Tien vragen over het bindend studieadvies
Een motie van GroenLinks tegen het bsa is deze week aangenomen in de Tweede Kamer: de minister moet gaan praten met de onderwijsinstellingen over aanpassing of afschaffing – en dat doet ze graag. Tegenstanders van het bsa ontkurkten de champagne alvast.
Wanneer is het bsa bedacht?
Het bsa kwam in de jaren negentig in zwang, eerst in het hbo en later ook aan de universiteiten. In 2010 hadden vrijwel alle hbo-opleidingen en ruim 40 procent van de wo-opleidingen een bsa. Steeds meer opleidingen maakten er gebruik van en de norm werd steeds strenger.
Wat was het idee erachter?
Aanvankelijk was de bedoeling om ongeschikte studenten op tijd te laten weten dat ze beter iets anders konden gaan doen. Studenten moesten snel duidelijkheid krijgen. Later ging ook het rendement meespelen: je kon studenten sneller laten studeren. In elk geval hoefden docenten geen tijd meer te besteden aan hopeloze gevallen die de eindstreep nooit zouden halen.
Zijn er uitzonderingen op de norm?
Natuurlijk. Als je bijvoorbeeld langdurig ziek bent of in andere bijzondere omstandigheden verkeert, moet de opleiding een uitzondering maken. Dan moet je het wel op tijd aangeven. Achteraf aanvoeren dat je ziek bent geweest of psychische problemen hebt gehad? Dat helpt niet.
Was het bsa altijd al omstreden?
Jazeker. De studentenorganisaties waren er vanaf het begin tegen en ook bij de onderwijsinstellingen zelf was het idee niet vanzelfsprekend. Anders had het geen twintig jaar geduurd voor alle instellingen om waren. Het eufemisme ‘bindend studieadvies’ geeft al aan dat het idee van meet af aan gevoelig lag.
Instellingen wilden trouwens ook het recht krijgen om ouderejaars studenten weg te sturen (dat ging niet door) en rekten ook de regels voor het gewone bsa op door met een ‘uitgesteld’ oordeel te werken als studenten een paar eerstejaarsvakken nog moesten inhalen.
Werkt het bsa?
Daarover verschillen de meningen. Het is ook maar net wat je verstaat onder ‘werken’. De studentenorganisaties wijzen erop dat een groot deel van de weggestuurde studenten gewoon ergens anders dezelfde studie gaat volgen. Het bsa levert alleen maar studievertraging op, is hun idee. Geef studenten gerust een advies, maar laat hen zelf de afweging maken.
Wat zeggen de voorstanders dan?
Een van de vurigste voorstanders is (of was) de Erasmus Universiteit Rotterdam. Daar moeten studenten in hun eerste jaar in één klap 60 studiepunten behalen. Ze mogen wel wat onvoldoendes compenseren met hogere cijfers. “Het wordt steeds belangrijker om je studie af te ronden binnen de tijd die daarvoor staat”, geeft de universiteit als verklaring, en daar zou het bsa bij helpen. “Je hebt in het tweede en derde jaar voldoende tijd om nog wat naast je studie te doen, zoals een bestuur of een tijd in het buitenland studeren.”
Toch lijkt er maar weinig bewijs te zijn dat studenten dankzij de dreiging van het bsa beduidend beter gaan studeren (hooguit ietsjes sneller). Het doorverwijzen naar een geschiktere studie lijkt sowieso nauwelijks te gebeuren.
Raken studenten gestrest van het bsa?
Je zou denken dat dit een open deur is. Als je bang bent dat je je studie niet haalt, krijg je stress. Maar er zijn meer redenen voor stress: hoge studieschulden, het coronavirus, de onzekere toekomst, op eigen benen leren staan… Het bsa draagt ongetwijfeld bij aan de druk die studenten voelen, alleen is moeilijk vast te stellen hoeveel.
Wat kost het bsa, of wat levert het op?
Ook dit is weer moeilijk te zeggen, want tegenover de studievertraging van de ene student staat wellicht het hogere tempo van de andere. Politieke partijen laten hun ideeën doorrekenen door het Centraal Planbureau en dat ziet voor de schatkist weinig winst of verlies als het bsa wordt afgeschaft. Verzet tegen het bsa is dus een ‘gratis’ standpunt. Maar onder anderen minister Van Engelshoven spreekt van het ‘rondpompen’ van studenten, en dat vindt zij geen doelmatige besteding van onderwijsgeld.
Bestaat het bsa nog in coronatijd?
Voorlopig wel. Door de uitzonderlijke omstandigheden mochten afgelopen studiejaar zo ongeveer alle eerstejaars door naar het tweede jaar, maar voor dit jaar zijn er nog geen beloften gedaan. Uit de eerste analyses blijkt overigens dat het wel meevalt met de studievertraging door de lockdown.
Wat zijn de politieke standpunten?
VVD, CDA, PVV en SGP stemden tegen de motie van GroenLinks, de andere partijen (dus ook regeringspartijen D66 en ChristenUnie) ervoor. Het CDA is overigens geen geharnaste voorstander meer: de partij wil onderzoeken of andere systemen misschien beter werken.