Ecocide in wetgeving en kunst
Milieu krijgt plek in de rechtszaal; theaterstuk van UU-studenten

Op de dag van ons bezoek aan de ruimte in de Muntstraat 2A waar de acteurs repeteren, nemen de acteurs de rechtszaak door die centraal staat in het toneelstuk.
Het schijnproces draait om een fictief Nederlands bedrijf dat wordt beschuldigd van ecocide vanwege zijn betrokkenheid bij nikkelwinning in Indonesië. De aanklager zit aan de ene kant van het podium en de verdediging aan de andere kant. In het midden zit de beklaagde: de CEO van het fictieve Smit Refineries N.V.
De twee rechters achteraan bemiddelen in de discussies terwijl de details van de zaak aan het licht komen. Door het gepassioneerde optreden van de acteurs verandert de kleine ruimte in een serieuze en levendige rechtbank.
Experiment
Het toneelstuk speelt zich af in een denkbeeldige nabije toekomst waarin ecocide door de Nederlandse wet als strafbaar feit is erkend. Ecocide staat voor handelingen die worden gepleegd in de wetenschap dat deze tot aanzienlijke schade aan het milieu kunnen leiden. Deze definitie is door voormalig politicus Lammert van Raan (Partij voor de Dieren) voorgesteld in een poging om ecocide strafbaar te stellen.
Rechtenstudente Lorena Melisa Uysal zegt: “We proberen te laten zien hoe een rechtszaak eruit zou kunnen zien als dit artikel werkelijk deel uit zou maken van het wetboek van strafrecht. Welke juridische onzekerheden zijn er dan nog? Wat zou het voor iedereen betekenen? De beste manier om dat te doen was via dit experiment, via deze theatrale weergave.”
Gedramatiseerd
Het toneelstuk is ontwikkeld als onderdeel van het UU-project 'Conceptualizing Ecocide', dat gedeeltelijk wordt gefinancierd door het strategisch thema “Pathways to Sustainability” van de UU.
Acht studenten van de rechtenfaculteit beschreven de juridische aspecten voor het toneelstuk. Die werden vervolgens gedramatiseerd door Reinier Noordzij, de scenarioschrijver en regisseur. Ook twee professionele acteurs sloten zich aan bij het project.
Het toneelstuk heeft daarbij twee maatschappelijke partners: de International Union for Conservation of Nature (IUCN) en EcoJustice (voorheen StopEcocideNL). Het scenario dat de studenten hebben geschreven, is gebaseerd op een aantal concrete zaken waaraan de organisaties hebben gewerkt.
Door de focus op een agressieve industrie als nikkelwinning worden de grotere gevolgen van ecocide, zoals het in gevaar brengen van lokale ecosystemen, ontbossing, de impact op inheemse volkeren en de bedreiging van bepaalde diersoorten, zoals de maleovogel onderzocht.

Grenzen van de rechtszaal
De rechtszaak die we tijdens de repetitie zien, is nog lang niet de volledige voorstelling. Het toneelstuk combineert het schijnproces met andere dimensies van ecocide, Zo zijn er scènes over koloniale en sociale verhoudingen, waarbij ook gebruik wordt gemaakt van multimedia.
Flora Lehmann, onderzoeksassistent voor het project, zegt dat het toneelstuk niet alleen onderzoekt hoe ecocide zich zou afspelen in een Nederlandse strafrechtbank, maar dat het de hele rechtbank voor het gerecht brengt en de vraag stelt: wat zijn de grenzen van een rechtszaal? “We kunnen een fysiek ecosysteem of de Maleo-vogel niet echt in de rechtszaal brengen en voor zichzelf laten spreken zonder antropocentrisch kader.”
“Het script heeft als ‘rode draad’ de juridische procedure, maar die wordt herhaaldelijk onderbroken door vensters, waardoor het een soort collage wordt”, legt Lehmann uit. Deze vensters moeten inzicht bieden in de koloniale en maatschappelijke dynamiek.
In één scène kruipen twee professionele acteurs bijvoorbeeld in de huid van twee Nederlandse kolonisatoren – een generaal en een soldaat – en spelen ze de bevelen na om een dorp op de Indonesische Banda-eilanden met de grond gelijk te maken. De scène is grotendeels gebaseerd op delen van Amitav Ghosh's The Nutmeg's Curse.
In een andere scène spelen dezelfde twee acteurs een Nederlands echtpaar dat thuis wijn drinkt en op humoristische wijze discussieert over hun eigen gebrek aan bijdrage aan duurzaam leven.
De scènes die niet in de rechtszaal plaatsvinden, zijn bedoeld om “de milieuaantasting en de beperkingen van de rechtszaal om de stemmen van het meer-dan-menselijke te vertegenwoordigen” over te brengen. Voor deze elementen, werkt de makers van het toneelstuk samen met kunstenaarscollectief Pollif Projects. Dat ontwierp een soundscape en beeldende kunst. Zo brengt Mirthe Dokter van het collectief de Maleo-vogel tot leven door middel van beelden en geluiden terwijl de rechtszaak vordert.

Publiek als jury
Er wordt tijdens de voorstelling een folder uitgedeeld die het publiek informeert over de context. Er is geen academische voorkennis nodig om het stuk te kunnen begrijpen. De rechtenstudenten zeggen dat ze veel moeite hebben gedaan om de specifieke juridische aspecten toegankelijk te maken.
“We spelen echt in op de term ecocide als iets waar mensen misschien al iets van weten”, zegt Lehmann. “De studenten weten dat de term ecocide connotaties heeft met “genocide” en dus een culturele achtergrond en zwaarte met zich meebrengt.”
“We richten ons tot het publiek als onze jury”, zegt Noordzij, de regisseur. Er is een boekje waarin het publiek kan stemmen over het vonnis van het proces en een enquête kan invullen die is opgesteld door een van de teamleden, Tina Venema, sociaal psycholoog aan het Copernicus Instituut. Deze enquête heeft tot doel te achterhalen welk effect een dergelijke theatervoorstelling heeft op de mening van mensen over dit onderwerp.
De week na de voorstelling zal een meer academische discussie volgen. Er zal een openbaar gesprek plaatsvinden over het vonnis en de voorlopige bevindingen van de enquête. Daarna is er een kort rondetafelgesprek met onder meer enkele leden van het Conceptualizing Ecocide-project. Door psychologische, sociale en academische benaderingen te combineren, hoopt het team meerdere perspectieven op deze kwestie te bieden.
“Ecocide en het milieu hebben een waarde die veel verder gaat dan alleen de wet”, zegt Luna Frank, een andere rechtenstudent. Het project koos volgens haar voor een theaterstuk om recht en kunst samen te brengen. Ze is van mening dat de rechtszaal altijd bepaalde aspecten van performance bevat.
“Het theater stelt ons in staat om te spelen met de verwachtingen van het publiek”, vult Flora Lehmann aan. “De live setting betrekt het publiek en roept een emotionele reactie op.”
“Mensen die dit zien, zullen bovendien werkelijk enige invloed hebben op hoe het voorstel om ecocide in de Nederlandse wetgeving op te nemen verder wordt behandeld, als het überhaupt in overweging wordt genomen”, besluit student Melisa.
De voorstelling vindt plaats op 18 en 19 juni om 20.00 uur in theater ZIMIHC Stefanus in Utrecht Overvecht. De toegangsprijs is 15 euro, voor studenten 10 euro. Op 26 juni om 18.00 uur vindt er een nagesprek plaats in de Utrechtse stadsbibliotheek op de Neude (zaal 0.21).