Slakken helpen scheikundigen aan prijs

Utrechtse studenten pleiten als de besten, en scheikundigen winnen prijs met slakkenonderzoek. Alle UU-prijswinnaars op een rijtje in deze nieuwe aflevering van 'Hiep Hiep Hoera'.

Utrechtse studenten pleiten als de besten
De naam van de wedstrijd klinkt oer-Hollands, maar het pleitteam van de Universiteit Utrecht moest er helemaal voor naar Wenen. De UU'ers deden mee aan het Willem C. Vis International Commercial Arbitration Moot, een pleitwedstrijd die gaat over internationaal handelsrecht (Weens Koopverdrag) en commerciële arbitrage.

De concurrentie was moordend. Maar liefst 290 teams uit 67 landen deden een gooi naat de titel. Het Utrechtse team, bestaande uit de rechtenstudenten Jitske Aans, Marjoleine Bosma, Jos Meyer en Tjalling Waterbolk, won niet, maar kreeg wel een eervolle vermelding omdat het team een van de beste 25 memoranda schreef. En dat kon geen van de zes andere deelnemende Nederlandse teams zeggen.

Binnenkort kan het internationaal succes tot nog grotere hoogten stijgen. Het Utrechtse Law Moot Court-team mag door naar de internationale ronde van de Telders International Law Moot Court Competition 2013. Dit team met Simona Onicel, Elise Fresen, Svenja Kraaij en Violette Moons gaat 25 april naar het Vredespaleis in Den Haag om zijn slag te slaan.

Dichter bij huis gaat het ook prima. Het Utrechtse team Sirius 1 heeft de Utrechtse Pleitkampioenschappen op hun naam weten te schrijven. Zo bleef de beker van deze civielrechtelijke pleitwedstrijd in de Domstad. Het team van Marieke Firet, Maaike Coenen, Nika Schatorjé en Laura ter Steeg wist in de finale het Groningse team Diephuis achter zich te houden.

Slakken helpen scheikundigen aan prijs
Hoe kun je de proteïne van een slak gebruiken als geneesmiddel? Utrechtse scheikundigen hebben een heel bijzondere manier om dit te onderzoeken, waarbij ze gebruik maken van een enorm Europees computernetwerk. Ze doen dit met behulp van Nuclear Magnetic Resonance (NMR).

De Utrechtse hoogleraar Alexandre Bonvin is onderzoeksleider van dit internationaal samenwerkingsproject WeNMR. Het project kreeg in maart van de Europese Unie de Excellent Science-prijs: een onderscheiding die jaren van vooruitstrevend onderzoek reflecteert. De Europese Unie beloonde hen met een filmpje (zie rechts) over hun onderzoek. 

Scriptie Max Potters steekt boven het maaiveld uit
De universiteit wil graag dat studenten zich inspannen om net boven de rest uit te stijgen. Daarom stelt het universiteitsfonds jaarlijks een prijs ter beschikking voor de beste scriptie. Dit jaar mochten bétastudenten hun scriptie inzenden.

De prijs is genoemd naar Hans Vliegenthart, een eminent wetenschapper in de organische chemie, die jarenlang voorzitter is geweest van het universiteitsfonds. Hij kwam zelf naar de universiteitsdag om de prijs uit te reiken aan de student Max Potters wiens scriptie Equilibrium Statistical Mechanics of the 2D Euler and Shallow Water Models als best werd beoordeeld. Hij kreeg hiervoor 2000 euro.

Er waren nog twee eervolle vermeldingen. Eén voor Giulia Paparo, met haar scriptie Grete Hermann: Mathematician, Philosopher and Physicist en één voor Wouter Ensing met zijn scriptie Protons and Sodium Ions Interacting With Nafion Confined Water. Zij ontvingen ieder 500 euro.

Arjan Stegeman voorzitter deskundigengroepen dierziekten
Arjan Stegeman, hoogleraar bij de faculteit Diergeneeskunde, is door staatssecretaris Sharon Dijksma van Economische Zaken benoemd tot voorzitter van de deskundigengroepen dierziekten. In die functie mag hij de overheid adviseren hoe je het best dierziektes kunt bestrijden of voorkomen. De benoeming is voor twee jaar.

Ties Mouwen duurzame vertegenwoordiger
Niet alleen hoogleraren krijgen mooie baantjes toegeschoven. Ook masterstudent Ties Mouwen mag zich verheugen op een bijzondere benoeming. De masterstudent Sustainable Development, Energy & Resources mag zich de komende jaren Jongerenvertegenwoordiger Duurzame Ontwikkeling van Nederland noemen.

De komende twee jaar gaat Ties op zoek naar meningen en ideeën van jongeren. Deze neemt hij in zijn rugzak mee naar de beleidsmakers bij onder meer de Verenigde Naties, en hij mag naar de komende klimaattop.

Hoe cultureel dominant is Engeland of Duitsland?
Hoe eigen is onze belangstelling voor musicals, bier of voetbal? Of volgen we gewoon de grote Europese landen als Engeland, Duitsland en Frankrijk? Dat gaan Utrechtse wetenschappers samen met collega’s uit Trier en Londen de komende jaren onderzoeken.

De onderzoekers krijgen voor het onderzoek 1 miljoen euro van de Humanities in the European Research Area (HERA). Het project bekijkt hoe dominant grote landen als Engeland, Frankrijk en Duitsland zijn voor kleinere landen als Nederland, België en Luxemburg. Het accent ligt onder meer op verspreiding van amusement zoals musicals, voetbal en popmuziek, en de opkomst van nieuwe producten als confectie, cosmetica, geneesmiddelen en pilsener bier.

Projectleider is Joris van Eijnatten, hoogleraar Cultuurgeschiedenis binnen de faculteit Geesteswetenschappen. De dagelijkse leiding van het project is in handen van Toine Pieters van het Descartes Centre en Jaap Verheul van Cultuurgeschiedenis.

Advertentie