
De Universiteit Utrecht loopt – in vergelijking met andere universiteiten in Nederland - achter als het aankomt op het beleid met betrekking tot diversiteit, zegt Josefien van Marlen van de Universiteitsraad. Dat baart haar zorgen. “Je wilt geen wereldvreemde studenten opleiden.” Ze besloot diversiteit op de agenda van de Universiteitsraad te zetten in de hoop dat de UU een betere afspiegeling van de samenleving wordt.
Toen Josefien voor haar studies Geschiedenis en Liberal Arts & Sciences vakken volgde over onder meer racisme en kolonialisme, viel haar het gebrek aan diversiteit voor het eerst echt op. “We zaten in college met een witte groep studenten, we hadden witte docenten en gebruikten literatuur van vooral witte mannen. Dat maakt toch wel uit voor de mate waarin je zo’n onderwerp kunt uitdiepen. Je bespreekt het onderwerp maar vanuit één perspectief.”
Ze merkte dat ze buiten college mensen sprak die hele andere visies hadden. “Ik vond het bijvoorbeeld heel verfrissend om onderwerpen zoals Zwarte Piet met een niet uitsluitend wit publiek te bespreken. Het is interessant om verschillende perspectieven te kunnen gebruiken in zo’n discussie. Hoewel ik denk dat mijn docenten daar wel aandacht aan probeerden te besteden, miste ik toch de diversiteit binnen mijn studentengroep. Er waren uiteindelijk waarschijnlijk geen of ontzettend weinig studenten die zelf racisme hadden ervaren.”
Van Marlen pleit voor diversiteit op twee niveaus. Aan de ene kant binnen de collegezalen door bijvoorbeeld een diverse studentenpopulatie, docenten en te-lezen-literatuur. En aan de andere kant binnen het instituut van de universiteit. “Ik sprak een studente die zei dat er wel veel aandacht is voor Sinterklaas en Kerst, maar niet voor het hindoeïstische Holi of de islamitische Ramadan. Daardoor kun je als student en medewerker het gevoel hebt dat je niet op de universiteit thuishoort.”
Een gemengde studentenpopulatie is niet het enige waardoor allochtone studenten zich thuis voelen aan de UU, zegt Abdulmohaimen Amer al Jihan. Hij is student Artificial Intelligence en voorzitter van de multiculturele studentenvereniging Insan. “Denk aan halalvlees in de kantine. Een vriend die aan de Erasmus Universiteit studeert, kwam hier een keer op bezoek en schrok ervan dat er aan de UU geen halal vlees te krijgen is zoals in Rotterdam. Ook zou het voor de islamitische studenten fijner zijn als de Universiteitsbibliotheek langer open blijft tijdens de ramadan, zodat je na het breken van het vasten nog kan studeren. In het buitenland overwegen ze om tentamens om de ramadan heen te plannen. Dat is nu nog een te grote stap, maar zou wel super tof zijn.”
“Wij zijn met bijna tweehonderd leden de grootste multiculturele studentenvereniging van Nederland. We werken met de overheid, verschillende media en andere instanties samen, maar van de universiteit hoorden wij niets, terwijl je als universiteit best trots mag zijn op zo’n grote vereniging.”
“Bij farmacie is een groot deel van de studenten allochtoon”, zegt ze. “Dat betekent dus dat je die ook bij een symposium of netwerkbijeenkomst wil hebben, omdat ze uiteindelijk komen te werken in apotheken over het hele land. Maar bij zulke evenementen wordt er vrij weinig rekening met ze gehouden. Zo wordt een symposium opgeleukt met gratis alcohol voor bezoekers, maar ik drink geen alcohol. En ik heb ook nog nooit gehoord dat op een symposium halal eten werd verzorgd.” Dit resulteert dat Mounia – en volgens haar veel allochtone medestudenten van Farmacie – uiteindelijk niet naar symposia en netwerkbijeenkomsten van de UU gaan.
Voor farmaciestudent Mounia speelde afstand inderdaad een rol bij de keuze voor Utrecht, maar inmiddels voelt zij hier zich ook echt thuis binnen de faculteit. Mede door het diverse karakter van de studentenpopulatie. “Soms loop ik weleens op een andere faculteiten rond als ik bijvoorbeeld college heb bij Biologie; dan voelt de universiteit opeens toch wel heel wit. Dan heb ik het gevoel dat ik buiten de boot val, terwijl ik dat bij Farmacie helemaal niet heb.”
In het kader van het G5-project zijn bij vier faculteiten projecten uitgevoerd die zich op facetten van diversiteit richtten, bijvoorbeeld op instroom en community-vorming, zegt ze. "Naast Geesteswetenschappen en Sociale wetenschappen waren de opleidingen Farmacie en Rechtsgeleerdheid hierbij actief betrokken. Uit een evaluatie door diversiteitscentrum ECHO van het landelijke G5-project bleek dat het studiesucces van allochtone studenten in Utrecht in de projectperiode als enige universiteit was verbeterd, waarschijnlijk door de invoering van generieke maatregelen in het kader van BaMa 3.0 zoals intensivering van matching en tutoraat."
"De diversiteit van de instroom is ondanks deze projecten nog altijd voor verbetering vatbaar. Van de randstaduniversiteiten heeft de Universiteit Utrecht het kleinste aandeel studenten met een multiculturele achtergrond. Hetzelfde geldt bijvoorbeeld voor het aantal vluchtelingstudenten of internationale studenten. Er wordt inmiddels door een groeiend aantal betrokkenen gewerkt aan een aanpak om die diversiteit te vergroten, onder andere in het kader van het Strategisch plan."
De studentenorganisaties Insan en Üsküdar dragen bij aan een rijk en divers studentenleven, vandaar dat zij recent door de Universiteit Utrecht zijn erkend, ook als voldoen zij niet helemaal aan de criteria die aan studentenorganisaties gesteld worden in het gezamenlijke Beleidskader van de UU en HU voor studentenorganisaties. Beide organisaties zijn inmiddels vermeld op de website en zij mogen aanspraak maken op activiteitensubsidies, bestuursbeurzen voor projecten en vergader- en kantoorruimtes van de UU.
Verder probeert de Universiteit Utrecht ook in voorzieningen rekening te houden met specifieke behoeftes van studenten, zoals het doen van tentamens in de Ramadan of de beschikbaarheid van stilteruimtes in gebouwen.
Te wit, te Nederlands, te westers, te mannelijk, te elitair, kortom: te ‘ons soort mensen’. Hoe kan de universiteit dat veranderen? Klik hier voor meer verhalen over internationalisering, emancipatie, inclusie en politieke correctheid.