Promovendi vragen in manifest ruimte om zich te ontwikkelen
Utrechtse Lifesciences-promovendi willen graag zelf bepalen op welke manier ze zich ontplooien. Supervisors moeten hen daarbij zoveel mogelijk helpen. Dat staat in een position paper die PhD-studenten opstelden.
Alle Utrechtse promovendi moeten de mogelijkheid hebben om zelf richting te geven aan hun eigen carrière, ook als hun ambities buiten de wetenschap liggen. Hun supervisors en de universiteit of het ziekenhuis zouden daarbij ondersteuning kunnen bieden.
Dat is één van de thema’s in een position paper die vier vertegenwoordigers van Utrechtse Lifesciences-promovendi opstelden. Het Engelstalige manifest is een weergave van discussies die promovendi van de Graduate School of Life Science in februari voerden tijdens de jaarlijkse PhD Day. Bij die gelegenheid werd bijvoorbeeld ook gesproken over aanpassingen van het wetenschappelijke proces die moeten leiden tot een hogere kwaliteit van promoties en andere onderzoeksproducten.
Het belang van persoonlijke ontwikkeling
De promovendi schrijven dat PhD’s die dat willen de tijd moeten krijgen om onderwijs te geven. Maar er moeten ook mogelijkheden zijn om geheel andere vaardigheden op te doen in voorbereiding op een loopbaan buiten de academische wereld.
Tijdens de PhD-dag bleek dat een aanzienlijk deel van de aanwezigen ervan uitgaat niet in de wetenschap werkzaam te blijven. Tegelijkertijd gaven veel van de PhD’s aan niet precies te weten wat de vaardigheden die zij tijdens hun promotietraject opdoen, waard zijn buiten de universiteit.
Voor de supervisoren is er daarom een belangrijke rol weggelegd, concluderen de promovendi. Zij moeten hun begeleiding niet alleen richten op de wetenschappelijke projecten waar ze aan werken, maar ook gesprekken voeren over toekomstverwachtingen en loopbaanwensen van de PhD’s.
Om promotoren en co-promotoren daartoe aan te moedigen riepen de Utrechtse promovendi een prijs in het leven die goede supervisie roemt. Die werd tijdens de bijeenkomst voor het eerst uitgereikt.
Met de nadruk op het belang van persoonlijke ontwikkeling sluiten de Utrechtse promovendi aan bij een oproep van de Koninklijke Akademie van Wetenschappen. Die vroeg universiteiten eerder dit jaar promovendi beter voor te bereiden op een carrière buiten de universiteit.
PhD’s zijn de toekomst
In het manifest doen de promovendi enkele aanbevelingen voor aanpassingen in het wetenschappelijke proces. Zij denken dat promovendi een unieke positie innemen binnen de wetenschap. Promovendi zijn immers zowel consumenten als belangrijke producenten van wetenschappelijke kennis, bovendien vertegenwoordigen ze “de toekomst van de wetenschap”. Beleidsmakers en beslissers in de academische wereld zouden hen daarom serieus moeten nemen.
De promovendi breken een lans voor onderzoek dat door nieuwsgierigheid gedreven is. Op dit moment wordt naar hun mening vooral gekeken naar direct maatschappelijk nut en het perspectief op een publicatie in een toptijdschrift. De PhD’s pleiten er in de position paper voor dat andere factoren dan de publicatierecords van de aanvragers een rol gaan spelen bij de toedeling van onderzoeksbeurzen.
De Utrechtse PhD’s dringen daarnaast aan op het publiceren in open access en op het delen van ruwe data. Ook vinden zij dat het proces van peer review in de wetenschap transparanter moet. Reviewers die “te dicht op een onderwerp” zitten, zouden moeten worden geweerd, comments van reviewers zouden geopenbaard kunnen worden.
De promovendi vinden tenslotte ook dat de beoordeling van de kwaliteit van een wetenschappelijk artikel niet alleen gebaseerd moet worden op het formele oordeel van peers en het aantal citaties. Tijdens de PhD-dag werd bijvoorbeeld een systeem van “duim omhoog, duim omlaag”, a la Facebook, geopperd.