Minister Dekker overleeft ook debat met Utrechtse rechtenstudenten
In mei kwam minister voor Rechtsbescherming Sander Dekker voor een soort collegetoer naar het Academiegebouw in Utrecht. De avond was georganiseerd door het Molengraaff Dispuut, de studievereniging voor privaatrechtstudenten. Hoogleraar Privaatrecht Ivo Giesen interviewde de minister waarbij hete hangijzers de revue passeerden. Zoals het medisch beroepsgeheim rondom de verkrachter en moordenaar van de Utrechtse student Anne Faber.
De student werd in 2017 belaagd door een psychiatrische patiënt die bij zijn verhuizing van een gevangenis naar de kliniek in Den Dolder ervoor had gekozen zijn zedenachtergrond te verzwijgen waardoor de man wellicht meer vrijheden kreeg, dan verantwoord was. Dekkers ministerie kwam in opspraak rondom deze zaak en de minister moest zich verantwoorden in een fel Tweede Kamerdebat. Ook in het Academiegebouw moest Dekker zich verantwoorden tegenover de studenten.
Rechtenstudent Stefan vraagt zich af hoe het kan dat iemand zomaar zijn psychiatrische verleden achter mag houden. Dekker bleek dat ook gek te vinden toen hij dat voor het eerst hoorde: “Ik vind niet dat het medisch beroepsgeheim zwaarder zou moeten wegen dan de veiligheid van de samenleving.” Hoe ver is hij bereid hierin te gaan? Niet zover dat hij psychiatrische behandelingen van criminelen wil afschaffen. “Met behandeling gaan mensen minder vaak opnieuw de fout in dan zonder.” Wel vindt hij dat wanneer je een gevangenisstraf krijgt opgelegd, dit soort informatie gedeeld moet worden. Hij geeft toe dat het wel moeilijk is om uit te leggen wanneer het een keer mis gaat, zoals wanneer bijvoorbeeld iemand met TBS (red. terbeschikkingstelling, wat inhoudt dat een rechter een verdachte van een misdrijf een psychiatrische behandeling oplegt) ontsnapt tijdens zijn verlof. “Al doe je alles goed bij een behandeling, dan kan het nog gebeuren dat iemand opnieuw de fout in gaat. Dat is een van de moeilijkste dingen om uit te leggen. Maar ik denk wel dat veel landen jaloers zijn op ons TBS-systeem.”
Het ministerie van Justitie en Veiligheid waar de post van Dekker onder valt, heeft het al jaren zwaar te verduren. Er zijn al drie VVD’ers die vanwege schandalen of fouten hebben moeten aftreden. De dag na het gesprek met Dekker stapt zijn collega – de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid - Mark Harbers op nadat bleek dat hij de Tweede Kamer onvolledig had geïnformeerd over criminaliteit onder asielzoekers. Dekker wist zijn portefeuille maar net te behouden bij het Kamerdebat over Anne Faber.
Er wordt af en toe een geintje gemaakt, maar tegelijkertijd gaat het ook echt ergens over
Hoewel er over nut en noodzaak van TBS al jaren wordt gediscussieerd, vindt de rechtenvereniging het bijzonder waardevol om met een minister te sparren over het functioneren van het rechtssysteem, zegt activiteitencommissievoorzitter Joël. Dekker als minister van Rechtsbescherming, was hun eerste keus. Hij prijst de onderlinge chemie tussen Giesen en Dekker. “Er wordt af en toe een geintje gemaakt, maar tegelijkertijd gaat het ook echt ergens over.” Ook ouderejaars Bruno en Kees vinden dat de hoogleraar en de staatssecretaris er samen een goed gesprek van maken. Zij vinden dat je als interviewer kritische vragen moet stellen, maar dat je er geen kruisverhoor van moet maken. Desondanks had het gesprek ook heel anders kunnen verlopen. “Je kan het met Dekker oneens zijn, maar hij stelde zich wel heel redelijk op”, vindt Bruno. “Dat terwijl er wel onderwerpen langskwamen die uit de hand hadden kunnen lopen.” Het gebrek aan echt nieuws viel te verwachten, zegt het duo. Kees: “Een minister zal op zo’n avond natuurlijk nooit een boekje open doen, dat merkte je ook wel.”.
Een aantal van de onderwerpen die vanavond de revue passeren, zijn de afgelopen tijd in het nieuws geweest, zoals de gefinancierde rechtsbijstand en wijkrechters, waren de afgelopen tijd regelmatig in het nieuws. Zo sleepte een verzekeraar bijvoorbeeld iemand voor de rechter voor een betalingsachterstand van 14 cent. En ook al zegt Dekker zoveel mogelijk situaties te willen voorkomen dat mensen het rechtsapparaat inschakelen voor zaken die ook buiten de rechtbank opgelost kunnen worden, ziet een student in de zaal juist vooral het misbruik van de rechtsgang door grote bedrijven als het grotere probleem. Dekker geeft voorzichtig toe dat ook daar wat aan gedaan dient te worden. “Maar de vraag is eigenlijk of je het überhaupt zo ver moet laten komen. Als iemand bijvoorbeeld een keer een betaling mist, dan zou je in plaats van iemand voor de rechter te dagen ook een keer kunnen bellen om te vragen wat er aan de hand is, om misschien zo tot een gezamenlijke oplossing te komen.” voegt hij eraan toe.
Of je de politiek in wilt gaan of niet, een minister is toch iemand waar je tegenop kijkt
Wanneer het over wijkrechters gaat, wordt de minister kritisch bevraagd, dit keer door Giesen. De minister maakt zich hard voor de invoering van wijkrechters, lokale rechters die banden hebben met de wijk waarin zij rechtspreken. “Moeten deze rechters zich dan ook gaan bemoeien met problemen in de wijk en zijn ze bovendien niet partijdig als ze iedereen kennen?”, beargumenteert Giesen. Dekker erkent dat daar inderdaad wat spanning zit. “Maar is het nou zo erg als er anders wordt rechtgesproken in verschillende wijken? Het hoort juist bij rechtspraak om alles mee te laten wegen.” Een proef in een wijk in Den Haag was in ieder geval zo'n succes, dat de wijkrechters nu in die hele stad werkzaam zijn.
Het gesprek met de minister roept vragen op over rechtvaardigheid en hoe rechtspraak in onze samenleving zou moeten functioneren. De studenten vinden het interessant om met Dekker te wikken en wegen over morele en ethische kwesties. Toch wordt een groot deel van de twee uur durende spreektijd gevuld met verhalen van de minister over de ervaringen die hij door de jaren heen opdeed. Hij vertelt uitgebreid over zijn studententijd bij Universiteit Leiden, zijn passie voor ADO Den Haag en hoe hij in de politiek terechtkwam. Dat het op sommige momenten ontbreekt aan de nodige spanning, bevestigen studenten Thijs en Thomas. Maar zij kwamen vooral om iets te weten te komen over het leven van de minister. “Ik had zelf graag nog wat meer gehoord over bijvoorbeeld de jeugd van de minister.”
Bestuursvoorzitter Neil van het Molengraaff Dispuut zegt na afloop dat hij het een geslaagde avond vond. Hoewel Giesen kritisch was, leidde hij het gesprek en de discussie in goede banen. Precies wat de studievereniging voor ogen had toen ze die jaar besloten een activiteit te organiseren waarbij er interactie was met de spreker. “Het liefst nodig je dan ook iemand uit die je in je dagelijks leven niet zo snel zou spreken. En of je nou de politiek in wilt gaan of niet, een minister is toch iemand waar je tegenop kijkt.”