Nieuwe Engelstalige bachelors zijn studententrekkers
De belangstelling voor twee nieuwe Engelstalige bachelors van de UU is groot, ook vanuit het buitenland. De initiatiefnemers zijn verheugd over het succes. En minister Bussemaker hoeft zich volgens hen geen zorgen te maken.
Het is nog even afwachten, maar er kunnen deze week zomaar 180 eerstejaars op de stoep staan bij de nieuwe Engelstalige bacheloropleiding Global Sustainability Science. De opleiding vervangt de Nederlandstalige bachelors Milieu- en natuurwetenschappen en Milieu- en maatschappijwetenschappen vanaf dit jaar en blijkt in trek.
Onderwijsdirecteur Margien Bootsma houdt rekening “alles tussen de 140 en 200”, flink meer dan het aantal studenten dat de twee Nederlandstalige bachelors voorheen trokken. “Dat waren er zo’n 80. We zien dus echt een enorme stijging.”
Ook de nieuwe Engelstalige bachelor Geschiedenis blijkt middelbare scholieren aan te spreken. Bij de Utrechtse historici kunnen vwo’ers kiezen tussen een Nederlandse en een Engelse opleiding. Het lijkt er nu op dat zo’n 45 studenten kiezen voor de Engelstalige variant, terwijl de belangstelling voor de Nederlandstalige opleiding gelijk blijft met zo’n 170 eerstejaars.
Nadat Geschiedenis de afgelopen jaren ongeveer een kwart van het aantal eerstejaars kwijtraakte, zit de opleiding nu dus weer in de lift. “Echt een grote toename”, vindt universitair hoofddocent Politieke Geschiedenis en projectmanager internationalisering Christianne Smit. “Zeker als je weet dat veel andere Geesteswetenschappen-opleidingen juist minder studenten trekken.”
Ogen gaan blinken
Bootsma en Smit benadrukken bovendien dat er geen groot pr-offensief is geweest om hun nieuwe opleiding in de etalage te zetten. Smit: “Daarvoor was het gewoon te laat. We kregen pas in december toestemming voor deze opleiding.”
In hoeverre de Engelstaligheid van de studies de keuze van eerstejaars bepaalt, vinden de twee lastig te beoordelen. Beide opleidingen zetten ook inhoudelijk andere accenten. Ook zo’n nieuwe aanpak kan studenten over de streep trekken.
Global Sustainability Science verbindt nu natuurlijkwetenschappelijke en maatschappelijke aspecten van duurzaamheid binnen één interdisciplinair programma. Bij geschiedenis kunnen studenten zich vanaf het tweede jaar geheel op de populaire track ‘geschiedenis van de internationale betrekkingen’ richten.
“Maar het is wel zo dat bij voorlichtingsbijeenkomsten veel ogen gaan blinken als we zeggen dat studenten onze opleiding ook in het Engels kunnen volgen”, zegt Smit. “Veel studenten hebben tweetalig vwo gedaan, en jongeren zijn sowieso steeds meer op het Engels gericht.” Bootsma: “Het spreekt aan als je laat zien dat je opleiding een internationaal karakter heeft.”
Bij een internationaal karakter horen internationale studenten. Bootsma en Smit zijn zeer tevreden over de belangstelling vanuit het buitenland voor hun studies. “Er zijn nu 26 aanmeldingen vanuit het buitenland bevestigd”, zegt Bootsma. “We komen misschien uit op zo’n 15 procent van het totale aantal studenten.”
Bij de Engelstalige geschiedenisvariant is zelfs ongeveer een derde afkomstig van buiten Nederland. “Bovendien is de animo van uitwisselingsstudenten om een semester naar Utrecht te komen sterk gestegen”, zegt Smit. “We kunnen straks bij alle eerstejaarscursussen drie Engelstalige werkgroepen inrichten.”
Een internationale dynamiek
Met de duurzaamheids- en de historische bachelor komt het aantal Engelstalige bachelors van de UU op zes. Naast drie “college-opleidingen” was Economie tot nog toe de enige reguliere universitaire opleiding die in het Engels wordt aangeboden.
In vergelijking met andere universiteiten is het aantal Engelstalige bacheloropleidingen in Utrecht beperkt. Hoewel Smit en Bootsma melden dat invoering van een Engelstalig programma behoorlijk wat voeten in aarde heeft, mag verwacht worden dat er meer studies de stap gaan wagen. Er zijn al plannen voor twee nieuwe Engelstalige bachelors in de bèta- en medische hoek. Ook in het Strategisch Plan van de UU dat maandag werd gepresenteerd, wordt ook een uitbreiding van de Engelstalige opleidingen in het vooruitzicht gesteld.
Voor minister Bussemaker was berichtgeving van de Volkskrant over het groeiend aantal Engelstalige opleidingen in Nederland aanleiding om haar zorgen uit te spreken. Universiteiten mogen niet overstappen op Engels “puur en alleen” om een nieuwe studentenmarkt aan te boren, want dat zou ten koste kunnen gaan van het niveau van het onderwijs.
Bootsma en Smit denken Bussemaker gerust te kunnen stellen. Veel docenten spreken al goed Engels en zijn al gewend om in het Engels te doceren. Als de taalvaardigheid tekort schiet, zijn er mogelijkheden voor bijscholing. Studenten worden binnen de opleiding getraind in het academisch Engels.
De twee benadrukken bovendien dat de thematiek die in hun opleidingen behandeld wordt, gebaat is bij “een international classroom”. Bootsma: “Duurzaamheid kun je nu eenmaal niet beperken tot de Nederlandse schaal.” Smit: “We verwachten een internationale dynamiek waardoor bijvoorbeeld onderwerpen als de Tweede Wereldoorlog in een ander licht komen te staan.”
Taal zelf kiezen
Binnen de Geesteswetenschappen worden de ontwikkelingen bij Geschiedenis nauwlettend gevolgd, laat vice-decaan Peter Schrijver weten. Hij zegt dat zijn faculteitsbestuur opleidingen liever niet alleen in het Engels aanbiedt. “We horen ook heel veel studenten die helemaal niet zo zitten te wachten op Engels. Ze zijn bang dat hun eigen Engels niet goed genoeg is of dat het Engels als onderwijstaal schadelijk is voor het niveau van hun opleiding.”
Volgens Schrijver onderzoeken enkele opleidingen binnen zijn faculteit of een flexibele opzet mogelijk is. Colleges worden dan in het Engels gegeven, maar studenten kunnen hun werkstukken en tentamens in het Nederlands of in het Engels schrijven en zelf kiezen in welke taal ze met hun docenten willen communiceren.