Willen we biologisch of geld overhouden aan het eind van de maand?
In Utrecht schieten de winkels en horecagelegenheden die biologische producten verkopen als paddenstoelen uit de grond. Moet je daaraan meedoen als armlastige student? Anne Rietveld belicht een trend.
Nederland – en met name Utrecht - lijkt in de ban van biologisch. Of het nou om vlees, groente, fruit of koffie gaat: alles is verkrijgbaar in een biologische variant. Dus ook kleding, en dan bedoel ik niet kleding van het wol van schreeuwende Angorakonijnen. Als student ontkom je dus ook niet aan deze biologische trend.
Zelf ben ik sinds een aantal maanden genesteld in het hipsterwalhalla van Utrecht. Zo weet ik dus dat ik bij Gys een biologisch (belegd) broodje kan scoren en bij SLA een heerlijk, gevarieerde, biologische salade. Niet alleen de Voorstraat straalt biologisch uit - de groeiende biologische trend is in heel Utrecht merkbaar.
Fiets (of loop) de Oudegracht af en je komt verschillende restaurants tegen waar biologisch in hoofdletters op het menu staat geschreven. En als je niet zo’n zin hebt in een uitgebreide lunch, dan heb je op de Twijnstraat meer dan genoeg keuze voor een biologisch koffietje. De échte biofan weet overigens de weg naar de biologische supermarkten en kledingwinkels op zijn duimpje te vinden en heeft ook een eigen moestuintje in Utrecht. Haal die kaplaarzen maar tevoorschijn!
Biologisch is dus hip and happening, maar wat houdt het precies in? Biologisch is een wettelijk beschermde term en een product mag alleen biologisch heten indien het voldoet aan de wettelijke vereisten. Biologische producten kun je herkennen aan het Europese keurmerk (het groene blaadje), het Beter Leven keurmerk van de Dierenbescherming én het alom bekende EKO-keurmerk. Hoewel er dus ook producten zijn die claimen biologisch te zijn, maar niet één van de bovenstaande keurmerken dragen, zijn dus niet biologisch (dus ook niet die kromgegroeide komkommers uit het moestuintje van je vriend).
Aangezien we in Nederland overal een toezichthouder voor hebben, bestaat er uiteraard ook eentje in de biologische wereld: Skal. Skal controleert of de producten daadwerkelijk biologisch zijn en of alle bedrijven in de biologische productieketen gecertificeerd zijn. Ergens toch een opluchting dat ik als consument niet zomaar genept kan worden.
Maar wat verstaan de keurmerken en toezichthouder eigenlijk onder biologisch? Wat is het grote verschil met niet-biologisch voedsel? Van biologisch vlees mag je spreken als de dieren veel leefruimte hebben gehad en niet helemaal zijn platgespoten met antibiotica. En gewassen noemen we biologisch als er geen chemische bestrijdingsmiddelen of kunstmest is gebruikt.
Het is allemaal mooi en aardig maar laten we ook eens eerlijk zijn tegenover onszelf: we eten liever goedkoop dan dat we aan het einde van de maand niks meer over houden. Dit zullen de echt biologische adapten geen argument vinden, dus ben ik op zoek gegaan naar redenen om biologisch voedsel lekker in de schappen van Ekoplaza te laten liggen.
Wanneer je hipstervriend in een verhitte discussie over biologisch eten zegt: “Maar biologisch voedsel is gezonder”, dan kun je glimlachen en (genuanceerd!) uitleggen dat biologische gewassen óók worden ondergespoten met gif, biologisch gif weliswaar, maar dit is net zo goed (of slecht, ligt eraan hoe je het bekijkt) voor onze gezondheid wanneer we een paprikaatje met chemisch gif verorberen. Daarnaast is uit verschillende onderzoeken naar voren gekomen dat biologisch voedsel genetisch niet anders is dan niet-biologisch voedsel en dat betekent dat een ‘normale’ sinaasappel even gezond is als een biologisch geteelde sinaasappel. Wel toont recent onderzoek aan dat biologische melk en biologisch vlees meer gezonde omega-3 vetzuren bevatten dan de niet-biologische variant
En de idealistische biologische eter die denkt een steentje bij te dragen aan een betere wereld, heeft het (helaas) ook mis. Wanneer de mensen in het westen meer biologisch voedsel eten, dan zullen de armsten uiteindelijk minder te eten hebben. Biologische boeren produceren namelijk per vierkante meter veel minder dan wat de reguliere bedrijven opleveren. Daarbij leidt biologisch vlees ook tot meer klimaatverandering dan gewoon vlees. De biologische koeien stoten per liter geproduceerde melk weliswaar minder kooldioxide uit dan Bella 45, de koe in de reguliere veehouderij, maar de biologische koe produceert wél meer methaan en lachgas die veel schadelijker zijn voor ons klimaat.
En doe ik al mee aan deze hype? Hoewel ik me tegenwoordig beter bewust ben van wat ik allemaal in mijn mond stop en op mijn huid smeer (ik smeer ‘natuurlijke’ mascara op de wimpers!), loop ik met de biologische trend nog achter. Ik heb een aantal kledingstukken in mijn kast hangen waarvan het merk claimt biologisch te zijn, de plofkip plof ik gelukkig niet meer in mijn boodschappenmandje en als ik een grotere vriezer had gehad dan zou ik zo op een koe bieden (koopeenkoe.nl). Maar veel meer dan een biologisch belegd broodje wordt het (financieel) nog niet.