Onderzoek probeert hartaanvallen bij sporters te voorkomen

Muamba zakte tijdens een wedstrijd van zijn Engelse club in elkaar op het veld

Afgelopen zaterdag zakte de Congolese speler Fabrice Muamba van de  Engelse voetbalclub Bolton Wanderers in elkaar op het voetbalveld. Hij is niet de eerste topsporter die een hartaanval krijgt tijdens een wedstrijd. Het deed de discussie weer oplaaien over de zin en onzin van het maken van preventieve hartfilmpjes. Tim Luijkx (28) is net gepromoveerd op onderzoek naar hartziekten bij sporters. “Met mijn onderzoek kun je bepalen of een sporter een afwijkend hart heeft.”

De Wereldvoetbalbond (FIFA) verplicht voetballers in de huidige selecties van het betaald voetbal zich te laten onderzoeken. In Italië is er zelfs een wet die professionele sporters verplicht een hartfilmpje te laten maken. Dit om te voorkomen dat sporters op het veld een hartaanval krijgen. Critici zeggen dat zo’n garantie niet bestaat.

Tim, je promoveerde op 9 maart op je onderzoek Cardiac MRI in Athletes naar hartziekten bij sporters. Wat kun jij zeggen over het hart van Muamba?
“Het zijn dit soort gevallen die vaak worden veroorzaakt door ziektes die je vooraf op kan sporen, de meest voorkomende is hypertrofische cardiomyopathie (HCM). Echter, ook als deze ziekte wordt aangetoond bij een sporter door screeningsonderzoek, is het de vraag of zo iemand zou moeten stoppen met sporten. Je weet niet zeker wie er ook echt een hartaanval van krijgt, en wie 'alleen maar' de ziekte heeft en er 100 mee zou kunnen worden, sportend en al. In die zin is een argument voor critici, dat screeningsonderzoek nooit alle gevallen van plotselinge hartdood kan voorkomen, terecht.”

Wat was de aanleiding van jouw onderzoek?
“Men wil graag plotselinge hartdood bij sporters voorkomen. Juist omdat dit soort gebeurtenissen zo tragisch en indrukwekkend zijn. Zeker bij mensen van wie wordt verwacht dat ze topfit zijn. Kijk maar naar Muamba. Die gebeurtenis wordt nu weer breed uitgemeten. Er wordt nu steeds vaker een screeningonderzoek uitgevoerd en daarnaast ook MRI-scans. Maar om te kunnen zeggen of de omvang van het hart past bij de sport die iemand beoefent is een referentiekader nodig. Dat hebben artsen hard nodig.”

Welke conclusies kun je trekken uit je onderzoek?
“De veranderingen die een hart door sporten ondergaat, kunnen erg lijken op de veranderingen die je ziet bij hartziekten die kunnen leiden tot hartdood. Mijn onderzoek toont aan dat het hart zich in algemene zin in gelijke mate aanpast aan sport. En het past zich alleen aan wanneer dat écht nodig is. Wanneer de linkerhartkamer vergroot, dan wordt de rechterhartkamer ook groter. Dat geldt ook voor bijvoorbeeld de hartspierwand. Daarnaast hebben we ontdekt dat een hart niet bij alle sporten groter wordt. Wanneer je als arts naar een MRI-scan van het hart kijkt, kun je daar rekening mee houden. Iemand die krachtsport beoefent, hoort geen vergroot hart te hebben, dus wanneer je een verdikking ziet van de hartspier of van de hartkamer is dat op zijn minst verdacht. Mijn onderzoek is er vooral op gericht om het grijze gebied tussen hartziekten en normale aanpassing aan sport kleiner te maken en de radioloog meer inzicht te geven in de factoren die deze aanpassing teweeg kunnen brengen. De resultaten van het onderzoek zijn gebaseerd op MRI-scans, de meest nauwkeurige manier om de grootte van het hart in beeld te brengen. Een sporthart vergroot zich over het algemeen gelijkmatig en is meer een gebalanceerd aanpassingspatroon. Bij hartziekten is er sprake van een asymmetrisch aanpassingspatroon, omdat die toename niet gelijkmatig is.”

Zijn sommige sporten gevaarlijker voor het hart dan andere?
“Je begeeft je al snel op glad ijs als je hier harde uitspraken over doet. Het is zo dat we dit niet met zekerheid weten en ik heb daar zelf geen onderzoek naar gedaan. In het algemeen wordt plotselinge hartdood veroorzaakt door een ritmestoornis. Deze stoornis kan leiden tot een hartstilstand of ventrikelfibrilleren. Dit laatste is het snelle aantrekken van de hartspier waardoor er geen bloed meer wordt uitgepompt. Het weefsel wordt niet meer van zuurstof voorzien. Een ritmestoornis kan worden veroorzaakt door iets van genetische aard. Dat heb je of dat heb je niet, maar in sommige gevallen kan het wel getriggerd worden door te sporten. Anderzijds kan een ritmestoornis worden veroorzaakt door verlittekening van de hartspier. Deze verlittekening kan veroorzaakt worden door langdurige extreme inspanning, bijvoorbeeld bij duursporters als marathonlopers en triatleten. Er zijn voorzichtige aanwijzingen dat er sprake is van kleine gebieden van verlittekening bij duursporters. Of dit verband houdt met een groter risico op eerder overlijden is echter de vraag.”

Hoe zit dat met sporters die anabole steroïden gebruiken?
“We zien bij krachtsporters die anabole steroïden gebruiken in lichte mate een verminderde pompfunctie en vulfunctie van het hart. Ik kan alleen niet zeggen of dit blijvend is of dat het omkeerbaar is als er gestopt wordt met anabole steroïden. De krachtsport zelf geeft geen functieverlies. Dat bleek na onderzoek bij de groep sporters die niets gebruikte. Het hart kan op termijn zijn functie verliezen waardoor het niet meer krachtig genoeg kan pompen. Dit noemen we hartfalen. Als bijvoorbeeld de hartspier niet veerkrachtig genoeg is en daardoor niet goed ontspant, kan er minder bloed instromen. Wanneer er minder bloed instroomt, spreekt het voor zich dat er ook minder bloed wordt uit gepompt. Het uitpompen zelf kan echter ook verslechteren, doordat de hartspier niet krachtig genoeg samentrekt. Je kunt zeggen dat wanneer deze functies verminderd zijn, dit een aanwijzing is dat er op termijn sprake kan zijn van hartfalen.”

Is etniciteit bepalend voor het functioneren van het hart?
“Het overgrote deel van het onderzoek op ons gebied is gedaan bij blanke mensen. Op basis daarvan zeggen wij bijvoorbeeld dat je hartspier niet dikker mag zijn dan twaalf millimeter en hebben we ook een beeld van hoeveel spierbalkjes er in je hartkamers horen te zitten. Op een hartfilmpje zijn er ook bepaalde verschijnselen zichtbaar die vaker voorkomen bij sporters. Omdat we dit weten beschouwen wij dit als normaal bij sporters. Waarschijnlijk gebeurt hetzelfde bij bijvoorbeeld negroïde sporters. Zij hebben vaker een dikke hartspierwand en een grotere aanwezigheid van spierbalkjes in de hartkamers dan blanke sporters. Daarvan moet nog blijken of dit samenhangt met een verminderde hartfunctie, maar waarschijnlijk is er in dit geval sprake van andere normaalwaarden. Hiervoor zou je echter een grote groep moeten volgen om te kunnen bepalen of het wel of niet uitmaakt.”

Heb je van dichtbij iets soortgelijks als hartdood mee gemaakt?
“Ik heb zelf een verleden als sprinter. Ik liep de 60, 100 en 200 meter en ben op mijn 15e Nederlands kampioen geweest in mijn leeftijdscategorie op de 60 meter. Tegenwoordig ben ik niet meer actief in de wedstrijdsport. Ik heb zelf gelukkig nooit een geval van plotselinge hartdood van dichtbij mee gemaakt. Omdat het ook sporters treft die in het middelpunt van de belangstelling staan is het wel iets waar iedereen van gehoord heeft. In Utrecht was bijvoorbeeld de plotselinge dood van David di Tommaso , voetballer bij FC Utrecht, in 2005 een zeer aansprekend voorbeeld.”

 

Advertentie