Win mooie boeken voor onder de kerstboom
De donkere dagen verlichten met een gratis boek. DUB biedt die kans. In dit artikel zetten wij een aantal boeken op een rij. Zij gaan over het studentenleven, de universiteit of de wetenschap. Van Fokke & Sukke tot de taalcanon over prangende taalvragen.
De beroemdste eend en kanarie van Nederland zijn Fokke & Sukke. Zij gaan aan de studie en hebben gesigneerde exemplaren beschikbaar gesteld voor DUB-lezers. Net als Fokke & Sukke duikt ook de Twentse student Valentijn Stevens diep in het studentenleven. Zijn streekgenoot Harm Hoeksema is een stuk braver en geeft tips hoe je vlotjes kunt studeren. De idealistische studenten van nu volgen een honours college en schrijven samen een boek over duurzaamheid. Vroeger was dat anders. In de jaren zeventig wilden de studenten zelf meebeslissen over hun oordeel, zo blijkt uit het boek van Duco Hellema over de jaren zeventig.
Wetenschap is ook maar een mening is de naam van een bundel over politiek en wetenschap. Politiek en universiteit hebben al vanaf de negentiende eeuw een haat-liefde verhouding, zo blijkt uit een boek onder redactie van Leen Dorsman. De Utrechtse emeritus hoogleraar Maarten van Rossem steekt zijn mening in ieder geval niet onder stoelen of banken.
Alles draait om taal. In het boek Alles wat je altijd al had willen weten over taal geven taalwetenschappers in heldere, korte artikelen antwoorden op prangende taalvragen.
Van al deze boeken heeft de uitgever een aantal exemplaren ter beschikking gesteld voor de DUB lezers. Tenslotte geven we nog enkele tips van boeken waarover we eerder al schreven.
Fokke & Sukke grijpen hun kans
Het wordt steeds moeilijker om zuipend en seksend je studie door te rollen. Het Bindend Studieadvies en steeds minder herkansingsmogelijkheden, iedereen moet aan het keihard studeren geloven. Gelukkig voor ons zijn Fokke & Sukke ondertussen langstudeerder en hebben ze al de kans gehad om de nodige studentenervaringen op te doen.
Reid, Geleijnse en Van Tol hebben in hun nieuwe hardcoverbundel Fokke & Sukke aan de studie de beste studentengrappen van de halfnaakte kanarie en eend gebundeld. Alle studentenonderwerpen komen voorbij. Bier drinken, ontgroenen, vrouwen versieren, (niet) koken, (niet) opruimen, plagiaat en ook de studiedruk komt aan bod:
Op het plaatje zitten Fokke & Sukke gebogen achter hun computer.
Fokke & Sukke zijn mierenneukers:
Sukke:”Zullen we ‘scriptie_def_3_nuwelgoed_echtdef_ok’ nu uitprinten?”
Fokke: “Wacht! Nog één keer checken!”
En soms vragen ze alleen maar een beetje respect:
“Luister professor..."
"...wij liepen hier al college toen jij nog eindexamen moest doen."
De grappen zijn hard. Soms erg hard, zoals deze afbeelding:
Ze zijn bot, ze zijn Fokke & Sukke, ze zijn geniaal. Een aan te raden wc-boek voor in elk studentenhuis. (Inge Razenberg)
Fokke & Sukke aan de studie. Uitgeverij Catullus 2012. 12,50
WIN een gesigneerd exemplaar van Fokke & Sukke.
Feestbeest of studiebol
Twee handboeken voor het studentenleven, beide geschreven door een mannelijke (ex) student van de Universiteit Twente. Daar houden de overeenkomsten op. In zijn boek Op de kroeg.. Belevenissen van de eeuwige student beschrijft Valentijn Stevens zijn studententijd in Enschede. Kernbegrippen: bier en vrouwen. Te vermijden: college. Honderd procent anders dan het boek Studeren doe je zo! van Harm Hoeksema. Zijn kernbegrippen: discipline en motivatie. Te vermijden: alles dat je van je studie afleidt.
Stevens’ schetst met een flinke dosis humor belevenissen uit zijn eigen studententijd: van blijven feesten met behulp van je creditcard tot tips hoe je verplichte colleges toch kunt skippen. Zijn devies: studeer zo lang mogelijk want als student kan je van vele kortingen profiteren. Hoeksema pleit in zijn boek juist voor een nominale studieduur. Met praktische tips en handige tabellen probeert hij studenten bewust te maken van het belang van een serieuze studiehouding. En het motiveert direct: ik heb nog nooit zó geconcentreerd aan een recensie gewerkt!
Beide boeken zijn nogal over de top. Hoeksema komt paternalistisch en serieus over. Met als toppunt de van opoe gejatte zin: “Je bent een dief van je eigen geluk en toekomst als je niet de studie uitzoekt die bij je past.” Die Hoeksema wil je niet tegenkomen in de kroeg, te saai. Dan Stevens, die wel héél stoer doet over zijn studententijd. Die wil je (als vrouw) zéker ook niet tegen komen in de kroeg: voor je het weet ben je nummer vier in zijn ingewikkelde relatieschema. (Inge Razenberg)
Valentijn Stevens, Op de kroeg, belevenissen van de eeuwige student. Mijnbesteller.nl 2012. 15,50
WIN een speciaal Serious request exemplaar van Op de kroeg
Harm Hoeksema, Studeren doe je zo. Uitgevrij Elmar. 2012. 12,95
WIN een exemplaar van Studeren doe je zo.
Studenten in jaren zeventig wilden zichzelf beoordelen
De huidige studenten hebben te maken met een heel ander regime dan in de jaren zeventig. De Faculteit Der Sociale Wetenschappen beleefde toen roerige tijden. Studenten en jonge linkse medewerkers enerzijds stonden lijnrecht tegenover hoogleraren en het personeel dat meer conservatief dacht anderzijds. De ene groep wilde meer maatschappelijk geëngageerd onderzoek, terwijl de hoogleraren voorvechters waren van waardevrije wetenschap.
Studenten eisten inspraak op meer dan alleen de inhoud. Niet alleen het onderwijs moest anders (liever discussie dan luisteren), ook moest er meegepraat worden over toetsing en beoordeling. In 1974 gingen Utrechtse studenten pedagogiek zelfs over tot een bezetting omdat de examencommissie geen "zelfbeoordeling" toestond.
Duco Hellema's Nederland en de jaren zeventig staat vol met dit soort bijzondere verhalen, wat het boek een mooi tijdsbeeld maakt, en aangeeft hoe de Nederlandse samenleving is veranderd in de jaren erna.
Hellema, hoogleraar Geschiedenis van de Internationale Betrekkingen in Utrecht, raakte gepassioneerd door de seventies, zo schrijft hij in het voorwoord, na een discussie met Utrechtse studenten over de sfeer op de hedendaagse universiteiten, vergeleken met de beelden die zij hadden van de jaren zeventig. Bovendien is het boek een persoonlijk retrospectief voor Hellema, die in de jaren zeventig actief lid was van de communistische partij CPN.
Niet alleen op universiteiten, maar in heel Nederland was in de jaren zeventig (die Hellema om historische redenen laat beginnen in 1968 en eindigen in 1982) sprake van sterk activisme. Het was de tijd van de Dolle Mina, de krakers, Provo en de Rode Jeugd. Maar ook van de "zwijgende meerderheid" die het linkse gedram meer en meer zat begon te worden. Hellema geeft een mooi overzicht van dit scharnierdecennium tussen de periode van naoorlogse opbouw en welvaart en de neoliberale decennia die zouden volgen.(Ernst-Jan Hamel)
Duco Hellema, Nederland en de jaren zeventig. Uitgeverij Boom. 2012. 24,90
WIN een exemplaar van Nederland en de jaren zeventig.
Studenten schrijven biologische visie op duurzame aarde
De maatschappelijke betrokkenheid van studenten uit zich nu heel anders. Utrechtse honoursstudenten Biologie hebben afgelopen half jaar een boek gepubliceerd waarin ze verschillende aspecten van de duurzame wereld in verleden, heden en toekomst onder de loep nemen. In de inleiding constateren de studenten met gevoel voor eufemisme dat duurzaamheid ‘haast wel een modewoord lijkt te zijn’. Het is ook breed begrip. De studenten bekijken de term vanuit biologisch perspectief en willen duidelijk maken dat het geen loze kreet is. Het aardige van dit boek Life support, hoe duurzaamheid bijdraagt aan de leefbaarheid van de aarde is dat ze zelden over duurzaamheid als term spreken, maar dat ze enkele thema’s uitwerken. Bijvoorbeeld over biobrandstoffen. Het lijkt een mooi alternatief voor olie, maar hoe voorkom je dat het ten koste gaat van de voedselvoorziening? En hoe kun je voorkomen dat boeren in de Derde Wereld hun eigen glazen ingooien door uitputting van de grond? Deels signaleren de studenten problemen die bijna onoplosbaar lijken. Maar gelukkig ademen de artikelen ook hoop uit. ‘Uitdagingen is het sleutelwoord voor de toekomst’, schrijven de studenten. En de biologie heeft daarin een taak: het verbeteren van eiwitten, de verbetering van productieprocessen en zelfs het creëren van een nieuwe ecosystemen. En als dat niet lukt, kunnen we altijd nog een andere planeet koloniseren en leefbaar maken. Met hulp van de biologen natuurlijk. (Ries Agterberg)
Celine van Bijsterveldt en Erik Schild (red) Life support, hoe duurzaamheid bijdraagt aan de leefbaarheid van de aarde. Uitgeverij De Graaff. 2012. 16,50
WIN een exemplaar van Life support.
Wetenschap is ook maar een mening
Actuele vraagstukken in het licht van de academische nuance. De bundel Wetenschap is ook maar een mening bindt de strijd aan met ‘fact free politics’ waar ‘meningen belangrijker zijn dan feiten’, zo schrijven de auteurs. In vijfentwintig columns komen actuele casussen aan bod die zijn geïnspireerd op recente verkiezingsprogramma's. "Snel bezuinigen vertraagt het economisch herstel", bijvoorbeeld, of "rekeningrijden helpt tegen files". Vooral bij onderwerpen rond energie en milieu werkt die aanpak goed. Een voorbeeld is de verhelderende berekening van de haast bovennatuurlijke inspanningen die nodig zijn om voor 2050 een volledig duurzame energievoorziening te realiseren.
De gebruikte onderzoeken stammen voornamelijk uit de exacte en sociale wetenschappen. In een merkwaardige inleiding schetst Trouw journalist Antoine Verbij een duidelijke tegenstelling tussen wetenschap en politiek. Beide "past bescheidenheid", zo oordeelt hij. Er zijn immers genoeg historische voorbeelden van "politici die op de stoel van de wetenschappers zijn gaan zitten" en van "wetenschappers [die] hun gelijk proberen te halen door hun concurrenten bij de inquisitie of geheime politie aan te geven". Op zo'n moment is het jammer dat dit boek het zonder de geesteswetenschappen moet stellen. Juist door zowel politieke voornemens als wetenschappelijke feiten te problematiseren, kunnen ook deze meedenken over maatschappelijke vraagstukken.
De bundel is een welkom antwoord op het huidige politieke debat, waarin wens en werkelijkheid vaak mijlenver uiteen liggen, maar met te weinig verrassende inzichten om een heel boek mee te vullen. (Guido van Eijck)
Bas den Hond, Sybe Rispens en Bram Vermeer (red), Wetenschap is ook maar een mening Uitgeverij Oostenwind. 2012. 15 euro
WIN een exemplaar van Wetenschap is ook maar een mening.
Universiteiten voelen zich altijd al miskend
Deze dagen liggen de universiteiten weer onder vuur. Affaires als die van Stapel doen het imago weinig goed. Toch is het niet typisch een probleem van nu. Terugkijkend op de geschiedenis van de universiteiten blijken er tal van voorbeelden te zijn dat universiteiten zich onbegrepen en miskend voelden. Dat staat in het boekje Universiteit, publiek en politiek dat onder redactie stond van de Utrechtse hoogleraar Leen Dorsman en zijn Amsterdamse collega Peter Jan Knegtmans. In de jaren tussen 1830 en 1840 heetten studenten ‘lui en ongeschikt te zijn’ en vond men hoogleraren ‘onbekwaam’. Twintig jaar later werd gevreesd voor het voortbestaan van de universiteit. In een wet stond dat voor de titel van arts geen doctorsexamen meer vereist zou zijn. Een staatsexamen was voldoende. De verwachting was dat geneeskunde niet meer aan een universiteit gedoceerd hoefde te worden. Een andere belangrijke studie, de rechtsgeleerdheid, zou dan overgeheveld kunnen worden naar het gymnasium. De universiteit zijn al deze klappen weer te boven gekomen. Het is een golfbeweging, zo blijkt uit de bijdragen uit dit boek die de geschiedenis tussen 1800 en 2010 beschrijven. Bezuinigingsoperaties wisselen elkaar af met hoog gespannen ambities om in de top 5 van kenniseconomieën te komen. In het boek staan enkele cases uitgewerkt. In het laatste hoofdstuk van Rogier van der Wal staat het mooi samengevat. De relatie tussen de Nederlandse universiteiten en de politiek omschrijft hij als ‘een klassieke haat-liefde verhouding.’ (Ries Agterberg)
Leen Dorsman en Pieter Jan Knegtmans (red.) Universiteit, publiek en politiek. Het aanzien van de Nederlandse universiteiten, 1800-2010. Uitgeverij Verloren. 2012.
WIN een exemplaar van Universiteit, publiek en politiek.
De wonderlijke wereld van Maarten van Rossem
Een wetenschapper die van meningen geven zijn beroep heeft gemaakt, is Maarten van Rossem. In zijn laatste boek Nederland volgens Maarten van Rossem verzamelt de Utrechtse emeritus hoogleraar columns die hij de laatste jaren schreef voor onder meer het Historisch Nieuwsblad en zijn eigen glossy Maarten!
Toch is deze bundeling minder actueel dan het suggereert te zijn. Zo foetert Van Rossem in meerdere columns tegen de komst van een nationaal historisch museum. Erg vermakelijk en scherp geschreven, maar nu de komst van zo'n nationaal museum van de baan is, vooral achterhaald. En zo zijn er meer onderwerpen waar de houdbaarheidsdatum van verstreken is.
Van Rossems reisjes naar plekken in Nederland met een historisch verhaal zijn meer geslaagd. Hij vertelt met verve over de geschiedenis ons eigen Academiegebouw, over het Domplein en over het Muiderslot ("ons nationale Bommelstein"). Dit alles om te laten zien dat een nationaal museum niet nodig is. De geschiedenis ligt immers al op straat.
Zijn columns zijn serieuzer van toon dan zijn tv-optredens, maar toch onmiskenbaar Van Rossem. Over alles heeft hij een mening, en dat steekt hij niet onder stoelen of banken. Pim Fortuyn is een "kletsmajoor" en hij gebruikt om de haverklap woorden als "wonderlijk" en "zonderling". Vermakelijk is dit boek zeker, maar niet altijd even actueel. (Ernst-Jan Hamel)
Maarten van Rossem, Nederland volgens Maarten van Rossem. uitgeverij Nwe A’dam. 2012. 16,95
WIN een exemplaar van Nederland volgens Maarten van Rossem.
Prangende taalvragen populair beantwoord
Heeft een kind dat tweetalig wordt opgevoed eerder spellingsproblemen? Bestaat de taalknobbel? Hoe praten dieren? Verandert nieuwe media de taal? Waarom zeggen Engelsen geen ‘u’? Kan taal ook pijn doen? Het is maar een kleine greep uit de vragen die beantwoord worden in het boek Alles wat je altijd al had willen weten over taal. In korte hoofdstukken geven taalwetenschappers in gewone mensentaal een antwoord op de vraag. Het boek is bedoeld als een soort taalcanon. Het wil een overzicht geven van alle taalkwesties die er toe doen. Nu is dat een onmogelijke opgave, want er ontstaan elke dag weer nieuwe taalvragen. Het bijzondere van dit boek is dat het de samenstellers gelukt is om al die wetenschappers de kwesties kort en begrijpelijk uit te leggen. Er komen ook zeven Utrechtse wetenschappers aan het woord. Merel Keijzer onderzoekt of je je moedertaal ook kunt verliezen. Rick de Graaff buigt zich over de manier waarop je het best een nieuwe taal kunt leren. Elise de Bree vraagt zich af of Chinezen, met zo’n heel ander schrift hebben, ook last kunnen hebben van dyslexie. Arjan van Hessen filosofeert over een toekomst waarin we praten met computers. Jos van Berkum analyseert de emotionele waarde van taal. Enerzijds kunnen scheldpartijen iemand heel erg raken. Anderzijds hebben we ook slappe taal. We zeggen liever ‘heb je vanavond wat te doen?’ in plaats van ‘wil je uit met mij?’. Door de indirecte vorm kunnen we gezichtsverlies voorkomen. Jos ten Thije bekijkt of wat we kunnen begrijpen van een taal die we niet verstaan en de invloed van communicatie met mensen uit een andere cultuur als het bijvoorbeeld gaat om zakendoen. Tenslotte constateert Ted Sanders dat Jip-en Janneke-taal niet altijd de beste manier om begrijpelijk te schrijven. (Ries Agterberg)
Marianne Boogaard en Mathilde Jansen (red.) Alles wat je altijd al had willen weten over taal. De taalcanon. Uitgeverij Meulenhoff. 2012. 25 euro.
WIN een exemplaar van Alles wat je altijd al had willen weten over taal.
Nog meer boekentips
Het afgelopen jaar heeft DUB al vaker boeken belicht die de moeite waard zijn om te lezen. Zo publiceerde de journalist Frank van Kolfschooten in het kielzog van de affaire Stapel het boek Ontspoorde wetenschap. Hierin belicht hij minder fraaie aspecten in de wetenschap op het gebied van fraude, plagiaat en academische mores. Er komen ook enkele Utrechtse kwesties aan bod.
Een heel ander verhaal is het boek Ontsporing van de meesteroplichter Diederik Stapel zelf. Hij onderzoekt zijn eigen misstappen en laat zo een keerzijde van het wetenschappelijk bedrijf zien.
Academische mores waren er vroeger ook. Johanna Westerdijk, de eerste vrouwelijke hoogleraar, moest zich staande houden in een mannelijke wereld. Patricia Faasse schreef de biografie Een beetje opstandigheid over haar.
Ook geschiedenis, maar dan veel recenter, gaat over het studentenleven. Het IBB boek geeft een vrolijk beeld van de vrijpartijen en huisfeesten in het levendige studentencomplex.