Studenten stapelen stages op weg naar betaalde baan
Stage stapelen is het nieuwe carrière maken. Ook onder afgestudeerden. Werkgevers zijn blij met deze goedkope en gemotiveerde werknemers. Maar waarom zijn zoveel academici met een diploma bereid om on(der)betaald stage te lopen?
Katy Hofstede is 22 jaar oud en heeft een CV waar je u tegen zegt. Gestudeerd in Spanje en Zuid-Afrika, vloeiend in Engels en Spaans. Magna cum laude afgestudeerd aan University College Utrecht (UCU). De master Geschiedenis van Internationale Betrekkingen aan de Universiteit Utrecht rondde zij cum laude af. Twee diploma's met lof, maar een baan heeft ze er nog niet mee gevonden.
In oktober begon zij aan een stage bij het Utrechtse adviesbureau Andersson Elffers Felix (AEF), dat actief is binnen de publieke en semipublieke sector. "Ik weet nog niet precies wat ik wil", antwoordt Hofstede op de vraag waarom ze niet met een volledige baan is begonnen. "Wat ik wel weet is dat ik werk met een maatschappelijk doel wil hebben, waarbij niet alleen geld verdienen centraal staat."
Na verschillende sollicitaties bij gemeenten en het rijk kwam zij via een open sollicitatie terecht bij AEF. Daar kon zij in oktober voor een periode van 2,5 maand als stagiaire aan de slag. Hofstede: "Bij AEF wil ik werkervaring opdoen. Het is leuk dat je mooie cijfers en buitenlandervaring hebt, hoor je tijdens een sollicitatiegesprek, maar van de echte wereld weet je niets."
Bij AEF zien ze Hofstede graag komen. Adviseur Suzanne de Bock begon zelf als stagiaire bij AEF en is nu betrokken bij de werving en selectie van stagiairs. "Wij zoeken naar potentiële starters en bieden hen een serieuze en leerzame stage", zegt De Bock over de reden dat AEF stageprogramma's aanbiedt aan studenten en afgestudeerden. "Uit eigen ervaring kan ik zeggen: vijf maanden stagelopen is vijf maanden solliciteren, want als ze tevreden over je zijn, dan is dat de ideale manier om hier binnen te komen."
Hoewel de meeste stagiairs die zich bij AEF melden nog gewoon studeren, ziet De Bock hun samenstelling wel veranderen. De Bock: "We zien steeds vaker mensen met een diploma op zak die zich eerst op de arbeidsmarkt willen oriënteren.”
Een stage staat beter op je cv dan een uitkering
De stap van studie naar werk is voor veel afgestudeerden groot, evenals de angst voor een gat op het cv of een gebrek aan voldoende werkervaring. Daarbij zat in oktober meer dan 15 procent van de mensen tot 25 werkeloos thuis. Een stage is dan een welkome tussenoplossing. De vacaturewebsite Stageplaza peilde dit voorjaar dat van alle stagiairs met een academisch opleiding zo'n 15 procent al een diploma op zak heeft.
De 24-jarige Caramay Schmelzer volgt de master American Studies, waarvoor zij nu haar scriptie schrijft. Zodra zij is afgestudeerd, vertrekt zij voor een periode van 6 maanden naar Brussel. Daar gaat zij stagelopen bij een lobby- en adviesbureau dat zij zelf aanschreef met het verzoek om een stageplek. Schmelzer: "Tijdens mijn studie ontdekte ik dat ik internationale betrekkingen erg interessant vind, maar dat ik er weinig van weet. Ik heb toen besloten dat ik door middel van een stage het werkveld wil verkennen, in plaats van me in te schrijven voor een nieuwe studie."
De Europese behartiger van jongerenrechten, het European Youth Forum, deed onderzoek naar het belang van stages voor Europese studenten die de arbeidsmarkt betreden. Een derde van de ondervraagde stagiairs (32 procent) zei al afgestudeerd te zijn. Als reden voor de stage noemde slechts 19 procent dat hij of zij geen baan kon vinden, terwijl 77 procent een beter cv en toekomstig baanperspectief voor ogen had. Voor de onderzoekers is het reden te concluderen dat stage stapelen de norm wordt: wie carrière wil maken moet één of meerdere stages hebben afgerond.
Schmelzer ziet in haar omgeving meer mensen die na hun studie 'enigszins gedwongen' voor een stage kiezen. "Vooral voor geesteswetenschappers en sociale wetenschappers zijn er maar weinig startersbanen. De banen die er zijn, zijn er vooral voor slecht betaalde stagiairs of mensen met minstens vijf jaar werkervaring", blikt Schmelzer terug op haar eerste zoekacties.
Verborgen jeugdwerkloosheid
Ook Nederlandse werkgevers zien dat meer afgestudeerden zich melden voor een stage. Het marketingbedrijf Skydreams, dat kantoor houdt in Hoog Catharijne, zocht deze zomer een nieuwe stagiair. De profielschets: 'HBO of WO student of afgestudeerd in marketing, communicatie of business'. De human research manager van Skydreams blikt terug: "Van de 30 sollicitanten was toen ongeveer een derde afgestudeerd." De stage is volgens deze medewerker "een volwaardige marketingstage, maar wel met extra begeleiding."
Skydreams is geen uitzondering. In de gratis krant Spits uitten een aantal jongerenorganisaties deze zomer zijn zorg over verborgen werkeloosheid onder jongeren. Veel afgestudeerden zouden zich gedwongen voelen stage te lopen, uit angst voor een gat op hun CV. Op Kamervragen, volgend op het artikel, antwoordde Minister Asscher van Sociale Zaken echter dat hij geen problemen heeft met leerzame stages voor afgestudeerden. De Arbeidsinspectie was het daar niet mee eens. In een reactie liet de Inspectie weten dat zodra een stagiair het werk van een gewone werknemer doet, de werkgever de stagevergoeding moet aanvullen tot het minimumloon.
"Ten eerste gaat het erom dat er geen vergoeding tegenover het werk staat, of dat de vergoeding slechts een onkostenvergoeding is", verklaart de Utrechtse hoogleraar Sociaal Recht Frans Pennings de verschillende opvattingen. “Zodra die vergoeding wat hoger wordt dan de gemaakte onkosten, kan er sprake zijn van loon en moet de werknemer ten minste het minimumloon ontvangen." Omdat een stage een leerproces is, mag er bovendien geen sprake zijn van gezagsverhoudingen. En dat is soms lastig. Pennings: "Op papier wordt ontkent dat er een gezagsverhouding is. Maar een stagiair heeft een leidinggevende en moet zich houden aan werktijden en opdrachten. Dat lijkt al snel op een gezagsverhouding."
Bijbaan naast de stage
Vanuit de overheid mogen de opvattingen over afgestudeerde stagiairs uiteenlopen; werkgevers ontvangen deze goedkope en gemotiveerde werknemers niettemin met open armen. De 26-jarige Marijn Speth volgde in Utrecht een academische en een research master Geschiedenis. Sinds augustus loopt hij stage bij de mensenrechtenorganisatie Human Right Watch (HRW) in Amsterdam. Hij krijgt wat Pennings een 'vergoeding van onkosten' noemt, waarvan hij niet kan leven. Speth: "Ik werk vier dagen per week bij HRW. Daarnaast sta ik twee dagen in een restaurant om bij te verdienen."
Hij is niet de enige. De ouders van Katy Hofstede vullen haar stagevergoeding van 550 euro aan (“omdat ik snel ben afgestudeerd”). Caramay Schmelzer legt haar spaargeld bij de 650 euro die zij in Brussel zal ontvangen. In Nederland is de gemiddelde vergoeding voor stagiairs met een universitaire opleiding 285 euro, blijkt uit het onderzoek van Stageplaza.
De trend dat meer en meer jongeren werken zonder daarvoor (voldoende) betaald te krijgen, is ook het European Youth Forum opgevallen. Van de stagiairs die onvoldoende verdienen om van rond te kunnen komen, gaf 65 procent aan afhankelijk te zijn van ouders. Als deze trend zich voortzet, zo waarschuwen de onderzoekers, zijn carrières in de toekomst alleen nog weggelegd voor jongeren die het zich kunnen veroorloven om een tijdje voor niets te werken. Zo lang jongeren stages blijven stapelen en, met het oog op werkervaring, bereid blijven on(der)betaald te werken, is er voor werkgevers geen aanleiding om deze goedkope en gemotiveerde werknemers niet aan te nemen.
Katy Hofstede voltooide tijdens haar studie al twee stages. Hofstede: “Ik deed dat om te leren wat ik tijdens mijn studie niet kon leren en om rond te kijken bij verschillende type organisaties." Bij AEF zit zij zich op haar plek. Ze mag meewerken aan onderzoeken en krijgt meer vrijheid dan ze tot op heden heeft ervaren. “Hier krijg ik verantwoordelijkheid over mijn eigen werk.”
De Black Swan-case
In Amerika zijn veel bedrijven en andere organisaties afhankelijk van stagiairs. Dit voorjaar oordeelde een rechter – in wat al de 'Black Swan-case' is gaan heten – echter dat filmgigant Fox Searchlight Pictures op de set van de film Black Swan ten onrechte gebruik had gemaakt van twee onbetaalde stagiairs. Zij deden het werk van normale werknemers, terwijl van een 'educatief voordeel' geen sprake was. De stagiairs hadden daarom recht op het minimumloon.
.