Matchingsactiviteit valt in de smaak bij opleiding en scholieren

Het programma mag best een tikkie zwaarder worden, zeggen aankomende studenten die hebben meegedaan aan een evaluatie van de matchingsactiviteiten. Ook moet het onderscheid duidelijker worden met kennismakingsbijeenkomsten zoals een meeloopdag. Maar over het algemeen zijn deze studenten tevreden over de matching.

Voor het eerst moesten vrijwel alle aankomende bachelorstudenten van de Universiteit Utrecht voor het studiejaar 2013-2014 deelnemen aan een matchingstraject. Matching, zo is het idee, moet studieuitval voorkomen, een ambitieus studieklimaat stimuleren en de band met de opleiding vergroten.

Uit een eerste evaluatie (pdf verkorte versie, zie volledige versie) blijkt dat zowel de opleidingen van de Universiteit Utrecht die matching hadden als de deelnemers tevreden over het matchingsprogramma. De aankomende studenten vinden dat het programma best een tikkie zwaarder mag zijn, opleidingen willen graag een strakkere planning en zo mogelijk vroeger tijdstip voor de matchingsactiviteiten.

Van alle 5908 scholieren die zich voor een bacheloropleiding met matching hadden aangemeld, deden er uiteindelijk 4517 mee aan een matchingsactiviteit. Sommige scholieren hadden zich voor meer dan één opleiding ingeschreven, anderen stonden ook ingeschreven voor een studie waarvoor selectie of een numerus fixus geldt.

Uit de voorlopige inschrijfcijfers blijkt dat van de 4164 studenten die zich alleen voor een matchingsopleiding hadden ingeschreven, 15 procent zich na matching weer heeft uitgeschreven. Onbekend is of deze scholieren zich misschien ook hadden ingeschreven bij een andere opleiding buiten de UU.

Moeilijk te duiden cijfers
De meeste faculteiten hadden drie matchingsbijeenkomsten:  in het vroege voorjaar, in juni en in augustus. De matchingsdagen in juni waren het best bezocht.  Een groot deel van deze scholieren (ruim 2800) is gevraagd een evaluatieformulier in te vullen. Van hen zei 11 procent de studiekeuze te zullen bijstellen. Maar of zij ook daadwerkelijk voor een andere opleiding hebben gekozen, is nog niet duidelijk, zeggen onderzoeker Leoniek Wijngaards-de Meij en beleidsmedewerker Marieke de Bakker die zich over de evaluaties van de matching hebben gebogen.

De cijfers uit deze eerste evaluatie zijn moeilijk te duiden,  zeggen ze. “De getallen zijn verkregen op de matchingsdag zelf. Misschien hebben deze scholieren zich op een later moment weer bedacht en toch deze studie gaan volgen. We weten het nog niet heel precies.”

Reikhalzend wordt uitgekeken naar het volgende evaluatiemoment in het voorjaar van 2014. Dan is bekend hoeveel eerstejaars hun studie voor 1 februari staakten en valt uit de voorlopige scores van het bindend studieadvies op te maken of matching bijdraagt aan een hoger studiesucces.

Ook andere universiteiten zijn nieuwsgierig naar deze cijfers, weet de UU. Vanaf volgend jaar hebben alle aankomende studenten recht op studiekeuzeadvies van de instelling waar ze zich inschrijven. Daarom gaan de meeste opleidingen een matchingtraject aanbieden. Dit jaar was de UU de enige universiteit waarop studenten zich voor 1 mei moesten inschrijven, volgend jaar geldt die datum voor alle opleidingen in het hoger onderwijs.

Scholieren geven matching voldoende
Inhoudelijk wordt de matching in juni gewaardeerd. Deelnemers geven wel aan dat er een duidelijker onderscheid moet komen tussen de matchings- en meeloopdagen en de introductie. Ook mag het onderwijsprogramma een tandje zwaarder en wordt feedback van de opleiding op het matchingsformulier dat de deelnemers na hun inschrijving moeten invullen, gewaardeerd.

Elk opleiding die meedeed aan de evaluatie kreeg een goede beoordeling. Deze liggen tussen de 7,13 (Milieu-maatschappijwetenschappen) en de 8,33 (Franse taal & Cultuur) op een schaal van 1 tot en met 10. Milieu-maatschappijwetenschappen had het hoogste percentage deelnemers dat na de matching is gaan twijfelen.

Opleidingen willen strakkere planning
De opleidingen willen graag, zo blijkt uit een evaluatie onder de medewerkers, dat het hele matchingproces strakker wordt geregeld. Zo willen opleidingen dat een groter deel van de studenten de hele matchingsprocedure ver voor de zomervakantie afrondt, omdat juni een vervelende maand is. Scholieren staan dan al in 'standje vakantie' of moeten herexamen doen. De opleidingen ontdekten bovendien dat de deelnemers aan de matchingsactiviteiten in het vroege voorjaar (13 procent) actiever zijn, dan de deelnemers aan de matching in juni (63 procent). 

Dit keer deed nog een vrij groot percentage belangstellenden mee aan de matching in augustus (24 procent). Dit zorgde voor veel extra werk en frustratie op de werkvloer; voor 322 aankomende studenten moest een aparte procedure worden verzonnen omdat matching aan de UU nu eenmaal verplicht is gesteld, maar studenten zich wettelijk nog tot september mochten inschrijven voor een opleiding.

Aanpassingen
Naar aanleiding van de evaluatie komen er een aantal aanpassingen voor de matchingsprocedures voor het collegejaar 2014-2015. Zo wordt het aantal matchingsmomenten vastgelegd. Opleidingen met meer dan 50 studenten krijgen twee matchingsmomenten (één rond april en één in juni), opleidingen met minder dan 50 studenten slechts één en wel in de maand juni. Door een vroege matching aan te bieden, kunnen scholieren nog bijtijds van gedachten veranderen en voor de zomer nog voor een andere opleiding gaan.  Kleine opleidingen hoeven geen twee momenten aan te bieden, omdat het voor deze opleidingen lastiger is om representatief onderwijs te verzorgen voor een hele kleine groep gegadigden.

Voor scholieren die vanwege overmacht deze bijeenkomsten niet kunnen bijwonen, is er nog een matchingsmoment in augustus. Zij moeten zich dan wel voor 8 augustus hebben aangemeld. Van studenten die gaan voor een opleiding met selectie of loting wordt verwacht, dat zij voor de zomer hebben meegedaan aan het matchingsprogramma van de opleiding van hun tweede keuze.

Matching

De Universiteit Utrecht besloot in het vorige academische jaar dat alle aankomende studenten van de bacherloropleidingen mee moeten doen aan een matchingstraject. Alleen opleidingen met selectie of een numerus fixus mochten wel, maar hoefden niet deel te nemen. Om matching mogelijk te maken, moesten belangstellenden zich voor 1 mei 2013 inschrijven bij een Utrechtse opleiding. Wie dat had gedaan, kreeg een matchingsformulier toegestuurd die voor de matchingsactiviteit ingevuld moest worden geretourneerd. Hierop moest de aankomende student onder meer zijn keuze voor de opleiding motiveren. Daarna moesten de belangstellenden één of twee keer naar de universiteit komen om college te volgen, opdrachten uit te voeren en een toets te maken. Vervolgens kregen ze een afrondend evaluatiegesprek waarin ze feedback kregen op hun prestaties tijdens de matchingsdag. De aankomende studenten reflecteerden samen met een docent op hun studiekeuze. (In het DUB-magazine Het nieuwe studeren, meer informatie over matching aan de UU)

**De volledige nota over de eerste evaluatie van matching inclusief bijlages was te zwaar om aan dit artikel te hangen, maar deze versie is te vinden op de site van de medezeggenschap waar je alleen bij kan als je inlogt met je solis-ID. Voor wie geen solis-ID heeft kan voor het gehele stuk terecht bij de U-raad.

Advertentie