Mogen student-assistenten tentamens van medestudenten nakijken?
Student-assistenten van UU doen vaak werk dat niet mag of spanningen oplevert
Op de Universiteit Utrecht werken momenteel bijna negenhonderd student-assistenten die gemiddeld zeven uur per week ondersteuning bieden bij onderwijs, onderzoek en administratieve taken. Voor veel studenten is het assistentschap een leerzame bijbaan die bovendien niet slecht staat op hun cv. Maar een deel van de assistenten krijgt te veel verantwoordelijkheid en is onbevoegd voor de onderwijstaken die ze toegewezen krijgt. Dit blijkt uit gesprekken die DUB heeft gevoerd met negen student-assistenten.
Volgens de regeling Student-assistenten van de UU moeten de werkzaamheden van deze medewerkers in lijn zijn met het niveau van de student en mogen de taken geen onderdeel zijn van de opleiding die de student zelf volgt. Desondanks geven vijf van de negen gesproken student-assistenten aan dat ze als bachelorstudent werkgroepen begeleiden en opdrachten becijferen van mede-bachelorstudenten.
De regeling is een aanvullende afspraak op de cao en is opgesteld in samenwerking met het Lokaal Overleg – een overleg tussen het universiteitsbestuur en de vakbonden. Sommige faculteiten houden zich deels aan de regeling. Zo worden er bij de faculteit Geesteswetenschappen vrijwel geen student-assistenten ingezet bij het geven van werkgroepen en becijferen van tentamens. Bij de faculteiten Sociale Wetenschappen en Bètawetenschappen daarentegen wél en vaak binnen hun eigen opleiding.
Een ramp
Bij de bachelor Wiskunde bijvoorbeeld worden studenten uit het tweede en derde jaar ingezet als assistent voor het begeleiden van eerstejaars werkgroepen waar studenten met elkaar werken aan opgaven, en voor het nakijken van inleverwerk, vertelt opleidingsdirecteur Barbara van den Berg. Het zou een ramp zijn als dit niet meer zou mogen, zegt ze. “Als we deze regeling zouden volgen, dan kunnen we sommige werkgroepen niet meer geven en zouden docenten nog meer moeten overwerken. We maken nu al veel extra uren in de avond, maar in dit geval zal het nachtwerk worden.”
Mocht de regeling in de toekomst gehandhaafd worden, dan is dit niet alleen kwalijk voor de opleiding maar ook voor de student-assistenten zelf, zegt ze. Student-assistenten leren didactische vaardigheden en krijgen door hun werk een veel dieper begrip van de lesstof: “Pas als je aan een ander uitlegt hoe je tegen een probleem aan kunt kijken, leer je zelf inzien waarom een specifieke methode of aanpak echt werkt.” Van den Berg suggereert dat de regeling ook anders geïnterpreteerd kan worden, namelijk als een verbod op het aannemen van student-assistenten voor werk dat al binnen het opleidingstraject van de student valt: “Het lijkt me logischer dat de universiteit daar een regeling voor wil hebben.”
Maarten van der Smagt, opleidingsdirecteur van de bachelor Psychologie, was zich net als Van den Berg niet bewust van de regeling en laat zich er kritisch over uit: “Studenten die een of twee jaar eerder een bepaald vak hebben afgerond, zitten juist in de ideale positie om eerstejaars te begeleiden met datzelfde vak”, zegt hij. Binnen de bachelor Psychologie worden student-assistenten onder andere ingezet voor het begeleiden van enkele practica en werkgroepen. Het vervangen van de studentassistenten door docenten zou niet alleen heel duur zijn, maar ook zonde zijn van de leermogelijkheden en onderwijskwaliteit: “Als je naar de evaluaties kijkt dan zie je dat student-assistenten vaak beter beoordeeld worden dan docenten. Ze hebben dezelfde belevingswereld en weten daardoor beter waar medestudenten tegenaan lopen”, zegt hij.
Begeleiding student-assistent Foto: DUB
Loyaliteitsproblemen
Uit navraag bij het Lokaal Overleg blijkt dat de regeling Student-assistenten al lang bestaat, en dat het daardoor onduidelijk is waarom deze zo is opgesteld. Wellicht dient de regeling om integriteits- en loyaliteitsproblemen tussen student-assistenten en medestudenten te voorkomen, vermoedt Paul ter Veld, woordvoerder namens de bonden in het Lokaal Overleg. Toch ziet die ook een probleem met de brede regeling: “Het zou niet heel logisch zijn om student-assistenten compleet te verbieden binnen hun eigen opleiding aan de slag te kunnen.” De regeling is nodig aan herziening toe, constateert Ter Veld.
Opleidingsdirecteur Van den Berg kan zich voorstellen dat het nakijken van werk of begeleiden van medestudenten kan leiden tot loyaliteitsproblemen of andere integriteitskwesties, zegt ze, maar in de bachelor Wiskunde ziet ze deze kwesties niet terug. “We proberen het risico van dit soort kwesties laag te houden door voldoende checks and balances in te bouwen. Zo zijn er meestal twee student-assistenten per groep en kunnen studenten sinds kort hun student-assistent tijdens het blok evalueren”, zegt ze. De opleiding heeft een aantal jaar geleden ‘kwaliteitsgeld’ geïnvesteerd om meer student-assistenten aan te nemen om kleinere werkgroepen te kunnen maken en om student-assistenten te trainen. Het doel was onder meer om de onderwijskwaliteit te verhogen. Hoewel er een risico blijft bestaan, weegt dat niet op tegen de vele voordelen van het inzetten van student-assistenten, zegt ze.
Vaag omschreven takenpakket
Van de student-assistenten die DUB sprak, geeft de helft aan wel degelijk tegen problemen aan te lopen. Ze ervaren te veel verantwoordelijkheid en ervaren spanningen omdat ze tentamens controleren van bekenden en vanwege een dubbele rol als student en student-assistent.
De student-assistenten waren zich niet bewust van hun onderbevoegdheid en gaven aan over het algemeen tevreden te zijn met hun bijbaan. Vier van de studenten gaven aan dat ze tijdens hun werk situaties zijn tegengekomen waarbij ze oncomfortabel veel verantwoordelijkheid kregen. Student-assistent Pepijn was bij de faculteit Sociale Wetenschappen bijvoorbeeld toevertrouwd met het maken van de opgaven van een tentamen. “Het was lastig om met goede toetsvragen te komen. De promovendus die het vak gaf, was gelukkig wel altijd bereikbaar voor overleg.”
Ook taken die niet direct gerelateerd zijn aan het onderwijs worden soms ervaren als een grote verantwoordelijkheid. Zo ging student-assistent Famke als begeleider mee op een studiereis van het honoursprogramma Descartes College, maar wat ze niet wist was dat zij de enige begeleider was. “Om als enige verantwoordelijke mee te gaan met een groep van dertig studenten naar het buitenland voelde best wel vreemd en niet helemaal comfortabel, maar uiteindelijk is het goed verlopen.” Andere taken die volgens de studenten veel verantwoordelijkheid kunnen eisen zijn het becijferen van tentamens van medestudenten, en het eigenhandig organiseren van seminars.
Het komt voor dat student-assistenten worden gevraagd om meer uren te maken dan dat contractueel is vastgelegd. Luna, student-assistent bij de bachelor Kunstgeschiedenis, geeft aan dat het loont om als student-assistent mondig te zijn wanneer docenten te veel vragen. “Soms vragen docenten of ik een dag voor het weekend een paar honderd pagina's kan inscannen. Dat is gewoonweg te kort dag en zou bovendien direct al mijn uren voor die maand opmaken, dus dan moet je zoiets afwijzen”, zegt ze. Niet alle docenten gaan even makkelijk om met zo'n afwijzing, merkt ze op. Twee andere student-assistenten vertellen dat ze hun overwerk hebben kunnen compenseren door minder te werken in de weken erna.
Voorzitter Midas Urlings van Utrechtse studentenunie Vidius herkent dat er regelmatig te veel van studenten gevraagd wordt. “Er heerst het idee dat je studenten hard kan laten werken voor weinig compensatie en dus zie je geregeld dat ze te veel verantwoordelijkheid krijgen of moeten overwerken”, zegt hij. “Zeker als het takenpakket wat vaag omschreven is, kan het zijn dat de student steeds meer werk naar zich toegeschoven krijgt.” Deze trend is overigens ook terug te zien bij studenten die stage lopen of een bestuursjaar doen, zegt hij. Ondanks het risico op hoge werkdruk denkt hij dat de baan van student-assistent veel meerwaarde kan hebben. “Het is een mooie bijbaan waarbij je veel ervaring opdoet, bijvoorbeeld met lesgeven en werken in een onderwijsinstelling.”
Student-assistenten kijken examen na, foto: 123rf
Grijs gebied
Naast het voorbereiden van colleges en begeleiden van werkgroepen worden student-assistenten ook ingezet om opdrachten en tentamens te becijferen. Onder oud-studenten-assistenten van de faculteit Bètawetenschappen gaan verhalen de ronde dat student assistenten de tentamens van bevriende medestudenten en zelfs clubgenoten moesten nakijken – waarbij docenten enkel steekproefsgewijs de becijferde tentamens controleerden.
De Bètafaculteit blijkt nu een strikter beleid te voeren: de studenten-assistenten werken met een antwoordmodel en de opgaven worden verdeeld over verschillende docenten en student-assistenten. “Op de tussentijdse opdrachten na worden alle tentamens die we nakijken nogmaals gecontroleerd door de docenten”, zegt een student- assistent bij de bachelor Wiskunde. Hoewel het in principe niet de bedoeling is dat student-assistenten tentamens becijferen binnen deze bachelor, is in overleg met de examencommissie hier een uitzondering op gemaakt, vertelt hij.
Tijdens het nakijken van tentamens komen de student-assistenten regelmatig bekende namen tegen, maar ze zien hier geen probleem in. “Omdat elke assistent en docent een andere opgave nakijkt, kom je niet echt in de positie waarbij je hoge cijfers kan uitdelen aan vrienden of bekenden,” zegt oud-student-assistent Simon, die bij verschillende wiskunde- en natuurkundevakken assisteerde. “We werken bovendien met een antwoordmodel dat per stap duidelijk uitlegt hoeveel punten er toegekend mogen worden.” Net als andere student-assistenten zegt Simon dat het wel erg makkelijk is om als student-assistent aangenomen te worden. “Meestal voldoet het om een vak afgerond te hebben en je cijferlijst op te sturen”, zegt hij.
Juridische tekst
Of student-assistenten mogen helpen met het becijferen van tentamens is contextafhankelijk, zegt Anton van den Hoeven. Als jurist bij de afdeling Juridische Zaken van de Universiteit Utrecht krijgt hij regelmatig vragen van examencommissies en docenten wat op dit vlak nou precies is toegestaan. Volgens Van den Hoeven is er sprake van een grijs gebied. Examinatoren zijn eindverantwoordelijk voor het geven van cijfers en student-assistenten mogen enkel 'voorwerk' doen aan de hand van een concreet uitgewerkt antwoordmodel. “De examinator moet voldoende zicht en controle hebben op hoe de student-assistent becijfert”, zegt hij. “Enkel steekproefsgewijs het nakijkwerk van de student-assistent controleren zou bijvoorbeeld niet voldoende zijn.” De toetsen waarbij de interpretatie van antwoorden vaststaat, zoals bij meerkeuzetoetsen, vormen volgens Van den Hoeven daarentegen geen probleem.
Het betreden van dit grijze gebied door examinatoren en docenten komt met een risico, zegt Van den Hoeven, want het is niet altijd duidelijk waar donkergrijs ophoudt en zwart begint. Desondanks kan hij zich goed voorstellen dat het uitbesteden van voorwerk ook voordelen kan hebben. “Student-assistenten kunnen eenvoudig maar tijdsintensief werk uit handen nemen en zo de werkdruk van docenten verlichten.”
Verraden of verzaken?
Vidius-voorzitter Midas ziet liever dat student-assistenten geen tentamens van medestudenten nakijken, zegt hij. “Ook al zou het mogen, het lijkt me erg vreemd als student-assistenten mensen moeten beoordelen die ze persoonlijk kennen. Zelfs als je maar één opgave krijgt toegewezen, blijft het spelen met vuur.” Student-assistenten die tentamens becijferen en andere onderwijstaken hebben binnen hun eigen opleiding kunnen te maken krijgen met een dubbele rol en spanningen met medestudenten, zegt hij. “Onderwijs, en zeker werkgroepen waarin gewerkt wordt met peer feedback en debatten, leunt op groepsdynamiek. Het liefst wil je voorkomen dat het werk van student-assistenten hun sociaal hindert en dit gemeenschapsgevoel aantast.”
Enkele student-assistenten zeggen inderdaad dat ze soms last hebben van een dubbele rol. Luna vertelt bijvoorbeeld dat de vertrouwensband met de docenten soms kan schuren met haar rol als student – zeker omdat ze haar medestudenten ook representeert in de opleidingscommissie van haar bachelor Kunstgeschiedenis. “Soms laten docenten mij tentamens uitprinten die een van mijn beste vriendinnen even daarna moet gaan maken. Hoewel docenten mij natuurlijk wel kunnen vertrouwen, geeft dit wel een ongemakkelijk gevoel.”
Ook tijdens het surveilleren bij tentamens heeft ze een dubbele rol. “Ik vind het niet erg om te surveilleren terwijl mijn vrienden een tentamen maken – en zij volgens mij ook niet – maar toch is het raar”, zegt ze. “Stel dat een vriendin van mij tijdens het tentamen een spiekbriefje tevoorschijn haalt, dan weet ik niet wat ik zou moeten doen. Als zo'n situatie zich voordoet, zou ik een hele lastige keuze moeten maken: verraad ik mijn vriendin of houd ik me stil en verzaak ik mijn werk als student-assistent?