Rechtenstudenten Pepijn Luijkx en Thierry Brinkman op weg naar hockeytitel

Ze zitten allebei in het eerste jaar van hun rechtenstudie aan de UU. Samen debuteerden ze in het Nederlands hockeyteam. Pepijn Luijkx en Thierry Brinkman willen deze week met de Utrechtse hockeytrots Kampong Nederlands kampioen worden.

De twee eerstejaars rechtenstudenten Pepijn Luijkx (21) en Thierry Brinkman (20) leveren dit jaar een grote bijdrage aan het succes van Kampong. De Utrechters eindigden als eerste in de reguliere competitie en versloegen dit weekeinde Bloemendaal in de halve finale van de play offs om het Nederlands kampioenschap.

Toch werd er tot nog toe geen feestbiertje gedronken op sportpark Maarschalkerweerd, zei coach Alexander Cox voor de camera’s van Studio Sport. “We hebben nog niets”, legt Pepijn Luijkx uit. “Het gaat ons om die titel.”

Op Hemelvaartsdag staat de eerste confrontatie in de finaleronde van de play offs op de agenda. Kampong kan voor het eerst in dertig jaar weer Nederlands kampioen worden als het Eindhovense Oranje Zwart twee keer wordt verslagen. Ook de UU-alumni Erik Bouwens (Liberal Arts & Sciences) en Constantijn Jonker (Rechten) spelen voor de Utrechtse hockeytopper.

Rechtermiddenvelder Luijkx is pas sinds dit jaar bij Kampong. Eerder kwam hij uit voor Den Bosch. Luijkx is blij met zijn beslissing naar Utrecht te verhuizen en met een studie Rechten te beginnen. Vorig jaar liep zijn eerste studiejaar Psychologie aan de UU nog in de soep. Een combinatie van het vele reizen op en neer naar Den Bosch, een studie die hem niet lag en veel internationale verplichtingen met Jong Oranje. “Maar nu gaat het prima en haal ik mijn vakken.”

Drie weken geleden had Luijkx niet kunnen dromen dat hij in de play offs mee zou kunnen spelen. Artsen constateerden een gebroken enkel nadat Luijkx geblesseerd uitviel, nota bene in een duel tegen zijn oude ploeg Den Bosch. Een second opinion wees uit dat de schade minder groot was, waarna een race tegen de klok werd ingezet.

“Ik heb de afgelopen weken vier tot vijf uur per dag revalidatieoefeningen gedaan met een fysio. Heel zwaar, maar ik heb het gehaald. Dit weekeinde kon ik weer aansluiten bij het team en speelminuten maken. Paracetamolletje erin en gaan. Geweldig als je dan ook nog wint.”

Voor Thierry Brinkman, eveneens eerstejaars Rechten in Utrecht, betekende de blessure van Luijkx meer speeltijd dan hij de afgelopen maanden gewend was. In de halve finale droeg hij bij aan de uitschakeling van de ploeg waarvoor hij volgend jaar zal gaan spelen.

Het Utrechtse talent, zoon van hockeygrootheid Jacques Brinkman, verkast het komende seizoen verrassend naar Bloemendaal. Toch had hij geen dubbele gevoelens tijdens de ontmoetingen met zijn aanstaande club. “Ik wil nu gewoon vlammen voor Kampong. Volgend jaar is volgend jaar.”

Brinkman verhuist straks ook vanuit Utrecht naar Amsterdam, maar blijft aan de UU studeren. “Ik vind de universiteit en mijn studie leuk. Maar het is vooral belangrijk dat de opleiding in Utrecht inmiddels weet wat ik voor mijn sport wil doen en moet doen. De afgelopen tijd heb ik goede contacten opgebouwd. Nu in een andere stad gaan studeren, zou me alleen maar heel veel gedoe opleveren.”

Brinkman windt er geen doekjes om: “Het hockey staat de komende jaren bij mij bovenaan. Ik studeer zo goed mogelijk en wil mijn studie zeker afmaken, maar de studie is iets wat ik naast mijn sport doe.” Pepijn Luijkx denkt er niet anders over: “Ik wil natuurlijk het allerhoogste bereiken, daar ben ik sporter voor.”

In juli start de voorbereiding van het Nederlands team op het Europees Kampioenschap in Londen. Tijdens een oefenstage in Zuid-Afrika maakten Luijkx en Brinkman eerder dit jaar samen hun debuut voor Oranje. De teller staat nu op één officiële interland, maar dat smaakt naar meer. Brinkman: “Het zou echt mooi zijn als we een plekje in de selectie voor het EK krijgen.”

Ook de Bilthovense dames van SCHC hebben de play offs om het Nederlands kampioenschap gehaald. In een best of three tegen titelverdediger Den Bosch spelen onder meer de UU-alumni Caia van Maasakker (Economie) en Michelle van der Pols (Geneeskunde) mee.