Onderzoek naar gedrag en emoties met moderne technologie

Een virtuele bril kan in de toekomst helpen bij het bestrijden van een eetstoornis.

Games, virtual reality-brillen en apps: moderne technologie is in opmars in de wetenschap. Welke rol gaat technologie spelen bij het aanpakken van rookverslaving, slapeloosheid, eetstoornissen en psychoses?

Nieuwe veelbelovende technieken voor de gezondheidszorg zijn op de markt. De Da Vinci operatierobot assisteert in de operatiekamer en een zeehondrobot moet ouderen gezelschap houden. Moderne technologie biedt ook mogelijkheden bij de behandeling van psychische stoornissen en het veranderen van de levensstijl. Veel wetenschappers gaan dan ook samenwerken met een technologiebedrijf, om patiënten via bijvoorbeeld virtual reality grip te laten krijgen op hun gedrag en emoties. 

Virtuele brillen om een gezond gewicht te krijgen of boodschappen te durven doen
Eén van hen is psycholoog Anouk Keizer, werkzaam als onderzoeker aan de faculteit Sociale Wetenschappen van de UU. Onlangs is zij gaan samenwerken met ICT-dienstverlener Ordina om een virtueel aspect toe te voegen aan haar onderzoek naar de lichaamsbeleving van patiënten met anorexia nervosa.

Met behulp van een virtual reality-bril, genaamd de Oculus Rift, zien de vrouwen niet hun eigen lichaam maar een driedimensionaal model met een gezond gewicht. Als de onderzoeker vervolgens het echte lichaam van de patiënt aanraakt, lijkt het alsof ze op haar virtuele lichaam op dezelfde plek wordt aangeraakt. Het idee is dat de hersenen de fysieke en virtuele aanraking tot één gebeurtenis integreren, waardoor de patiënt het idee krijgt dat het virtuele lichaam haar eigen lichaam is.

“De virtuele bril was al aanwezig bij ons op de afdeling”, vertelt Keizer, maar de software voor dit onderzoek hebben we laten maken door de afdeling Smart Technologies van Ordina.” Oorspronkelijk is de bril ontwikkeld voor gamers, maar er komt steeds meer interesse vanuit de gezondheidszorg. Door de massaproductie vanuit de game-industrie worden ze bovendien steeds betaalbaarder. Keizer: “Mijn huidige virtual reality-bril kost 350 dollar, terwijl in het verleden voorlopers van de Oculus Rift nog duizenden euro’s kostten.”

Het is denkbaar dat de Oculus Rift straks helpt bij de behandeling van mensen met anorexia nervosa. Keizer: “We zijn bezig met het eerste stapje om te testen of het überhaupt mogelijk is om deze speciale brillen in te zetten om lichaamsbeleving te veranderen. Nu gaat het puur om het wetenschappelijk onderzoek, maar uiteindelijk is het natuurlijk wel de bedoeling die meiden ermee te helpen.”

Wat Keizer betreft, doen onderzoekers er goed aan dit soort technieken te omarmen. “Er zijn altijd wel mensen huiverig voor nieuwe technologie. Maar als we gedegen en ethisch verantwoord onderzoek doen met bijvoorbeeld de Oculus Rift, dan kunnen we er in de toekomst gebruik van maken.”

Ook voor andere psychische aandoeningen kan de bril interessant zijn. Keizer: “De virtuele bril wordt ook onderzocht om strategieën aan te leveren waarmee patiënten met autisme een normaler leven kunnen leiden. Wanneer zij bijvoorbeeld leren om bij de bakker in de straat brood te kopen, kan virtual reality helpen deze vaardigheid onder de knie te krijgen. Je kan bijvoorbeeld verschillende virtuele bakkerijen ontwerpen waarmee de patiënten kunnen oefenen om daarna ook bij andere bakkers hun brood te kopen.” 

Een app helpt je te herinneren dat het bedtijd is
Kan technologie dingen voor elkaar krijgen die een dokter niet lukt? Die relatie tussen technologie en mens, is het onderzoeksterrein van interactietechnoloog aan de UU Robbert-Jan Beun. Zijn focus ligt op de zogenaamde persuasieve technologie: smartphone applicaties die mensen kunnen beïnvloeden om hun gedrag te veranderen. Op dit moment ontwikkelt hij in samenwerking met Philips Research, technologiestichting STW en het Nationaal Initiatief Hersenen en Cognitie de slaap-app Sleepcare, die mensen met slaapproblemen zoals slapeloosheid (insomnie) kan ondersteunen.

Beun: “Bij mensen met insomnie bestaat de gedragsverandering onder andere uit later naar bed gaan en vroeger opstaan. Maar het probleem is dat ze zich niet aan hun slaaptherapie houden, ze vinden het lastig hun gewoontes te doorbreken. Met de app proberen we een coach te maken die niet alleen op het goede moment zegt wat er moet gebeuren, maar die de gedragsverandering bovendien ondersteunt door bijvoorbeeld een herinnering te sturen dat het bedtijd is.”

“We hebben persuasieve technologie nodig, we kunnen het niet allemaal door therapeuten laten opknappen. Deze technologie zou niet zozeer de mensen vervangen, maar zouden een deel van de taken kunnen overnemen”, zei Beun tijdens een lezing van Studium Generale. Het is de bedoeling dat mensen met slaapproblemen de app kunnen downloaden. Vervolgens doen ze zes weken lang oefeningen. Helpt dat niet, dan is het pas tijd voor een bezoek aan de therapeut. 

Technologie als aanvulling op de therapeut
Met een mobiele app is het mogelijk mensen therapie op maat te bieden die hen helpt bij het stoppen met roken, beter slapen of aannemen van een gezondere leefstijl. Maar wetenschappers die inspelen op de nieuwe technologieën moeten heel voorzichtig zijn, meent Beun. Er zijn bijvoorbeeld wel 20.000 bewegingsapps op de markt. Over de meeste is niet goed nagedacht. “Er zit een hoop rommel tussen.”

Beuns onderzoeksgroep zit heel handig bij het departement Informatica waardoor ze hun app zelf kunnen maken. “Uiteindelijk zijn wij onderzoekers en gaat het ons om het toepassen van persuasieve technieken. Willen mensen een app vertrouwen en blijven gebruiken, dan moet de technologie goed uitgedacht worden. Het ontwerpproces is daarom heel belangrijk.”

Advertentie