Stage in de bachelor populairder bij studenten dan bij de opleidingen
Bij de Engelse les observeren en zelfs de volledige verantwoordelijkheid krijgen over de klas. Iris Veldhuis, student Engelse Taal en Cultuur, liep voor haar bachelor stage op de middelbare school het Nieuwe Lyceum in Bilthoven. Ze vindt stage lopen belangrijk omdat je er op die manier achter komt wat je leuk vindt en waar je goed in bent. “In theorie kan iedereen alles wel leren, maar in de praktijk kom je er echt achter.”
In theorie kan iedereen alles wel leren, maar in de praktijk kom je er echt achter
Steeds meer studenten besluiten stage te lopen tijdens hun bachelor. Ze zien het als een voorbereiding op hun latere loopbaan. Toch gaat dat niet altijd even gemakkelijk. Uit de resultaten van de Nationale Studenten Enquête van 2017 blijkt dat universitaire bachelorstudenten het minst positief zijn over de voorbereiding op hun beroepsloopbaan en over de manier waarop zij begeleid worden tijdens hun stage.
Voor de Stichting Onderwijs Evaluatie Rapport (OER) was dit aanleiding voor het instellen van een onderzoek. Bij het onderzoek is gekeken naar de redenen waarom bachelorstudenten wel of geen stage lopen. Ook werd er onderzocht hoe studenten de stagebegeleiding van de Universiteit Utrecht ervaren.
Volgens mij heb ik op de uni ook een soort begeleider of aanspreekpunt ofzo, maar ik zou niet weten wie dat is
Iris had het grote voordeel dat zij niet zelf een stageplek hoefde te zoeken. Dat deed de universiteit voor haar. Een mazzeltje, want veel studenten krijgen hierbij geen hulp. “Omdat ik de educatieve minor doe, wordt eigenlijk bijna alles voor mij geregeld.”
Dit klinkt heel mooi, maar als het gaat over haar stagebegeleiding, blijkt er toch enige onduidelijkheid te heersen: “Volgens mij heb ik op de uni ook een soort begeleider of aanspreekpunt ofzo, maar ik zou niet weten wie dat is.” De communicatie tussen de stage en de docenten van de universiteit verliep niet goed. “Alle partijen wisten niet waar ze aan toe waren. Dat was wel irritant.”
Aishlinn Schippers, student Algemene Sociale Wetenschappen, was coördinator van het onderzoek. Zij werkte samen met Femke van Dam, student Aardwetenschappen en secretaris van OER. Zij kennen de verhalen van ontevreden studenten over stagebegeleiding. Er is een duidelijke vraag naar hulp, zowel van de studenten als van de universiteit.
Door middel van focusgroepen en interviews met studenten en stagebegeleiders wilde OER een beeld krijgen van de problemen. Hierbij werden de zwakke en sterke punten van de stagebegeleiding bediscussieerd. Gebaseerd hierop werd een enquête opgesteld die verspreid is onder bachelorstudenten van de UU.
Sommige docenten denken nog enigszins traditioneel en elitair over stage
De belangrijkste conclusie is dat de universiteit onvoldoende zicht heeft op het nut van een stage in de bachelor. Volgens het onderzoek van de Stichting OER is er behoefte aan een cultuuromslag. Nu bieden niet alle bachelorstudies ruimte voor een stage en dat zou volgens de onderzoekers moeten veranderen. Zij vinden dat er in elke opleiding een mogelijkheid voor stage in het curriculum gecreëerd moet worden.
Waarom ziet de universiteit het nut van stages niet in? Volgens Aishlinn en Femke komt dat omdat stage lopen in de bachelor relatief iets nieuws is. “Het blijkt dat sommige docenten nog enigszins traditioneel en elitair over stage denken. De stage zou niet academisch zijn en meer passen bij het hbo. Voor academici zou stage lopen onnodig zijn,” zegt Femke. De studenten zien dat anders, vertelt Aishlinn: “Lang niet alle studenten worden uiteindelijk onderzoeker en met het continue stijgende aantal studenten wordt arbeidsmarktoriëntatie steeds belangrijker.”
De kwaliteit van de begeleiding kan omhoog
Opvallend is dat studenten weinig verwachting hebben van de stagebegeleiding. Universitaire studenten zijn gewend zelfstandig een stage regelen. Daarnaast weten studenten ook niet goed waar ze met hun vragen terecht kunnen.
Tegelijkertijd geven de studenten in de enquête ook aan dat ze ontevreden zijn over de begeleiding. Ze zijn slecht op de hoogte hoe een stageproces verloopt. Het is niet zo dat de studenten meer contacturen willen. Femke denkt dat de kwaliteit van de begeleiding omhoog kan. “Als docenten meer tijd krijgen voor de begeleiding, kunnen ze de afspraken met studenten beter voorbereiden en vaker bij de stages langskomen.”
Uit het OER-onderzoek blijkt dat er grote verschillen bestaan tussen opleidingen als het gaat om de stage in de bachelor. Bij Geesteswetenschappen willen meer studenten op stage en is de begeleiding beter geregeld. “Bij alfastudies stromen studenten minder vaak door naar de master. Bovendien is het beroepsperspectief minder duidelijk, waardoor de arbeidsmarktoriëntatie belangrijker is,” legt Femke uit.
Het tutoraat zou een rol kunnen spelen bij de stagevoorlichting
Om het stage lopen te verbeteren, moet volgens Stichting OER meer gedaan worden aan de voorlichting. Daarbij moet de nadruk liggen op persoonlijke voorlichting. Daarbij denken ze aan informatiemiddagen of voorlichting, via docenten, studieadviseurs en gastcolleges van externen. “Ook het tutoraat zou een rol kunnen spelen bij de stagevoorlichting. Vroeg nadenken over de mogelijkheid tot stage te lopen in de bachelor zal zeker helpen bij het plannen van een stage,” vertelt Aishlinn. Femke voegt toe: “Want waarom zou je in je eerste jaar van je bachelor wel al nadenken over studeren in het buitenland of welke een minor je wilt volgen, maar niet over stage lopen?”
Studenten bij de voorlichting betrekken lijkt een open deur, maar wordt nog niet altijd gedaan
Ook zouden er meer stagemarkten moeten komen die deel uit kunnen maken van een carrièremarkt. Het zou goed zijn om tijdens informatiemiddagen studenten te betrekken die al stage hebben gelopen om hun ervaringen te delen. “Dit lijkt een open deur,” zegt Femke, “maar wordt nog niet altijd gedaan.”
Daarnaast moet de website van de UU en Blackboard meer informatie geven over het stage lopen in de bachelor. Hoe moet je dat regelen? Waar kan je terecht met je vragen?
Het is tijd voor een universiteitsbrede discussie over de stage in de bachelor
Tenslotte ontdekte Stichting OER dat veel studenten tegen problemen oplopen tijdens hun stage. Volgens de onderzoekers zou het een goed idee zijn om groepsbijeenkomsten te organiseren waar studenten hun ervaringen en problemen delen. Deze bijeenkomsten bleken in het verleden succesvol te zijn.
De enquête van Stichting OER heeft nu geleid tot een rapport. Dat rapport wordt verspreid onder docenten en coördinatoren. De onderzoekers hopen dat er universiteitsbreed een discussie ontstaat om de stage in de bachelor beter mogelijk te maken. De meeste studenten zien het nut van stages in de bachelor al in. Bij OER hopen ze dat meer opleidingen hier in de toekomst ook meer open voor zullen staan.
Het adviesrapport Stage in de bachelor; Stagebegeleiding aan de Universiteit Utrecht van de Stichting OER is online te lezen.